Direct naar artikelinhoud
Interview

Religie-redacteur Maaike van Houten: ‘Geloof kan mensen helpen, maar ook belemmeren’

Religie-redacteur Maaike van Houten: ‘Geloof kan mensen helpen, maar ook belemmeren’
Beeld ANP XTRA

De protestantse kerk beslist deze week of het homohuwelijk gelijk moet worden gesteld aan het heterohuwelijk. Religie & Filosofie-redacteur Maaike van Houten volgt het op de voet. ‘Ik ben zelf ook heel erg benieuwd hoe het gaat aflopen.’

De discussie die de PKN voert over het homohuwelijk is best ingewikkeld. Verwacht je van Trouw-lezers dat zij voorkennis hebben op het gebied van het geloof of juist niet?

“Wij zijn natuurlijk een hele andere krant dan het Nederlands Dagblad of het Reformatorisch Dagblad. Trouw is niet meer alleen een protestantse of christelijke krant, maar heeft zich bewust verbreed. We willen ook mensen bereiken die in algemenere maatschappelijke kwesties geïnteresseerd zijn. Dat betekent dat we ook lezers hebben die niet kerkelijk zijn opgevoed en niet alles wat er in de kerk gebeurt interessant vinden, dus daar moet ik wel rekening mee houden.”

Hoe hou je daar dan rekening mee?

“Ik probeer stukken te schrijven waarvan kerkelijke mensen niet denken: ‘Nou, nou, dit is wel een Jip en Janneke-achtig niveau’. Maar tegelijkertijd moet het voor de andere lezers ook begrijpelijk zijn. Een woord als ‘synode’ moet ik bijvoorbeeld altijd uitleggen als ‘kerkelijk bestuur’. Ik wil niet in geheimtaal stukken schrijven.”

Je hebt verschillende stukken geschreven over het homohuwelijk en de protestantse kerk. Is het een onderwerp dat je aan het hart gaat?

“Dit is wel iets waar ik op aansla. Naast een religieus onderwerp is dit ook vooral een maatschappelijke discussie. Dan ben ik altijd geïnteresseerd. De vraag hoe we met homoseksuelen omgaan, vind ik erg interessant.”

Ben je zelf gelovig opgevoed?

“Ik ben synodaal-gereformeerd opgevoed. Wij waren het type gezin dat altijd Trouw las en elke zondag naar de kerk ging. Maar mijn ouders zijn wel altijd vrij in hun gedachten geweest en waren totaal niet orthodox of strak. We moesten wel naar een christelijke school, maar we konden allemaal vrij denken. Daardoor ben ik altijd een beetje aan de rand van de kerk gebleven.

Ik ga tegenwoordig niet meer zo vaak, maar ik kom wel nog steeds in de kerk. Om een beetje tot rust te komen of wat na te denken. In de journalistiek leg je vaak de nadruk op dingen die niet goed gaan, terwijl in de wat vrijzinnige kerken ook aandacht is voor dingen die wel goed gaan of beter kunnen worden. Dat positieve tegenwicht vind ik fijn. En van een goede preek kun je altijd wat opsteken.”

Speelde je achtergrond ook mee bij je keuze om op de redactie Religie & Filosofie te gaan werken?

“Ik wilde heel graag aan de slag voor deze redactie. Ik ben van origine socioloog en vind het interessant om me bezig te houden met de vraag wat religie voor de samenleving betekent. Dat onderwerp blijft bij veel andere kranten misschien een beetje onderbelicht.

De protestantse kerk verliest weliswaar leden, maar heeft in Nederland nog steeds 1.8 miljoen leden. Dat is niet zo weinig. Het is interessant om te zien hoe het geloof mensen helpt hun leven beter te begrijpen, maar ook soms belemmert. Dat zie je ook bij de discussie over het homohuwelijk bij de PKN. Bepaalde mensen voelen zich niet meer erkend door de kerk. Om te kunnen schrijven over die persoonlijke en maatschappelijke impact van het geloof vind ik geweldig.”

Hoe kijken homo’s eigenlijk aan tegen deze discussie?

“Er zijn homo’s die zeggen: ‘Het onderscheid maakt me niks uit, geef het een beetje tijd’. En er zijn hetero’s die vinden dat er nu wat moet gebeuren en dat het onderscheid moet worden opgeheven. Het is niet zo dat je kunt zeggen: alle hetero’s vinden dit, alle homo’s vinden dat. Het loopt een beetje door elkaar.”

Wat verwacht je zelf van de synode?

“Ik ben heel benieuwd wat er gaat gebeuren. Er wordt veel rekening gehouden met de Gereformeerde Bond, de behoudende rechterflank van de Protestantse Kerk. Die is getalsmatig niet zo sterk vertegenwoordigd in de synode, maar de PKN wil ook niet dat die mensen de kerk uitlopen.

De discussie over het homohuwelijk maakte vorig jaar tijdens de synode veel los. Een lesbische vrouw vertelde toen dat ze, terwijl ze al dominee was, verliefd was geworden op een vrouw. Een deel van de kerk steunde haar, maar een deel ook niet. Bepaalde mensen draaiden bijvoorbeeld het hoofd weg als ze haar in de supermarkt tegenkwamen en ze mocht niet meer preken in bepaalde kerken.

De gedachte was op dat moment: als we nu gaan stemmen, wordt het onderscheid gewoon opgeheven. Het dagelijks bestuur vond dat te snel en wilde wachten. Vandaar dat het dit jaar weer op de agenda staat. Dus ik ben erg benieuwd.”

Krijg je veel reacties van lezers op je artikelen sinds je op deze redactie werkt? Is het anders dan voorheen?

“Er komen wel ingezonden brieven. Ik kreeg vooral veel reacties op de stukken die ik onlangs schreef over de band tussen de Protestantse Kerk en Israël. En ook als mensen vinden dat ik iets naar hun idee niet helemaal goed heb opgeschreven, hoor ik dat uiteraard.

Wat wel anders is: wanneer ik me in protestantse kringen begeef, kennen ze me vaak van naam en zeggen ze: ‘We lezen je stukken altijd’. Dat heb ik nog nooit eerder zo meegemaakt. Dus in die zin sta ik, sinds ik op deze redactie werk, wel dicht bij mijn lezers denk ik.”