Direct naar artikelinhoud
Nieuwsrestauratie

Het Lam is terug in de Gentse kathedraal, het straalt en heeft zelfs iets menselijks

Het Lam is terug in de Gentse kathedraal, het straalt en heeft zelfs iets menselijks
Beeld AFP

De lucht is blauw, geen smoezelig grijs-blauw, de engelen en martelaren hebben een gezonde teint – geen Trumpiaans zonnebankhoofd. De Aanbidding van het Lam Gods in Gent is nu al herboren na een grondige restauratie. En die is pas halverwege.

‘Het Lam’ is terug. Na een ingrijpende restauratie zijn de onderste vijf binnenpanelen van Jan en Hubert van Eycks beroemde veelluik De Aanbidding van het Lam Gods (1432) weer thuis in de Sint-Baafskathedraal in Gent. Inclusief het middenpaneel met daarop de naamgever van het polyptiek. Men kan Het Lam weer in de ogen kijken. Nou ja, men kan hard staren naar twee kleine puntjes in de verte.

De terugkeer van de luiken (tonend, van links naar rechts: de Rechtvaardige Rechters, de Ridders van Christus, de aanbidding van het Lam, de kluizenaars en de pelgrims op bedevaart) werd onlangs gevierd, een evenement met een hoog reüniegehalte. In de steenkoude kerk hielden hoogwaardigheidsbekleders speeches waarin de woorden ‘meesterwerk’ en ‘belangrijk cultureel erfgoed’ steeds terugkeerden. 

Daarna vormde zich een rij over de hele lengte van de Sint-Baafs, want het toegestroomde publiek oversteeg ruim de honderd. De doopkapel, waar Van Eycks achter pantserglas schuilgaande, door camera’s bekeken veelluik sinds 1986 prijkt (links van de ingang), heeft slechts de afmetingen van een tuinhuis.

‘En?’, vroeg een televisie-verslaggever aan een oudere heer.

‘Ja, schóón.’

Gelukkig maar. Fase 2 van de restauratie, een samenwerking tussen onder meer het Koninklijk Instituut voor Kunstpatrimonium en de universiteiten van Gent en Antwerpen, kostte een krappe miljoen euro (898.556 om precies te zijn), en nam drie jaar in beslag, waarvan tweeënhalf voor onderzoek. De rest spendeerden de experts (restauratoren, kunsthistorici, scheikundigen) aan de daadwerkelijke restauratie: het centimeter voor centimeter verwijderen van de toevoegingen met scalpel en stereomicroscoop.

Originele vernislaag

Het was geen automatische-pilootwerk, vertelt conservator Kathleen Froyen. Niet overal hechtten de overschilderingen gelijkaardig aan de originele vernislaag. In de overschilderde lucht, bijvoorbeeld, was de hechting hardnekkig: ‘We verwijderden slechts twee tot vier vierkante centimeter per dag.’ Een klus om je in te verliezen: ‘Vaak keek ik op en dacht: hé, is het nu al weer tijd voor middageten.’

De restauratie was noodzakelijk om een goede conditie van het veelluik voor de toekomst te garanderen, zegt restaurator en projectleider Hélène Dubois. ‘Er stond spanning op de panelen en de voegen waren fragiel.’ Ook kampte het met broze vernislagen en opstuwende verf, wat desintegratie in de hand werkt. 

Stabilisatie was het eerste doel, maar na het bestuderen van de overschilderingen besloot men omwille van het ‘kunsthistorisch belang’ Het Lam Gods terug te brengen in  de oorspronkelijke staat. De meeste overschilderingen dateerden uit de zestiende eeuw en bedekten 10 tot 15 procent van het oppervlak van de luiken. 

Geen loze moeite: ontdaan van de oude vernislaag en toevoegingen heeft Van Eycks meesterwerk gewonnen aan diepte, plastiek, nuance en (kleur)intensiteit. Het straalt weer. De lucht is blauw, geen smoezelig grijs-blauw, het gras groen, geen schmutzig zwart-groen, en de engelen, martelaars en andere figuren hebben een gezonde teint – geen Trumpiaans zonnebankhoofd. Het contrast tussen de opgefriste luiken onder en de onbehandelde boven is onmiskenbaar. Ze lijken belicht door een sterkere lamp.

Originele vernislaag
Beeld AFP

Bloem voor bloem

Door de  restauratie heeft het werk ook gewonnen aan details. Zo vallen er aan de horizon nu drie nieuwe gebouwen waar te nemen, en is de vegetatie bloem voor bloem te identificeren. Reeds zichtbare objecten zijn beter leesbaar. Conservator Griet Steyaert: ‘Neem die wierookvaten van de engelen. Daarop zaten kleine beschadigingen. Pas na behandeling zag ik die vaten écht. Opeens zag ik: ze vallen open.’

De grootste verrassing betreft Het Lam zelf, dat in de originele staat minder schaapachtig blijkt dan we het kenden. Met zijn priemende blik en krullende bek vertoont het zowaar menselijke trekken. Die antropomorfe lamskop heeft niets te maken met onkunde, meent Kathleen Froyen: ‘Het was het Lam dat Christus symboliseerde. In de Middeleeuwen gaf men het Lam vaker een vermenselijkt uiterlijk.’

Bloem voor bloem

Evengoed diende Het-Lam-nieuwe-stijl vorige week als kop van jut op internet. Van Engeland tot Australië maakte men zich vrolijk over het dier. Wrang, vindt Froyen ‘Mijn hart doet een beetje pijn dat het lam een meme is geworden. De mensen met het snedigste commentaar weten vaak het minst van de restauratie. Ze begrijpen niet dat het lamshoofdje maar een klein detail is in een groter schilderij.’

Met dat schilderij is men nog niet klaar: volgend jaar begint de derde en laatste fase van de restauratie. Hierbij worden de bovenste luiken, waar God de Vader, Maria en Johannes de Doper zijn te zien, onder handen genomen. Door onderzoek met een macro-XRF-scanner is al bekend dat de gekroonde God-figuur in het midden is overschilderd. 

De plooival van zijn gewaad, de parels in zijn kroon, de bogen achter hem, het brokaat – al die zaken schilderde Van Eyck anders dan we het kennen. Dubois: ‘Het wordt de meest complexe fase van het project. Er staat nog ontzettend veel te gebeuren.’