Direct naar artikelinhoud
Coronamaatregelen

Ook in de GGZ wordt face-to-face contact vermeden, en dat zit Bauke Koekkoek niet lekker

Ook in de GGZ wordt face-to-face contact vermeden, en dat zit Bauke Koekkoek niet lekker
Beeld Fadi Nadrous

Waarom werken mensen in de thuiszorg gewoon dóór en blijven hulpverleners in de GGZ met beeldtelefoon juist op afstand van hun kwetsbare cliënten? Volgens Bauke Koekkoek moeten ze er veel meer ‘zijn’.

Hij heeft de corona-richtlijn van het RIVM er nog maar eens op nagelezen. Daar staat toch echt dat zorgverleners hun cliënten thuis kunnen blijven bezoeken, zolang zij geen griepverschijnselen vertonen en de veilige afstand van 1,5 meter wordt aangehouden. In de GGZ wordt echter veel defensiever gehandeld, daar is het uitgangspunt dat face-to-face contact moet worden vermeden, tenzij het niet anders kan.

Dat zit Bauke Koekkoek niet lekker, en hij ergert zich aan het grote enthousiasme op allerlei plekken over ‘beeldbellen’, dat net zo goed zou werken. Koekkoek is lector ‘Onbegrepen gedrag, zorg en samenleving’ aan de Hogeschool Arnhem Nijmegen en aan de Politieacademie. Maar hij is nadrukkelijk óók van de praktijk. Hij draait crisisdiensten en bezoekt mensen met bijvoorbeeld suïcideneigingen en in acute psychose. Hij schreef er ook columns over in Trouw.

“Dat het land op slot ging direct bij het uitbreken van de coronacrisis, daar heb ik begrip voor”, zegt hij. “Maar nu de maatregelen langer gaan duren, moeten we ons afvragen of er toch geen manieren zijn om toch direct in contact te treden met onze kwetsbare cliënten. Onze hoofdtaak is toch om er echt voor ze te ‘zijn’.”

Veel collega's zweren bij hun beeldtelefoon

In de thuiszorg worden ook gewoon huisbezoeken afgelegd, in het onderwijs zijn kinderen die in het online-onderwijs dreigen uit te vallen nu ook welkom op school. Maar wat gebeurt er in de GGZ? “Meer dan een miljoen Nederlanders doen jaarlijks op een of andere manier een beroep op de GGZ, en die hulp wordt in 97 procent van de gevallen ambulant geleverd: dus aan een cliënt die thuis woont. Een groot aantal mensen redt zich goed, maar een deel ook niet, en die groep zal naarmate de isolatie langer duurt alleen maar groter worden.”

Koekkoek heeft op onder meer Linkedin onder zijn vakgenoten een discussie proberen te voeren over hun houding tijdens deze crisis. “Er is heel snel een sfeer ontstaan dat zij cliënten niet mogen bezoeken omdat dit gevaarlijk zou zijn. Vanuit GGZ Nederland, onze brancheorganisatie, is vervolgens geen heldere koers gevaren. Ik heb zelf daarom maar een afwegingskader geschreven waarin je heel nuchter kunt nagaan of face-to-face contact nodig lijkt. Zo ja, dan moet je dat dus gewoon doen, met inachtname van de RIVM-richtlijn. Maar veel collega’s zweren bij hun beeldtelefoon. Die werkt ook in veel gevallen, maar in sommige gevallen ook niet. Je mist met een beeldtelefoon ook een hoop.”

Veel cliënten missen op dit moment de structuur van de dagbesteding, het bezoekje aan lotgenoten of de gespreksgroep. Ze moeten het helemaal zelf rooien, en dat gedurende lange tijd. Een terugval ligt dan op de loer. Koekkoek gaat de komende tijd - in dit geval als onderzoeker aan de HAN – met collega’s in kaart brengen welke mensen zonder het meeste risico lopen, hoe zij toch op andere manier kunnen worden bijgestaan en hoe op iets langere termijn schade kan worden voorkomen. “Alle ogen zijn nu gericht op de bedden van de intensive care, maar dat betekent niet dat de mensen die daar níet liggen zichzelf allemaal kunnen redden.”

Lees ook: Het debat over verwarde personen ontward

In een paar jaar tijd is de discussie over personen met verward gedrag behoorlijk vaag geworden, vinden experts. Tijd om werkelijkheid van mythe te onderscheiden.