Voor de kust van Suriname is wéér een groot olieveld gevonden
De olieprijs mag dan gekelderd zijn tot prijzen van vóór de oliecrisis, Suriname zal niet minder blij zijn met de vondst van een tweede groot olieveld voor de kust van het land.
Het Amerikaanse olieconcern Apache en het Franse Total maakten bekend opnieuw een ‘belangrijke’ vondst gedaan te hebben. Hoe groot het nieuwe veld precies is, is nog niet gezegd, maar het gaat om significante hoeveelheden, aldus Apache.
De vondst is opnieuw goed nieuws voor de kwakkelende economie van het land. In januari werd al een veld ontdekt van naar schatting 300 miljoen vaten. Er wordt nog gezocht op een kansrijke derde locatie.
Suriname verdient aan de olie dankzij belastingen en royalty's die beide concerns afdragen. Ook kan het Surinaamse Staatsolie zich voor eenvijfde inkopen als de olie straks daadwerkelijk naar boven komt.
Hoewel de olieprijzen historisch laag zijn (de prijs van een vat Amerikaanse olie dook deze week even onder de 20 dollar per vat, tegen ruim 60 dollar begin dit jaar), is de verwachting dat prijzen zich de komende maanden weer wat zullen herstellen. Sinds het coronavirus is de vraag naar olie sterk gedaald, doordat veel minder wordt gevlogen, er minder auto’s rijden en de vraag door fabrieken is gedaald omdat er weinig wordt afgezet. Ook overspoelen Opeclanden Rusland en Saoedi-Arabië de markt in een poging Amerikaanse olieproducenten te vermorzelen, die tegen veel hogere kosten olie uit de grond halen.
Het zal vermoedelijk nog vijf tot zeven jaar duren voor de eerste olie wordt opgepompt. Suriname rekent bij herstel van de prijzen op inkomsten van ruim 300 miljoen euro per jaar.
Gaat Suriname rijk worden door de olie?
Begin dit jaar werd een olieveld gevonden voor de kust van Suriname. Optimisten zien het land al veranderen in een tweede Noorwegen. Anderen vrezen dat de opbrengsten van het zwarte goud hooguit de kosten van alle wurgleningen kunnen dekken.