Direct naar artikelinhoud
ColumnSwipen en klikken

Zal Trump net zo'n herwaardering krijgen als Ronald Reagan?

Swipen en liken Willem PekelderBeeld Jorgen Caris

‘Als we vrij zijn om te durven – en dat zijn we – en vrij om te geven – ook dat zijn we – dan zijn we vrij om de toekomst te scheppen waarvan wij dromen.’ Ziehier een recente tweet van Ronald Reagan. Hij stierf weliswaar vóór het twittertijdperk, maar The Reagan Foundation and Institute houdt de nalatenschap van de oud-president levend met dagelijkse tweets op het enige, officiële Ronald Reagan-twitteraccount.

Dán is het eens een citaat uit een speech, dan weer een foto van een werkbezoek. En elke week een nieuwe podcast, ditmaal over de Republikeinse conventie van 1984, toen Reagan, eloquent en geestig, voor de tweede keer werd genomineerd.

Ik stuitte op het account nadat ik me – niet voor het eerst – had geërgerd aan het getweet van de huidige VS-president, Donald Trump. In The New York Times las ik dat Trump niet naar de begrafenis van de zwarte Democraat en activist John Lewis was gegaan, maar in plaats daarvan had getwitterd over een pizzeria op Long Island.

Hoe zat dat met Reagan, vroeg ik mij af? Die was tijdens zijn presidentschap toch ook impopulair bij velen? Maar werd hij later in boeken en publieke opinie niet veel positiever beschreven? Als de president van wapenreducties die, samen met Gorbatsjov, de Koude Oorlog had beëindigd?

In weerwil van zijn evangelische achterban was Reagan niet door dik en dun een vriend van Israël

Ik deed op internet een zoektocht naar de (her)waardering van de president, en ontdekte niet alleen zijn postume twitteraccount met meer dan 48.000 volgers, maar ook het e-boek ‘Reagan, de biografie’ van de Texaanse historicus H.W. Brands, volgens The Washington Post een auteur van ‘doorsnee-liberale’ snit.

Ik las het boek uit 2015, en ontwaarde twee Reagans: een conservatief denker en tegelijkertijd een pragmatisch doener. Eén voorbeeld slechts: in weerwil van zijn evangelische achterban was Reagan niet door dik en dun een vriend van Israël. Na aanhoudende bombardementen op Beiroet beschuldigde hij premier Begin per telefoon zelfs van een holocaust.

Ik klikte verder en liep tegen een ranglijst aan van Amerika’s grootste presidenten, samengesteld door het Siena Research Institute. Het instituut, dat geregeld samenwerkt met de progressieve New York Times, plaatste Reagan in 2018 op nummer dertien (boven Clinton en Obama), een stijging van vijf plaatsen ten opzichte van 2010. Reagan zit daarmee in de kopgroep van het ‘peloton’ van in totaal 44 Amerikaanse presidenten. De 150 historici die aan het wetenschappelijke onderzoek meededen, en daarbij presidenten aan de hand van twintig criteria beoordeelden, roemen met name Reagans buitenlandse politiek en diens democratische gezindheid.

Ruim dertig jaar na Reagans vertrek en zestien jaar na diens dood in 2004 scheppen tijd en afstand ruimte voor objectivering. Zou Siena Research Trump straks ook een groot staatsman vinden? Moeilijk voorstelbaar. Als je hem even vergelijkt met Reagan: het buitenland, een belangrijk criterium, doet er voor Trump niet toe. En wat democratische gezindheid betreft: Trump spuugt op zijn politieke tegenstanders, en maakt journalisten uit voor rotte vis, terwijl Reagan de Democraten juist respecteerde – F.D.R. Roosevelt was zijn grote voorbeeld – en genoot van het spel met de pers. Voorlopig bungelt Trump bijna onderaan op nummer 42.

Willem Pekelder schrijft deze column gedurende de zomer. Meer columns van Willem Pekelder leest u hier.