Rechtbank stelt proces tegen Rico de Chileen uit

Voor de inhoudelijke behandeling van de zaak met codenaam Orinus waren deze en volgende week vijf dagen uitgetrokken, maar R. en zijn advocaten hadden dinsdag in de zwaarbeveiligde ‘bunker’ van de rechtbank in Amsterdam-Osdorp geklaagd dat ze zich onvoldoende hadden kunnen voorbereiden.

Ze hebben meer tijd nodig om berichtenverkeer te bestuderen bij het Nederlands Forensisch Instituut.

Ook willen ze nog getuigen verhoren, waarmee de rechtbank goeddeels instemt.

Bovendien zijn er onlangs nog nieuwe stukken toegevoegd. De advocaten van ‘Rico de Chileen’ willen (veel) meer tijd om getuigen te kunnen verhoren, belastend berichtenverkeer te kunnen inzien, verwante strafdossiers te kunnen doornemen uit de zaak 26Marengo tegen Ridouan Taghi en diens ‘criminele organisatie’, et cetera. 

Ontlastend bewijs

“Dit proces is niet gereed om afgedaan te worden,” zei advocaat Leon van Kleef. “De verdediging heeft eerder gesteld dat de planning van een inhoudelijke zitting niet als een molensteen om onze nek zou moeten komen te hangen, en wij met een nichts geht mehr-scenario zouden komen te zitten waarin de geplande zittingsdagen heilig zijn. Nou, ik blijk een exacte voorspeller, want die molensteen hangt om onze nek.”

Getuigen uit het buitenland

Volgens de advocaten schendt de rechtbank R.’s recht op een eerlijk proces als zijn zaak nu inhoudelijk zou worden behandeld.

‘Meerdere getuigen’ uit het buitenland die R. wil verhoren, zoals medeverdachten, zijn volgens Van Kleef bereid naar Nederland te komen voor een verhoor.

Voor behandeling van R.’s zaak heeft de Amsterdamse rechtbank deze en volgende week vijf dagen uitgetrokken.

Rivaal F.

Onder de getuigen die de advocaten willen kunnen verhoren, is R.’s vermoede rivaal Mustapha F., die in Marokko in de gevangenis zit. Volgens het Openbaar Ministerie wilden R. en Taghi deze ‘Moes’ laten vermoorden.

Ook willen de advocaten twee Amsterdamse broers uit De Pijp verhoren, die onder meer kunnen vertellen of de recherche hen heeft benaderd voor een traject om heimelijk informatie over R. te vergaren. De broers werden gerekend tot R.’s entourage.

Uitzonderlijke hoeveelheid PGP’s

Het Openbaar Ministerie vraagt de rechtbank het verzoek om aanhouding af te wijzen en de behandeling van de zaak volgens de planning door te zetten.

Volgens de aanklagers kunnen Richard R. en zijn advocaten beschikken over alle relevante communicatielijnen die via versleutelde PGP-Blackberry’s liepen (Pretty Good Privacy). Het Nederlands Forensisch Instituut heeft hem zeventien dagen inzage geboden ‘in een uitzonderlijk hoge hoeveelheid PGP’s’. De advocaten ‘hebben meer dan voldoende ruimte gekregen’ voor eigen onderzoek, maar zijn ‘passief’ in het maken van afspraken, stellen de officieren van justitie.

De verdediging heeft na inzage volgens de officieren bovendien nog niet één ‘ontlastend’ bericht kunnen aandragen uit het PGP-emailverkeer.

Dat R. en zijn advocaten over veel meer dossierstukken uit de zaak Marengo tegen Ridouan Taghi en zijn ‘criminele organisatie’ moeten kunnen beschikken, vindt het Openbaar Ministerie niet. R. wordt in zijn huidige zaak Orinus ‘een heel ander juridisch verwijt gemaakt’ dan de verdachten in de zaak Marengo. Hier gaat het er om dat moet worden aangetoond dat R.’s groepering ‘het oogmerk had’ op moorden, drugshandel en witwassen. Hij wordt anders dan Taghi c.s. (nog) niet vervolgd voor concrete liquidaties.

De onderzoeksrechter is ‘zeer voortvarend te werk gegaan’, vinden de aanklagers. Dat de door de verdediging aangedragen getuigen ‘binnen afzienbare tijd’ kunnen en zullen opdraven, is volgens justitie niet te verwachten.

De volgende inleidende, tussentijdse zitting is op 10 augustus. Vermoedelijk in de extra beveiligde rechtbank op Schiphol, om 10 uur.