Direct naar artikelinhoud
InterviewOuder van misbruikte dochter

Wat doet het je als moeder als je dochter is verkracht – en hoe kom je er weer bovenop?

Het is een nachtmerrie voor kinderen en hun ouders, een (groeps)verkrachting zoals de schokkende zaak die deze week in Den Bosch in het nieuws kwam. Hoe herken je signalen bij de kind? Wat doet het jezelf als ouder? En hoe kom je er als moeder weer bovenop? Janine vond steun bij een praatgroep voor lotgenoten.

Janine met haar dochter, die als 12-jarige werd misbruikt door de buurman.Beeld Guus Dubbelman / de Volkskrant

‘Het moet voor die tienermeisjes in Den Bosch die het slachtoffer zijn geworden van groepsverkrachtingen misschien nog wel moeilijker zijn geweest om het aan hun ouders en de politie te vertellen dan voor mijn eigen dochter die is misbruikt door de buurman’, zegt Janine (47). ‘Het is zo moedig en dapper. Maar het is te groot om dit helemaal alleen te dragen. Toen ik het nieuws hoorde, kwam meteen weer dat gevoel van eenzaamheid bij me op. En de woede: zo’n grote groep, in een garage, dat ze de brutaliteit hebben om zoiets te doen. Dat heeft me ook destijds verbijsterd bij mijn eigen buurman: dat hij dit durft te doen. Staan ze er niet bij stil dat ze andermans leven kapotmaken? Gaat het dan alleen maar om hun eigen plezier?’

Janine, die vooral in het belang van haar 14-jarige dochter anoniem wil blijven, weet als ervaringsdeskundige wel ongeveer wat de drie Bossche meisjes en hun ouders meemaken, in wat voor nachtmerrie ze zijn beland. Maar ook hoe belangrijk het is als misbruikslachtoffer om erover te praten, je niet schuldig te voelen of het weg te stoppen.

Volgens het Centrum Seksueel Geweld (CSG) blijkt uit onderzoek dat slechts 15 procent van de vrouwelijke slachtoffers direct na een verkrachting erover durft te vertellen aan hun omgeving of de politie. De meesten durven pas veel later – soms zelfs wel 30 of 40 jaar later – met hun verhaal naar buiten te komen. En een kwart vertelt het nooit, uit een gevoel van schaamte, schuld of angst.

‘Maar ook voor ouders is het belangrijk om erover te praten’, onderstreept Janine. Ze sprak met de maatschappelijk werker en met de psycholoog. En ook met familie en vrienden had ze het erover. Maar de meeste baat had ze van de zes bijeenkomsten met een lotgenotengroep, georganiseerd door Slachtofferhulp Nederland, die ze samen met haar man bezocht.

‘We zijn best eenzaam in ons verdriet’

‘Familie en vrienden zijn ontzettend begripvol en betrokken, maar ze vinden het ook vaak te walgelijk en te pijnlijk om zo’n gevoelig onderwerp aan te kaarten – daar lag toch ook wel een soort taboe op. En écht begrijpen wat je precies doormaakt doen ze niet’, zegt ze. ‘Pas in de lotgenotengroep besef je: we zijn best eenzaam in ons verdriet. En het helpt enorm dat je merkt dat je niet de enige bent die zoiets verschrikkelijks is overkomen. Je hoeft dus geen schuldgevoelens te hebben: heb ik als moeder iets gemist? Het overkomt ook andere, liefhebbende ouders.’

Haar dochter Hanna (niet haar echte naam, red.) was 12 toen ze op een zondagavond in juni 2017 ‘na veel horten en stoten’ haar grote geheim durfde te vertellen: ‘Ik heb seks met de buurman gehad.’ Ze zei nadrukkelijk niet dat ze was misbruikt door de buurman, vertelt moeder Janine. ‘Ze voelde zich schuldig en was bang dat ik boos zou worden omdat ze slechte dingen had gedaan. Ze besefte niet dat híj de dader was, niet zíj.’

De buurman was een jonge militair en vormde met zijn vrouw een stel waarmee Janine en haar man het altijd goed hadden kunnen vinden. Hanna kwam er vaak en graag over de vloer, om met de jonge katjes te spelen, te gamen of een taart te bakken. De buren waren een soort tweede thuis voor haar. Het misbruik door de buurman was mogelijk al drie jaar eerder begonnen en ging van kwaad tot erger: eerst stoeien en spelen, daarna zoenen en hand in de broek, tot uiteindelijk verkrachting.

‘De wereld stopte met draaien’

‘Je denkt dat je mensen kunt vertrouwen’, blikt Janine terug. ‘Maar toen Hanna me dat tussen de huilbuien door vertelde, stopte de wereld even met draaien. Ik wist meteen dat het waar was. Maar tegelijk wil je het niet geloven – dat is heel tegenstrijdig.’

Opeens vielen voor Janine ook de puzzelstukjes van het ietwat vreemde gedrag van Hanna de laatste tijd op hun plek – haar opstandigheid, het in bed plassen, haar uitspraak: ‘Ik wil geen meisje meer zijn.’ Haar man heeft nog diezelfde avond de politie gebeld. Twee agenten kwamen langs – de vrouwelijke agent sprak zelfs nog even met Hanna. Daarna werden de specialisten van de zedenpolitie ingeschakeld. Die zeiden ook meteen: ‘Jij kan er niets aan doen, het is zijn schuld.’

De volgende dag werd ze lichamelijk onderzocht in het Centrum Seksueel Geweld, gevestigd in het ziekenhuis. Niet alleen op een mogelijke zwangerschap of ziekte, maar ook door een specialist van het NFI op sporen die van belang konden zijn voor het strafrechtelijk onderzoek. Maandagnacht werd de buurman van zijn bed gelicht door de marechaussee. De rechtbank veroordeelde hem dit jaar tot drie jaar celstraf – het hoger beroep loopt nog.

Hanna ging in behandeling bij het landelijk Psychotraumacentrum. ‘De eerste behandeling was erop gericht om wat orde in de chaos in dat hoofdje te scheppen’, zegt Janine. ‘Zij zag de buurman als een vriend. Ze zat ook in een loyaliteitsconflict, wilde hem geen kwaad doen.’ Daarna volgde de behandeling om haar seksuele ontwikkeling te ‘resetten’. Want dat was door het misbruik ‘veel te vroeg en helemaal verkeerd begonnen’.

Het leven gaat door, denk je

Janine dacht al aan het eind van die zomer ‘heel pragmatisch’: afschuwelijk wat er is gebeurd, maar het leven gaat door. Driekwart jaar later kwam ze zichzelf alsnog tegen: huilbuien, somberte, ellende. Ze bezocht een psycholoog, maar vooral de gesprekken in de lotgenotengroep werkten bevrijdend.

‘Ik begreep dat nooit zo: je zit zelf met je eigen ellende en dan ga je ook nog eens naar anderen luisteren die misschien wel nog meer ellende hebben meegemaakt’, zegt ze. ‘Maar het werkt echt – ik kan het alle ouders of familieleden van misbruikslachtoffers aanraden. Mensen met dezelfde ervaringen kunnen je het beste helpen – zij weten wat je hebt doorgemaakt. Het was een feest van herkenning en erkenning.’

Campagne tegen seksueel geweld

Eind vorige maand is de rijksoverheid een speciale campagne begonnen om slachtoffers van seksueel misbruik te motiveren dat te melden en hulp te zoeken. Want een op de vijf vrouwen heeft weleens seksueel geweld meegemaakt, maar veel slachtoffers durven daar niet over te praten. ‘Mensen zijn bang niet geloofd te worden, vragen zich af of ze het er zelf naar hebben gemaakt’, zegt Rosa Jansen van Slachtofferhulp Nederland. ‘Maar als je seks tegen je wil hebt gehad, is het juist goed om zo snel mogelijk hulp te vragen. Want hoe sneller je erover praat, des te eerder kun je beginnen met het herstel om je weer op de been te brengen. Om de drempel nog lager te maken, kunnen mensen via onze chatlijn zelfs anoniem melden wat ze hebben meegemaakt. Helaas spelen gevoelens van schuld en schaamte nog steeds een grote rol. Daarom zeggen we: durf het te melden. Het is echt niet je eigen schuld.’

De  politie heeft  in Den Bosch en Rosmalen acht mannen in de leeftijd van 18 tot 26 jaar gearresteerd op verdenking van meerdere groepsverkrachtingen van minderjarige meisjes. Drie tienermeisjes van 15 en 16 jaar hebben gemeld dat ze verkracht zijn, maar de politie sluit niet uit dat meer meisjes het slachtoffer zijn geworden.