Chinese dorpen krijgen beeld met mummie voorlopig niet

De Chinese dorpen Yangchun en Dong Pu zullen het veelbesproken Boeddhabeeld met daarin een eeuwenoude mummie voorlopig niet terugkrijgen. Zij probeerden via de rechtbank van Amsterdam aanspraak te maken op het beeld, waarin het lichaam van een monnik is bewaard, maar zijn woensdag niet-ontvankelijk verklaard.

Dit betekent dat de rechter niet inhoudelijk op de zaak ingaat. De dorpscomités zijn volgens de rechtbank „niet te beschouwen als rechtspersoon”, waardoor zij volgens de Nederlandse wet geen zaak kunnen aanspannen. Dit is onder meer omdat de tegenpartij niet zou weten wie of wat tegen hem procedeert. Het is nog onbekend of de dorpen in hoger beroep gaan.

Yangchun en Dong Pu beheren gezamenlijk een tempel waar in 1995 een Boeddhabeeld met daarin een mummie van een elfde-eeuwse monnik is gestolen. Tien jaar later haalde het beeld opnieuw het wereldnieuws, toen het in een museum in Boedapest werd herkend. Het bleek in handen te zijn van een Nederlandse kunsthandelaar.

De handelaar, Oscar van Overeem, zegt het beeld inmiddels niet meer in bezit te hebben. Hij zou het hebben geruild met een Aziatische handelaar wiens echte naam hij niet weet. Waar het beeld nu is, is onduidelijk.

Van Overeem ontkent überhaupt dat het om het gestolen kunstwerk gaat; het beeld dat hij in bezit had, zou de eigenaar vóór hem al voor de roof uit het dorp in 1995 hebben gekocht. Deze man is al overleden en transactiebewijzen zijn vooralsnog niet gevonden.