Direct naar artikelinhoud
ProfielHunter Biden

Hunter Biden, de uitverkorene die niet uitverkoren had moeten zijn

Hunter Biden naast zijn vader Joe Biden in 2016.Beeld Getty

De activiteiten van Joe Bidens zoon Hunter in Oekraïne vormen de bron van verdachtmakingen die hebben geleid tot het impeachment-onderzoek tegen Trump. Wie is Hunter Biden?

Hij is een soort uitverkorene. Op 49-jarige leeftijd is Hunter Biden, naast zijn vader Joe, het enige lid van het eerste gezin Biden dat nog in leven is. Hij overleefde in 1971 het auto-ongeluk waarbij zijn moeder en zusje omkwamen; de andere overlevende, zijn broer Beau, stierf vier jaar geleden aan kanker. Het is een last die hem zwaar valt. Eigenlijk had Beau die uitverkorene moeten zijn.

‘Ik was er vrij zeker van dat Beau op een dag zou kunnen gaan voor het presidentschap’, schreef Joe Biden in zijn biografie van twee jaar geleden. ‘Met de hulp van zijn broer had hij kunnen winnen.’ Beau als leider, Hunter als helper: dat was al jaren de rolverdeling. Toen Beau op school voorzitter van de leerlingenraad wilde worden, was het Hunter die de flyers uitdeelde, zo schreef The New Yorker  deze zomer in een profiel.

Maar sinds het overlijden van Beau speelt Hunter de hoofdrol. En kan het gebeuren dat niet zijn broer dankzij hem president wordt, maar dat zijn vader dankzij hem geen president wordt. De activiteiten van Hunter, die in het kielzog van zijn vader (destijds vicepresident) bakken met geld verdiende in Oekraïne en China, vormen de bron van de verdachtmakingen van president Trump die tot een impeachment-onderzoek hebben geleid. De kwestie draait in de eerste plaats om machtsmisbruik van Trump, maar blijft ook Democratisch presidentskandidaat Joe Biden aankleven.

Zondag probeerden de Bidens de schade te beperken: Hunter kondigde aan dat hij terugtreedt uit het door Chinees geld gevoede investeringsvehikel, dat stamt uit de tijd van het vicepresidentschap van zijn vader.

Hunter was een wandelend uithangbord met de naam Biden. Hij verdiende 50 duizend dollar per maand als commissaris van het Oekraïense gasbedrijf Burisma, een corrupt bedrijf in een corrupt land, terwijl zijn vader Oekraïne juist onder druk zette om de corruptie te bestrijden. Ook een protégé van John Kerry, destijds minister van Buitenlandse Zaken, werd commissaris bij Burisma.

Het was niet illegaal wat Hunter deed, maar zijn aanstelling baarde het Witte Huis zorgen – ook de vicepresident. ‘Ik hoop dat je weet wat je doet’, zou Joe tegen zijn zoon hebben gezegd. Een voormalige medewerker zei deze zomer tegen The New Yorker dat Hunter de baan niet had moeten aannemen. ‘Hij had zich moeten realiseren dat zijn buitenlandse zakenpartners met hem in zee gingen om te kunnen zeggen dat ze gelieerd waren aan vicepresident Biden.’

Ook in China deed Hunter goede zaken. Hij sloot (met de stiefzoon van Kerry) een deal met aan de Chinese overheid gelieerde investeerders, die 1,5 miljard dollar in hun beleggingsvehikel wilden steken. De zaken liepen parallel aan de politiek. Biden vloog een keer mee met het regeringsvliegtuig van zijn vader.

In het boek Secret Empires suggereert Peter Schweizer, die drie jaar geleden met ‘Clinton Cash’ de kandidatuur van Hillary Clinton hielp torpederen, dat er een causaal verband is tussen de baantjes van Hunter en het buitenlandbeleid van Joe. Daar is geen enkel bewijs voor; zijn boeken worden gefinancierd door Robert Mercer en zijn dochter Rebekah, belangrijke donateurs van de conservatieve beweging. Maar Schweizer wijst wel op een interessante tegenstrijdigheid in de Amerikaanse wet. Als een Amerikaans bedrijf familieleden van buitenlandse regeringsleden inhuurt, dan wordt dat als corruptie gezien – JP Morgan is daarvoor aangeklaagd. Maar als een buitenlands bedrijf familieleden van Amerikaanse regeringsleden inhuurt, is dat niet strafbaar.

Hunter, die jarenlang met alcohol en drugs worstelde en een paar jaar lang een relatie had met de weduwe van zijn broer Beau, zei in een gesprek met The New Yorker dat hij de impulsieve van de twee broers was. ‘Als we van een klif wilden springen, zei ik altijd, let’s go, let’s go. Beau zei dan: wacht, wacht. Laten we eerst kijken of er geen rotsen liggen.’