Dierenplaatjes van de Hoge Veluwe zijn net als chocolade: verslavend
Hoenderloo
‘In de paar minuten dat ik hier sta te praten, zijn er alweer tientallen foto’s gemaakt’, zegt Henk Ruseler, boswachter op De Hoge Veluwe. Achter hem komen op een beamerscherm plaatjes voorbij die in het afgelopen jaar door camera’s in het nationaal park geschoten zijn. Een ree die in de lens kijkt, een wild zwijn dat passeert, een vos.
Al een paar jaar staan er ‘cameravallen’ in De Hoge Veluwe. Maar sinds 29 mei 2018 is er een groot burgerwetenschapsproject, met de naam Snapshot, gekoppeld aan de talloze foto’s die de camera’s samen produceren. Geïnteresseerde burgers kunnen achter hun computer op internet met behulp van een onlinegids foto’s classificeren. Dat wil zeggen: ze kunnen beschrijven wat ze op een foto zien. Bijvoorbeeld: een ree, of een edelhert. Wetenschappers van Wageningen University hopen daarmee hun voordeel te doen.
Inmiddels hebben zich al meer dan 6000 burgers geregistreerd als Snapshot-vrijwilliger, vertelt Ruseler. Die hebben werk genoeg te doen, want de camera’s maken circa een miljoen foto’s per jaar.
Cameravallen zijn op zich niet nieuw, vertelt Patrick Jansen, ecoloog aan de Wageningen Universiteit, bij een minisymposium ter gelegenheid van de eerste verjaardag van Snapshot. Hij toont een zwart-witfoto van springende herten, genomen door een cameraval in Noord-Amerika en opgenomen in het tijdschrift National Geographic. ‘Het is de eerste foto door een cameraval die ik ken’, zegt Jansen. ‘Hij is genomen in 1906. De herten springen weg, omdat ze zich rot geschrokken zijn. Ze liepen tegen draadjes aan die de flitsende camera activeerden. En bij die flits moet je denken aan een schaal met poeder die ontvlamt.’
Een wereld van verschil met de cameravallen die nu op De Hoge Veluwe staan, maakt Jansen duidelijk. De huidige camera’s werken met een infrarood flits en infrarood sensoren: als de camera een verandering waarneemt in warmte – bijvoorbeeld doordat er een warm beest in de buurt komt – begint hij te fotograferen, in reeksen. Groot voordeel vergeleken bij vroeger: de camera’s registreren ook schuwe soorten en ze beïnvloeden het gedrag van de dieren niet.
De reeksen foto’s bevatten een schat aan informatie voor wetenschappers. Zo kan bijvoorbeeld worden gemeten wat het effect is van menselijke bezoekers op de activiteit van de dieren. Het is Jansen onder meer opgevallen dat de camera’s in de rustgebieden twee keer zoveel edelherten te zien krijgen als de camera’s in de gebieden die voor publiek open zijn. Maar bij de reeën is de activiteit in beide gebieden even hoog.
De Universiteit Wageningen zocht voor de analyse van de fotoreeksen contact met onder meer computerwetenschappers van de Universiteit in Münster. ‘Patrick Jansen gaf me 100.000 foto’s van dieren, handmatig beschreven door vrijwilligers’, zegt computerwetenschapper Benjamin Risse. Met die data trainde Risse een computerprogramma dat dingen (en dus ook dieren) kan herkennen en labelen. Na wat bijstellen kan het programma nu accuraat zeggen welk dier er op een foto is te zien. Risse: ‘Dat betekent dat we veel sneller de enorme hoeveelheid foto’s die erbij blijft komen kunnen analyseren.’
wolven
De ontwikkeling leidt wel tot de vraag of het Snapshotprogramma dan niet over een tijdje alweer opgeheven kan worden. Immers: kan één computer straks niet wat nu een paar duizend vrijwilligers doen, en dan ook nog sneller? En is dat niet jammer, omdat het programma ook was bedoeld om bij mensen interesse te wekken voor natuur en wilde dieren?
Risse denkt dat het herkenningsprogramma nooit volledig de bijdrage van mensen zal kunnen vervangen. ‘Denk aan de wolf. Die is na een hele tijd teruggekomen. De computer zou zich er geen raad mee weten, want die kan alleen herkennen waarin hij al is getraind.’
Jansen is het met hem eens: ‘Voor de beste analyse heb je een samenspel van mensen en computers nodig.’ Bovendien, de foto’s die in het park worden genomen zijn er niet alléén voor wetenschappers. De camera’s leveren ook gewoon prachtige plaatjes op, die burgers via de website van Snapshot kunnen bekijken. En van die plaatjes krijg je niet snel genoeg, zegt boswachter Ruseler. ‘Snapshot is net als chocolade: verslavend.’ <