Direct naar artikelinhoud
AnalyseEurogroep

‘Ever closer union’ gaat in de ijskast nu de euro floreert

Geld laat de wereld draaien, maar de EU komt pas in beweging na een stevige crisis. Die crisis is er momenteel niet – de Unie geniet al twintig opeenvolgende kwartalen economische groei – en dus beperkten de ministers van Financiën vrijdag in de vroege ochtenduren de gedroomde uitbouw (‘verdieping’) van de eurozone tot een bescheiden dakkapel.

Als boeren met kiespijn: eurozonevoorzitter Mário Centeno en Europees Commissaris Pierre Moscovici presenteren het akkoord dat is bereikt na vijftien uur nachtelijk vergaderen.Beeld EPA

Eurozonevoorzitter Mário Centeno en Europees Commissaris Pierre Moscovici (Economische Zaken) deden na afloop van de nachtelijke marathonvergadering geen moeite hun teleurstelling te verbergen. Ze spraken vermoeid over ‘halfvolle glazen’, ‘eerste stapjes’ en ‘het best haalbare compromis in deze omstandigheden’. De vraag of de eurozone nu crisisbestendig is, lieten ze onbeantwoord. Wel merkte Centeno op dat het halfbakken compromis kan ‘bijdragen aan politieke onzekerheid’. Terwijl juist dat moest worden voorkomen.

Hoeveel hoger waren de verwachtingen in 2015. In hun befaamde rapport Five Presidents kwamen de voorzitters van de Europese Commissie (Jean-Claude Juncker), de Europese Raad (Donald Tusk), de Europese Centrale Bank (Mario Draghi), de Eurogroep (Jeroen Dijsselbloem) en het Europees Parlement (Martin Schulz) met een reeks ambitieuze voorstellen die moesten voorkomen dat de eurozone ooit weer in zo’n diepe crisis zou belanden als die tussen 2010 en 2013. De eurozone moest crisisbestendig worden en de aantrekkende economie leverde hét moment om dat te bereiken. ‘Als de zon schijnt moet je het dak repareren’, was destijds het vaakst gebruikte cliché.

De vijf voorzitters waren niet de enigen die zich lieten meeslepen door totaaloplossingen voor alle euromisère. Denktanks, de Commissie, het parlement, het Comité van de Regio’s en talloze andere instellingen produceerden een stapel eurorapporten die de inflatiecijfers van de munt ruim overtroffen.

Technocratisch ideaalbeeld

Vier jaar later erkennen betrokken EU-ambtenaren en diplomaten dat ze te hard van stapel liepen. Een Europese minister van Financiën, eurobonds en een nieuw rijk gevuld schokfonds voor eurolanden in problemen, het was een technocratisch ideaalbeeld. En de droombaan (het Europese ministerschap althans) voor Commissaris Moscovici.

Tegelijkertijd zijn er tijdens de crisis ingrijpende maatregelen genomen om de eurozone te versterken. Zo ziet de ECB nu toe op alle systeemrelevante banken, een ongekende overdracht van soevereiniteit. Banken hebben sterkere kapitaalbuffers, het aantal rommelkredieten op hun balansen is gehalveerd en de nieuw opgerichte Europese Bankautoriteit voert jaarlijks stresstesten uit bij de financiële instellingen.

Er zijn nationale faillissementsfondsen – gevuld door de banken zelf – voor de afwikkeling van wrakke instellingen, zodat de belastingbetaler niet langer voor die kosten opdraait. Beetje bij beetje vloeien die nationale fondsen samen in één Europese pot, met het Europees noodfonds als achterban. Dat noodfonds was ook compleet nieuw en heeft inmiddels vier landen (Griekenland, Ierland, Portugal, Cyprus) en één banksector (de Spaanse) voor omvallen behoed.

Zelfs als Rome nu de toegang tot de financiële markten compleet zou verliezen – wat niemand verwacht – is dat niet direct de ondergang van Italië en de rest van de eurozone. Het noodfonds heeft genoeg geld in kas om de rente en aflossingen van de Italiaanse regering drie jaar over te nemen. De eurozone is robuuster dan ooit, concludeerde de Commissie eerder deze week. Een deel van de weeffouten in de architectuur van de euro is hersteld.

Kleine stappen, grote belangen

Zonder crisismes op de keel zijn de financiënministers niet geneigd opnieuw grote stappen voorwaarts te zetten. ‘De EU is goed in het opvangen rampen, minder in het absorberen van kleine trillingen die een nieuwe ramp aankondigen’, merkt een ervaren EU-ambtenaar op. Maar hij erkent ook dat achter de kleinere stappen waarover de bewindslieden donderdagnacht intensief kibbelden, grote belangen schuilgaan.

Neem het befaamde ‘schokfonds’ – inmiddels omgedoopt tot Begrotingsinstrument voor Convergentie en Concurrentievermogen – waarop eurolanden in problemen een beroep kunnen doen. Het fonds komt er maar niet in de gedroomde Franse omvang van honderden miljarden euro’s, dat werd tijdens het nachtelijke euroberaad effectief geblokkeerd door minister Wopke Hoekstra. De zuidelijke EU-landen proberen met ‘externe financiering’ (lees: nieuwe heffingen) via de achterdeur het fonds alsnog bij te vullen. In principe zonder limiet en dat is meer dan een stapje.

De Europese spaargarantie op banktegoeden tot 100 duizend euro, is een ander ‘stapje’ waarover de ministers het niet eens werden. Het breed gedeelde idee (bescherm de spaarder) heeft grote consequenties als dat niet goed wordt voorbereid. Als wankele banken met te veel lijken op de balans meedoen, betaalt straks de ING voor Italiaanse spaarders.

Scheerbeurt

De opwaardering van het noodfonds – meer bevoegdheden – op zich stuitte evenmin op bezwaren. Maar wel de vraag of het fonds straks eist dat een land dat aanklopt om hulp eerst zijn staatsschuld saneert – en dus investeerders een ongevraagde scheerbeurt geeft. Italië en Griekenland zagen de bui al hangen: investeerders eisen meer rendement (dus rente) op de risicovollere obligaties uit deze landen. Alle reden voor harde onderhandelingen over hoe die ‘winstwaarschuwing’ voor investeerders eruit kwam te zien.

‘Kwaliteit gaat boven snelheid’, zei minister Hoekstra al voorafgaand aan het beraad. Mede door zijn onverzettelijke – volgens critici rigide – opstelling, zijn de bescheiden afspraken voor verdere uitwerking naar eind dit jaar doorgeschoven. De kans dat de Europese leiders volgende week tijdens de speciale eurotop alsnog op het gaspedaal trappen, is minimaal.

Elke grote reis begint met een eerste stap, hield Moscovici de moed erin. Centeno merkte bedachtzaam op dat ‘vele kleine stapjes bij elkaar toch tot aanzienlijke voortgang leiden’. De Franse en Duitse ministers van Financiën betitelden het gestripte schokfonds als een ‘minirevolutie’. Centeno verwacht dat nu het fonds is geaccepteerd, de groei ervan geleidelijk komt. ‘Europa kan niet zonder compromis, dat is de lijm die ons bij elkaar houdt.’

Minister Hoekstra had zijn verzet tegen grote hervormingen van de eurozone met een reeks kleine EU-lidstaten al maanden geleden ingezet.