Meer dan duizend kinderen krijgen mogelijk toch asiel in Nederland door de verruiming van het kinderpardon. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) gaat de aanvraag voor kinderpardon van 1.070 kinderen beoordelen. De IND hoopt de kinderen voor het einde van het jaar uitsluitsel te geven over hun toekomst in Nederland.
De aanvragen hebben betrekking op nieuwe en oude zaken. Namens ongeveer zevenhonderd kinderen werd al eerder een aanvraag gedaan. Die kinderen mogen in principe blijven. Ook konden nieuwe gezinnen die nog nooit aanspraak hadden gemaakt op het kinderpardon, zich tot eind februari bij de IND melden.
Het kinderpardon is voor de huidige gevallen iets verruimd, en tegelijkertijd afgeschaft voor alle nieuwe asielkinderen. Ook is de discretionaire bevoegdheid waarmee een bewindspersoon een afgewezen asielzoeker tóch een verblijfsvergunning kan geven, afgeschaft. Met deze bevoegdheid voorkwam staatssecretaris Mark Harbers (Justitie en Veiligheid, VVD) in september vorig jaar de uitzetting van de Armeense kinderen Howick en Lili.
Draai van CDA
De discussie rondom het kinderpardon laaide de afgelopen maanden op. De regeling die gehandhaafd werd, was dermate streng dat er nauwelijks gezinnen voor in aanmerking kwamen. In eerste instantie wilde het kabinet het pardon niet aanpassen. Na maatschappelijke druk, onder meer aangezwengeld door de documentaire Terug naar je eige land van presentator Tim Hofman, draaide coalitiepartij CDA waardoor een meerderheid van het kabinet plots vóór aanpassing was.
Na een dagenlang crisisberaad kwamen VVD, CDA, D66 en de ChristenUnie eind januari tot een akkoord. Besloten werd dat de ongeveer zevenhonderd asielkinderen die langer dan vijf jaar in Nederland zijn, mogen blijven. Wel mogen zij een uitzetting niet actief hebben tegengewerkt.