Opinie

Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Geopolitiek

Oorlog op Curaçao?

De Amerikaanse humanitaire hulp aan Venezuela verscherpt het politieke conflict in dat land, schrijft . Logistieke hub Curaçao kan er het slachtoffer van worden.

Illustratie Hajo

Terwijl het NOS Journaal aandacht had voor de eenzaamheid van paarden, landde een Amerikaanse admiraal op Curaçao. Deze Amerikaanse admiraal, een zekere Craig Faller, heeft sinds vorig jaar de leiding van de in Florida gevestigde ‘U.S. Southern Command’. Officieel was dit bezoek een kennismakingsbezoek. Formeel niets aan de hand dus. Ook op deze dag, 13 februari, bracht de onlangs geïnaugureerde Colombiaanse president Iván Duque een kennismakingsbezoek aan de Amerikaanse president Trump.

In het licht van de geplande ‘humanitaire hulp’ vanuit de VS aan Venezuela zijn deze kennismakingsbezoeken een stuk minder onschuldig. Aanstaande zaterdag, 23 februari, zal er vanuit twee kanten (Brazilië en Colombia) hulp worden geboden aan Venezuela. Ook Curaçao, onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden, wordt beoogd als logistieke hub voor deze ‘humanitaire hulp’.

Deze hulp heeft een politieke kleur. Het is het stokpaardje van de door Nederland erkende interim-president Guaidó die hiermee een daad wil stellen, precies één maand nadat hij zichzelf heeft uitgeroepen tot interim-president. President Maduro is sterk tegenstander van deze ‘humanitaire hulp’ en hij heeft zijn leger opdracht gegeven om onder meer de grensovergang bij Cucutá (Colombia) waar inmiddels veel hulpgoederen zijn gearriveerd, te blokkeren. Dat wordt overigens ontkend door de Venezolaanse vice-minister voor Europese Zaken Yván Gil, die, op bezoek in Nederland, dinsdag in NRC zei: „De grenzen zijn niet dicht.”

Lees ook dit interview met Yván Gil: ‘Nederland schaadt relatie met Venezuela’

Vanwege de politieke lading heeft het Colombiaanse Rode Kruis zich gedistantieerd van deze ‘humanitaire hulp’. Deze organisatie is politiek neutraal en wil daarom ver blijven van dit politieke gekissebis.

Humanitaire hulp in politieke handen

Wat is de bedoeling op 23 februari? De sympathisanten van de door Nederland erkende interim-president Guaidó moeten aan de Venezolaanse grens met Brazilië en Colombia het militaire cordon doorbreken, de door de Verenigde Staten gezonden hulpgoederen in ontvangst nemen en deze verspreiden. Van ‘humanitaire hulp’ zonder onderscheid naar politieke kleur is dan natuurlijk geen sprake.

Er zit ook een militaire kant aan de hulp. De civiele operatie kan namelijk uit lopen op een militair treffen, als deze hulpgoederen met militair geweld door een buitenlandse mogendheid Venezuela worden binnengebracht. Er zijn signalen dat de zogenaamde humanitaire hulp een voorwendsel is voor een Amerikaanse invasie in Venezuela. Cuba veroordeelde al de militaire voorbereidingen van de VS, die het op verschillende Caribische eilanden had waargenomen, aldus regeringskrant Granma.

Amerikaanse invasies in het Caribisch gebied zijn, net als orkanen, een bekend fenomeen. En zodra het over Amerikaanse invasies gaat, waar ook ter wereld, duikt één naam altijd op. Ik doel op John Bolton, tegenwoordig de nationale veiligheidsadviseur van de Amerikaanse regering. Toen president George W. Bush een pakkende leuze zocht om het olierijke Irak binnen te vallen, bedacht Bolton ‘de as van het kwaad’, namelijk Irak, Iran en Noord-Korea. In een speech op 1 november vorig jaar introduceerde hij een nieuwe as van het kwaad, een „troika of tyranny”: Cuba, Nicaragua en Venezuela. Alle drie landen met een links bewind. Toen het Venezuela economisch nog voor de wind ging, steunde dit land Cuba en Nicaragua met goedkope olie. Kennelijk is de strategie van John Bolton er nu op gericht om desnoods met militair geweld een ‘regime change’ te bewerkstelligen in Venezuela, waardoor ook de linkse regeringen in Cuba en Nicaragua als dominostenen zullen omvallen als zij hun financiële weldoener kwijt zijn.

Invasie is een optie

Toen president Trump op 11 augustus 2017 zei dat hij een Amerikaanse invasie in Venezuela niet uitsloot, beleefde de met Trump sympathiserende Venezolaanse oppositie een ‘bijna-doodervaring’, want ze werden gezien als landverraders. In een toespraak in Florida bevestigde de Amerikaanse president maandag opnieuw dat de militaire optie voor Venezuela niet is uitgesloten.

Militair gesproken is een eventuele invasie in Venezuela risicovol. Het land is met ruim 32 miljoen inwoners van een andere orde dan Panamá (drie miljoen inwoners) of het piepkleine Grenada (honderdduizend inwoners), waar de VS eerder militair ingrepen.

Een invasie in Venezuela kan grote geopolitieke gevolgen hebben. Zowel Rusland als China hebben grote economische belangen in dit land. De gigantische oliereserves van Venezuela dienen als onderpand voor de omvangrijke leningen die Rusland en China hebben verstrekt aan Venezuela. Gegeven de grote economische belangen van deze twee landen in Venezuela, is het onwaarschijnlijk dat zij bij een invasie zullen wegkijken.

De tijd dat het Caribisch gebied de achtertuin van Amerika is, is al lang voorbij. In het verleden hebben reeds gezamenlijke militaire oefeningen van Rusland en Venezuela plaats gevonden. Ook Cuba en Nicaragua zullen niet passief toekijken bij een Amerikaanse invasie in Venezuela. Er zijn geruchten dat er in het Venezolaanse leger Cubaanse adviseurs zijn. Een Amerikaanse invasie in Venezuela kan zo maar uitlopen op een geopolitiek conflict met aan de ene kant de Verenigde Staten, Colombia en Brazilië, en aan de andere kant Venezuela, Rusland, China, Cuba en Nicaragua.

Curaçao en Nederland een oorlog in gerommeld

En Nederland? Een invasie van Venezuela door de Verenigde Staten kan ook Curaçao en dus het Koninkrijk der Nederlanden betrekken bij deze oorlog. Op Curaçao is een Forward Operation Location (FOL) gevestigd van de Amerikaanse luchtmacht. Officieel is deze beperkte militaire voorziening gericht op het tegengaan van drugshandel vanuit het Caribisch gebied naar de Verenigde Staten. Maar Venezuela heeft de FOL er meerdere keren van beticht dat het onder de dekmantel van drugsbestrijding Venezuela aan het bespioneren is. Deze verdenking zou een reden kunnen zijn om de FOL en dus ook Curaçao aan te vallen.

De beoogde logistieke hub op Curaçao voor de door president Maduro zo verfoeide ‘humanitaire hulp’ aan Venezuela zou als een rode lap op een stier kunnen werken. In het ‘worst case scenario’ zou Curaçao en dus ook het Koninkrijk der Nederlanden een oorlog in gerommeld kunnen worden.

Lees ook deze reportage: Ook Curaçao in crisis door Venezuela

De vrees dat de logistieke hub een aanval van Venezuela zou uitlokken heeft tot veel commotie geleid op Curaçao. De vakbonden daar waren ertegen en er werd gesproken over een algemene staking als de regering niet aan hun wens tegemoet zou komen. Er dreigde ook een kabinetscrisis omdat de regeringspartij MAN zich voorstander toonde van absolute neutraliteit.

De Nederland bezoekende Venezolaanse vice-minister Yván Gil verzekerde tegenover de NOS dat Curaçao niet hoefde te vrezen voor een Venezolaanse aanval. Maar hij voegde eraan toe: „Als Curaçao en Nederland een hub willen creëren om Venezuela te destabiliseren, accepteren we dat niet”. En dat had toch een dreigende ondertoon.

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.