Bij antiregeringsprotesten in Irak zijn zaterdag vier demonstranten door Iraakse veiligheidsdiensten gedood, meldt persbureau Reuters. Een van de slachtoffers viel in de hoofdstad Bagdad, waar sit-in-protesten gaande waren.
De veiligheidstroepen probeerden de sit-ins bij het centrale Tahrirplein op te breken en zetten daarbij onder meer traangas in. Tientallen demonstranten in de hoofdstad raakten gewond. Ook in de stad Basra in het zuiden grepen de veiligheidsdiensten in, 16 demonstranten werden daar gearresteerd. In Nassiriya, eveneens in het zuiden van het land, vielen drie doden.
De sjiitische leider Muqtada al-Sadr, die populair is onder demonstranten, zei zaterdag toe zich terug te trekken uit de aanhoudende anti-overheidsprotesten. Daarop blies een deel van zijn aanhang de aftocht. Veiligheidstroepen zagen daarin een kans om de overige demonstranten te verjagen.
In Irak is het al maanden onrustig. Demonstranten eisen grootschalige politieke hervormingen en willen dat er een einde komt aan de corruptie bij de overheid. Ook eisen ze vervroegde verkiezingen. Zaterdag kwamen demonstranten bovendien in het verzet tegen de aanwezigheid van Amerikaanse troepen in het land. Bij eerdere demonstraties kwamen eveneens demonstranten om het leven en raakten velen gewond. Vrijdag vielen er ook al twee doden.