Actie in medsiche wereld voor betaling van alle coassistenten
Amsterdam
Nu is het zo dat de coassistenten in de academische ziekenhuizen wel betaald krijgen voor hun stage en training (net zoals bijvoorbeeld een stagiair van een lerarenopleiding, of een wiskundestudent die werkcolleges geeft), maar hun collega’s in de minder grote en belangrijke hospitalen niet. Ook al gaat het vaak maar om honderd euro per maand, dat schept een ongelijkheid waartegen de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD) donderdag de actiedag #breekeenlansvoordeco belegde.
De actie wordt ondersteund door de Artsenfederatie KNMG. KNMG-voorzitter René Héman: ‘Met een 50-urige werkweek, vaak veel reistijd en daarnaast veel studie-uren is er voor coassistenten geen ruimte voor een bijbaan. Ik vind het belangrijk dat de geneeskundestudie voor iedereen toegankelijk blijft.’ Ook Michel Tebbes, woordvoerder van de Geneeskundestudentenvereniging, steunt het ‘breek een lans’-initiatief.
In januari klonk er in het blad Medisch Contact echter een ander geluid. Saskia van Run opperde het idee om de ‘co’s’ hun vergoedingen te laten overmaken aan doelen binnen de Nederlandse gezondheidszorg die dat geld harder nodig hebben. ‘Ik ben van mening dat geld in de vorm van een stagevergoeding bij de algemene coassistent niet op zijn plek is.’ <