Direct naar artikelinhoud

Kinderombudsman vindt nacht cel niet oké voor 16-jarige

Officieel mogen jongeren tussen de 12 en 18 jaar vastgehouden worden door de politie, maar de Kinderombudsman benadrukt dat dit ‘te allen tijde’ voorkomen moet worden.Beeld ANP

De politie had het 16-jarige meisje dat afgelopen weekend een nacht in een Utrechtse cel moest doorbrengen niet mogen opsluiten, stelt de Kinderombudsman Margrite Kalverboer. 

Kalverboer beroept zich op het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties. “Dat zegt dat minderjarigen alleen opgesloten mogen worden in het uiterste geval”, aldus Kalverboer.

“Duidelijk is dat minderjarigen niet vastgezet mogen worden enkel en alleen omdat zij een valse identiteitskaart hebben. Opgesloten worden in een politiecel is een enorm ingrijpende gebeurtenis die veel impact kan hebben op een kind.’’

Ze hadden haar gewoon thuis moeten afzetten, dan had ze zich de volgende dag met haar ouders op het bureau kunnen melden
Maarten van de Weerd, advocaat en specialist in jeugdstrafrecht

In de nacht van zaterdag op zondag hielden agenten een 16-jarig meisje vast op het politiebureau in Utrecht. De minderjarige had geprobeerd een café binnen te komen met het identiteitsbewijs van een vriendin.

Toen de politie haar ouders niet kon bereiken en het meisje niet in het bezit bleek van een eigen identiteitsbewijs, werd ze meegenomen naar het bureau waar ze een nacht in de cel doorbracht. Dit leidde tot veel discussie: Hoort een minderjarige een nacht in de cel door te brengen?

Kinderombudsman Margrite KalverboerBeeld ANP

Officieel mogen jongeren tussen de 12 en 18 jaar vastgehouden worden door de politie, maar Kalverboer benadrukt dat dit ‘te allen tijde’ voorkomen moet worden. Er moet volgens haar altijd gekeken worden naar alternatieven. “Kan een kind bijvoorbeeld thuis wachten tot het verhoord wordt of in een andere, minder enge ruimte op het politiebureau? Als het echt niet anders kan, moet de politie heel goed kunnen motiveren waarom ze gekozen hebben voor het vastzetten en waarom er geen alternatieven waren.”

In een verklaring van de politie wordt verzekerd dat zij geen andere keus hadden dan haar vast te houden omdat zij geen identiteitskaart had en haar ouders niet bereikt werden. Volgens advocaat en specialist in jeugdstrafrecht Maarten van de Weerd was er in dit geval wel een andere optie: “Ze hadden haar gewoon thuis moeten afzetten, dan had ze zich de volgende dag met haar ouders op het bureau kunnen melden. Haar opsluiten was in dit geval absoluut niet nodig.”

Al eerder kwam de Kinderombudsman met aanbevelingen rondom het vastzetten van minderjarigen. Zo stelde de vorige Kinderombudsman Marc Dullaert in 2015 dat er een standaardwerkwijze moest worden geformuleerd voor minderjarigen binnen het strafrecht. Ook toen onderstreepte de kinderombudsman het belang van alternatieven op vastzetting.

Hoewel verschillende instanties bezig zijn met deze aanbevelingen, ziet Kalverboer nog geen concrete verbeteringen in de praktijk.

Lees ook: 

Alcoholwet lijkt te werken: minderjarigen drinken minder en later

Het alcoholgebruik onder Nederlandse vijftien- en zestienjarigen neemt verder af. Jongeren starten ook later met drinken.