Direct naar artikelinhoud
Wat is daar nou erg aan?Leonie Breebaart

Begrijpt Robbert Dijkgraaf de weerstand tegen betweters echt niet?

Begrijpt Robbert Dijkgraaf de weerstand tegen betweters echt niet?

De nationale verering van Robbert Dijkgraaf als hét boegbeeld van dé wetenschap heeft me altijd een beetje geïrriteerd, maar sinds ik zijn Abel Herzberglezing heb gelezen, begrijp ik ook waarom. In die lezing, die maandag in Trouw stond, zet de topwetenschapper twee zaken scherp tegenover elkaar: de wetenschap, die enorme vooruitgang boekt, en de tegenkrachten die haar daarbij hinderen. ‘Menigeen voelt zich plotseling vrij de waarheid te manipuleren en verdacht te maken’, schrijft Dijkgraaf. En of het nu gaat om klimaatverandering, immigratie of vaccinaties, het advies van experts wordt weggezet als ‘ook maar een mening’.

Op die constatering is natuurlijk niks aan te merken. Welk weldenkend mens zou het met Dijkgraaf oneens zijn? Nepnieuws, klimaat­ontkenning, Donald Trump, Thierry Baudet: natuurlijk is dat erg. Toch verwacht je van deze topwetenschapper tenminste één antwoord op de knellende vraag hoe dat populistisch wantrouwen tegen de wetenschap ontstaan kan zijn. Dat inzicht blijft uit. Het ‘populistische virus’ waait wel weer over, verwacht Dijkgraaf. Vele individuen en instellingen voelen zich inmiddels geroepen ‘de fundamentele waarden van redelijkheid, tolerantie en vrije uitwisseling van ideeën te verdedigen’.

Zou het hem ontgaan zijn dat wetenschappers tegenwoordig ook wel­eens onredelijk en intolerant overkomen? Bijvoorbeeld omdat ze denken dat hun data onze hele wereld vertegenwoordigen?

Waarheid is meer dan wetenschap

Neem nou de feiten over voeding. Tegenwoordig is er bewijs te over: als u rookt, drinkt, vet eet of te weinig sport gaat u eerder dood. Onomstotelijk bewezen! En een zeker teken van vooruitgang: deze kennis helpt uw leven te verlengen. Maar stel nou dat het opgeven van uw kroketje en uw sigaretje u in de oren klinkt als achteruitgang? Als u vervolgens wordt verweten ‘de feiten te negeren’, wordt het verleidelijk die feiten te beschouwen als ‘ook maar een mening’: Ik geniet van die sigaret, dat is toevallig mijn waarheid.

En zo onredelijk is zo’n reactie niet, aangezien ervaringen en tradities (‘kroketjes op vrijdag, dat is familietraditie’) ook deel zijn van onze complexe werkelijkheid. Je kunt zelfs onderzoeken wat ze voor mensen betekenen. Maar sinds de alfawetenschappen onderaan in de wetenschappelijke pikorde staan, heeft zulk onderzoek geloof ik geen topprioriteit.

Om te begrijpen dat schermen met nog meer feiten niet altijd werkt, hoef je geen domme populist te zijn, zoals deze Herzberglezing helaas wel suggereert. De Franse antropoloog-filosoof Bruno Latour werkt voortdurend samen met klimaatwetenschappers, maar begrijpt tegelijk de woede van de ‘gele hesjes’. Zij voelen zich ­terecht overvallen door het nieuwe ‘klimaat­regime’ en uit onmacht keren ze zich tegen ‘de feiten’. Hoe overtuig je hen, dat is de grote vraag.

Want als de wetenschap ons gaat redden, dan alleen als ze de tragische weerstand tegen ‘de feiten’ beter leert begrijpen. Dat lijkt me eerlijk gezegd ook meer in de geest van Abel J. Herzberg, die voor alles een groot mensenkenner was.

Wat is daar nou erg aan? Leonie Breebaart onderzoekt in haar column de actualiteit op filosofische wijze. Lees ze hier terug.

Lees ook:

De woede van de gele hesjes is meer dan een protest tegen biologische ongelijkheid

De woede van de ‘gele hesjes’ is meer dan een protest tegen eeuwige biologische verschillen, schreef Leonie in een eerdere column. ‘Het is ook gericht tegen het idee van Schnapper c.s. dat de Franse maatschappij hiërarchie, autoriteit en onderscheid ‘ten diepste’ zou afwijzen. In theorie misschien, maar in de praktijk krijgen Franse bolleboosjes juist een almaar minder eerlijke startpositie.’