Direct naar artikelinhoud
AnalyseTheresa May

Stilte na de storm in Westminster, charmeoffensief van Theresa May

Afzetting door muitende brexiteers binnen haar Conservatieve Partij hangt de Britse premier Theresa May nog steeds als een zwaard van Damocles boven haar hoofd. Maar als ze sneuvelt, wie moet het dan doen, en wat doet dat met de partij?

Theresa May.Beeld REUTERS / Peter Nicholls

Na de storm volgde vrijdag de stilte in Westminster. Geschrokken van revolutionaire reflexen kwam de Conservatieve Partij, gekweld door het Brexitvraagstuk, tot bezinning. Theresa May ondernam een onverwacht charmeoffensief door te verschijnen in een inbelprogramma (‘Ja ik ben een verdomd moeilijke vrouw’), kritische ministers bleven tóch aan en de premier versterkte haar kabinet met een eurogezinde minister. De grote vraag in Londen: hoeveel fractieleden hebben inmiddels een brief verstuurd waarin om haar vertrek wordt gevraagd?

Normaal gesproken is het nieuws als een minister aftreedt. In Westminster anno 2018 is het nieuws als een minister dat niet doet. Neem Landbouwminister Michael Gove. Nadat hij had bedankt voor het aanbod om het Brexitdepartement te gaan leiden – wie wil dat nog? – wachtte het land op zijn aftreden. Van de deur van zijn huis in Notting Hill tot zijn ministerie van Milieu, Landbouw en Visserij werd deze goedgebekte, scherpzinnige en verraderlijke bewindsman door cameraploegen gevolgd.

En toen, rond tienen, sprak Gove, rode ministerskoffer in de hand, het verlossende woord: hij blijft aan om te werken aan een zo goed mogelijk Brexitakkoord. Opvallend was dat deze Brexitarchitect geen steun gaf aan het bestaande ontwerpakkoord, suggererend dat hij May naar Brussel wil terugsturen met de opdracht om iets meer los te peuteren. Andere Brexitgezinde ministers zouden die mening ook toegedaan zijn. Een kleine thuisoverwinning hadden ze al behaald: May sloot een vrije stemming over haar akkoord niet uit.

Insuline

Dat deed ze bij de inbelshow van Leading Britain’s Conversation, een populair radiostation waar ook eurohater Nigel Farage zijn eigen programma heeft. Contact hebben met gewone mensen is doorgaans niet haar sterkste punt, maar May sloeg zich er doorheen, onder meer door iets van zichzelf bloot te geven. Toen het No Deal-scenario ter sprake kwam, vertelde ze dat de insuline die ze als suikerpatiënte dagelijks gebruikt uit Denemarken komt. De bevoorrading van medicijnkasten bij een akkoordloze Brexit is een van de grote zorgen.

Tegelijkertijd druppelden de No More May-brieven binnen bij Sir Graham Brady, de machtige voorzitter van de 1922 Committee. Deze groep, waarvan alle Conservatieve fractieleden die geen regeringsfunctie hebben lid zijn, bewaakt al sinds het betreffende jaar het functioneren van de premier, die zich elke week moet verantwoorden. Wanneer het misgaat, zoals met Margaret Thatcher eind 1990, komt er een fractiedelegatie langs, de gevreesde ‘men in grey suits’. Het laatste slachtoffer van ‘de 1922’ was Iain Duncan Smith, die in 2003 tot aftreden werd gedwongen.

Zwaard van Damocles 

Het leiderschap van de partij is geen ‘eigen bezit’ maar ‘gehuurd bezit’, had opperbrexiteer Jacob Rees-Mogg een dag eerder gezegd, de woorden aanhalend van oud-1922 baas Kenneth Lewis die al een halve eeuw als een zwaard van Damocles boven het hoofd van elke Conservatieve leider hangen. Op vrijdag had zijn collega Mark Francois de vetgetypte woorden ‘She just doesn’t listen’ boven zijn brief gezet, alsof het over zijn aanstaande ex ging. May had al haar fractiemanagers op Downing Street ontboden, voor het geval Sir Graham bekend zou maken dat alle benodigde brieven binnen waren.

Maar dat moment bleef uit, als in een spannende Hitchcock-film. Alle Lagerhuisleden zitten in het weekeinde traditiegetrouw in hun kiesdistrict, waar ze van kiezers en afdelingshoofden zullen horen of er op dit cruciale moment appetijt bestaat voor een leiderschapswisseling. De vraag is wie haar met goed fatsoen zou kunnen opvolgen. Steeds vaker valt de naam van David Davis, de joviale bewindsman die in Brussel bekendstaat als de immer afwezige Brexitminister. De eeuwige kandidaat Boris Johnson heeft zich afgelopen dagen opvallend koest gehouden.

Imagoschade

Potentiële briefschrijvers zullen zich bewust zijn van de imagoschade die eurosceptici in de jaren negentig aan de ‘natuurlijke regeringspartij’ hebben toegebracht. De opstand tegen John Major leidde uiteindelijk tot een dertien jaar lang verblijf in de politieke woestijn. Misschien zullen ze The Daily Telegraph lezen, waarin commentator Jeremy Warner, met een blik in de achteruitkijkspiegel, schreef dat de Engelsen doorgaans slecht zijn in revoluties. Hij waarschuwde zowel brexiteers als remainers en prees Mays pogingen om een middenweg te vinden tussen ‘de krachten van de politieke chaos’.

In Downing Street haalde May in de persoon van Amber Rudd een vertrouweling terug naar het kabinet als minister van Werkgelegenheid. Deze bewindsvrouw moest afgelopen voorjaar aftreden wegens de heksenjacht op oude Britten van Caribische origine, het zogeheten Windrush-schandaal, dat een erfenis was van May. Voor straf mag Rudd, die ooit werkte als ‘aristocratiecoördinator’ voor de film Four Weddings and a Funeral, nu de omstreden hervorming van het sociale zekerheidsstelsel gaan uitvoeren, een bijna even groot hoofdpijndossier als de Brexit.

Onbekende onderminister

Bleef het probleem: wie is bereid de minst geliefde baan van het land te accepteren, die van minister van Brexit? Een ideale kandidaat was de hoofdaanklager Geoffrey Cox, sinds zijn hilarische introductie bij de toespraak van May op het partijcongres een nieuwe lieveling bij de Conservatieven. Hij bedankte, net als Gove had gedaan. Na lang zoeken werd Stephen Barclay bereid gevonden, een onbekende onderminister op Volksgezondheid. Hij was vroeger luitenant bij de infanterie. De brexiterende briefschrijvers zijn gewaarschuwd.