Direct naar artikelinhoud
ReportageNicaragua

Wie is de ware revolutionair in Nicaragua? Parallelle werkelijkheden in ineens door geweld verscheurd land

Er is al maanden een hevig conflict gaande in Nicaragua. Tegenstanders van de regering van president Daniel Ortega eisen hervormingen. Volgens de regering zijn het geen demonstranten, maar terroristen tegen wie met harde hand moet worden opgetreden. Er vielen ruim 300 doden.

President Ortega tussen zijn aanhangers in de hoofdstad Managua op zijn jaarlijks terugkerende feestje: de viering van de Sandinistische revolutie.Beeld EPA

Lang voordat president Daniel Ortega het podium betreedt, is een aanzienlijk deel van zijn aanhangers dronken. Het is drukkend heet in de Nicaraguaanse hoofdstad Managua – schaduw is schaars, bier en rum verlichten de pijn. De sfeer is uitgelaten. Gemaskerde mannen schieten met zelfgemaakte mortieren in de lucht en gooien de heupen los op de cumbia-muziek.

‘Wij onderhandelen niet over vrede, wij garanderen de vrede’, aldus Facundo Cabrales (33), een van die mannen. Hij spuugt zijn woorden uit en neemt nog een slok bier. ‘We gaan de terroristen uitroeien’, gaat hij op dezelfde verhitte toon verder. ‘Ze willen een coup plegen, maar we weten wie het zijn.’ Miguel Aquilera (25) valt hem bij: ‘We zullen ze allemaal kapot maken!’

Facundo Cabrales (links) met een kameraad. Ze zijn aanhangers van Nicaraguaanse president Daniel Ortega.Beeld Marjolein van de Water

Cabrales is donderdag met tienduizenden anderen naar de Nicaraguaanse hoofdstad Managua gekomen voor de viering van 19 juli, de verjaardag van de Sandinistische revolutie. Het is een jaarlijks terugkerend feestje van president Daniel Ortega, de man die in 1979 met het Sandinista-guerrillaleger de Somoza-dictatuur ten val bracht, en de man die sinds 2007 weer president is.

Vrede

Queremos paz’, is het motto van het feest dit jaar: we willen vrede. De tekst staat op de zwart-rode hoofdbanden, prijkt op shirtjes en komt terug in de teksten van de speciaal voor de gelegenheid gecomponeerde liedjes. Een compleet repertoire aan Sandinista-salsa, Daniel Ortega-cumbia, en revolutionaire hip hop schalt uit de speakers. ‘Onder Ortega groeit de economie gestaag’, zegt Aquilera. ‘En de armoede is gehalveerd.’ De student politicologie kan er met zijn hoofd niet bij dat er landgenoten zijn die van Ortega af willen. ‘Ortega is de enige die zich om de armen bekommert.’  

Twitter bericht wordt geladen...

Terwijl het plein volstroomt, volgt een groot deel van de bevolking de viering op televisie. Afgezien van de Ortega-aanhangers zijn de straten in de hoofdstad verlaten: niemand durft de deur uit. De Nicaraguanen voor de tv luisteren gefrustreerd naar Ortega’s toespraak. Terroristen? Vrede? Angst regeert al maanden in het land, maar het is juist Ortega die terreur zaait. De president en zijn aanhangers lijken zich in een parallelle werkelijkheid te bevinden.

Er is een hevig sociaal conflict gaande in Nicaragua, tot zover is iedereen het eens. Het begon in april, toen de regering demonstraties tegen hervormingen van het pensioenstelsel met harde hand neersloeg. Het staatsgeweld leidde tot grote verontwaardiging en honderdduizenden Nicaraguanen gingen de straat op om het aftreden van Ortega te eisen. Bij de protesten vielen tot nu toe ruim 300 doden. De overgrote meerderheid van de slachtoffers viel aan de anti-regeringskant.

Gevangenen gemarteld

Dan lopen de waarheden uiteen. Ortega’s tegenstanders spreken van een dictatoriaal regime. De politie gebruikt grof geweld tegen burgers en wordt daarbij geholpen door zwaarbewapende paramilitairen. Ze houden klopjachten, vallen huizen van protestleiders binnen en martelen gevangenen. De demonstranten vechten terug met zelfgemaakte bommen, om zich te beschermen tegen de staatsrepressie.

Carla Tenorio: ‘De meeste Nicaraguanen zijn hardwerkende mensen. We kunnen niet toelaten dat een groep vandalen de rust verstoort.’Beeld Marjolein van de Water

Maar het gaat volgens Ortega en de zijnen niet om demonstranten: het zijn gewelddadige terroristen die de regering omver willen werpen. Vandalen blokkeren de wegen en steken staatseigendommen in brand. Gelukkig, vinden zij, zijn er vaderlandslievende burgers die op heldhaftige wijze de politie bijstaan en de opstand de kop in helpen drukken. Afgelopen week zijn nieuwe wetten aangenomen die korte metten moeten maken met de terroristen.

Ortega’s lezing van de werkelijkheid krijgt buiten zijn eigen gelederen weinig bijval. Internationale mensenrechtenorganisaties hebben het staatsgeweld keihard veroordeeld en waarschuwen voor misbruik van de nieuwe antiterrorismewetten. De Organisatie van Amerikaanse Staten drong er woensdag in een resolutie op aan om vervroegde verkiezingen te houden in Nicaragua.

Complot van imperialisten

Dat is weer koren op de molen van Ortega, die benadrukt dat het allemaal een complot is van de imperialisten, de Verenigde Staten voorop. Zijn aanhangers slikken het als zoete koek. ‘Ze worden betaald om barricades te bouwen’, zegt Carla Tenorio (40) stellig. ‘Het hele land lag plat’, aldus de frisdrankverkoopster vol afschuw. ‘De meeste Nicaraguanen zijn hardwerkende mensen. We kunnen niet toelaten dat een groep vandalen de rust verstoort.’

Ze krijgt bijval van Roberto Reyes, een 51-jarige ambtenaar. ‘Deze week hebben we het laatste bolwerk van de oppositie bevrijd’, roept hij boven de muziek uit. ‘Masaya was tot dinsdag in handen van de terroristen, maar we hebben de controle terugveroverd.’ Hij grijnst. ‘We vieren vandaag de verjaardag van de revolutie. Maar het is extra feestelijk omdat we de coupplegers hebben verslagen en onze revolutie kunnen voortzetten.’

Roberto Reyes: ‘We vieren vandaag de verjaardag van de revolutie. Maar het is extra feestelijk omdat we de coupplegers hebben verslagen.’Beeld Marjolein van de Water

Masaya ligt op een half uur rijden van Managua. De stad speelde eind jaren zeventig een sleutelrol bij de val van dictator Somoza en is van grote symbolische waarde voor de Sandinistas. En nu is Masaya opnieuw het epicentrum van een opstand, ditmaal met als doel Ortega omver te werpen. De inwoners verklaarden hun stad autonoom en barricadeerden de toegangswegen. Ze inspireerden Nicaraguanen elders in het land om ook in opstand te komen.

Verdedigingsmuren

Dinsdag viel een leger van tweeduizend politieagenten en paramilitairen Masaya binnen, en nam de controle over. De stad ligt vol glasscherven, en overal ontbreken de straatstenen. Die zijn door de activisten uit de grond gewrikt om wegversperringen mee te bouwen en om de regeringstroepen mee te bekogelen. Dinsdag na de ontruiming heeft de politie verdedigingsmuren gebouwd met de klinkers.

‘Veel mensen zijn gevlucht’, vertelt Tamara, een doktersassistent die zich al drie maanden fulltime bezighoudt met de strijd tegen de regering. ‘Zo’n tweehonderd personen zijn vermist’, aldus de 29-jarige vrouw, die om veiligheidsredenen niet wil dat haar achternaam genoemd wordt. ‘We weten niet of ze zijn meegenomen of zich ergens verscholen houden.’

Er houden zich nog steeds honderden paramilitairen op in de stad. Ze dragen bivakmutsen of maskers met duivelse gezichten erop en hangen rond op pleinen en in parken. Sommigen hebben een jachtgeweer, anderen dragen volautomatische militaire wapens. Volgens Tamara hebben ze een lijst met namen van activisten en gaan ze daarmee de huizen langs. ‘Ik sta ook op die lijst.’

Gewapende aanhangers van de regering vieren de verovering van de wijk Masaya. Het centrum van het verzet tegen de regering van Daniel Ortega is nu weer in handen van de president.Beeld AP

Knokploegen

Samen met de politie rijden de knokploegen rondjes door de stad. Ze zitten grijnzend in de laadbakken van hun pick-uptrucks, zwaaien met vlaggen van Ortega’s FSLN-partij en heffen hun geweren juichend boven hun hoofd. Ze hebben gewonnen, maar afgezien van de ‘bevrijders’ lacht niemand in Masaya. Wie zich op straat waagt, houdt de blik angstvallig omlaag. De graffiti’s op de muren schreeuwen des te harder: ‘Ortega, moordenaar van het volk, verkrachter van de revolutie.’

Het brute geweld waarmee de regering optreedt tegen de bevolking leidt tot breed gedragen verontwaardiging in het doorgaans rustige Nicaragua. Het land heeft met afstand het laagste moordcijfer van Midden-Amerika. Vorig jaar werden slechts 431 moorden gepleegd, en ook dodelijk politiegeweld is normaal gesproken uitzonderlijk.

De meeste Nicaraguanen zijn diep geschokt door de moord op bijna driehonderd burgers en vinden alleen daarom al dat Ortega moet aftreden. Bovendien sluimerde al langer onvrede over Ortega’s autoritaire wijze van regeren. Ortega heeft de onafhankelijkheid van de instituten de nek omgedraaid en houdt zichzelf al elf jaar op frauduleuze wijze in het zadel.

Erfenis bezoedeld

En dan zijn er de Nicaraguanen die vinden dat Ortega de revolutie te schande maakt door hetzelfde gedrag te vertonen als de dictator die hij uit het zadel wipte. Hij bezoedelt de naam en erfenis van de Sandinisten, vinden ze. ‘We krijgen veel hulp van de ouderen’, vertelt Tamara. ‘Drie maanden geleden had ik geen idee hoe ik een bom van buskruit moest maken, een oude Sandinist heeft het me geleerd.’

Ortega’s tegenstanders nemen even de tijd om hun wonden te likken en gaan dan hergroeperen. Ze zijn net zo overtuigd van hun gelijk als de aanhangers van Ortega, en net zomin van plan op te geven. ‘Wij hebben ook echte wapens nodig’, zegt Tamara. Haar blik verhardt zich. ‘We krijgen ze uiteindelijk wel klein. Wij gaan deze oorlog winnen.’

Alles om de revolutie te verdedigen

Er is onduidelijkheid over het aantal slachtoffers bij de onrust in Nicaragua. Volgens de waarheidscommissie van de regering gaat het om 209 doden, de inter-Amerikaanse Mensenrechtencommissie kwam vorige week woensdag met 264 doden en 1.800 gewonden door de ‘repressie tegen de sociale protesten’. De lokale mensenrechtenorganisaties ANDPH telt 351 doden en 261 vermisten.

Het gros van de doden zijn anti-regeringsdemonstranten. Maar ook onder politieagenten, paramilitairen en het leger vielen 45 doden. Dat wijst erop dat ook de oppositie wapens gebruikt.

Gewapende knokploegen hebben de meeste slachtoffers op hun geweten. Deze ‘Turbas Sandinistas’ zijn paramilitaire groepen die door de regering zijn opgericht om de ‘revolutie’ te verdedigen. De gemaskerde mannen schieten met scherp op demonstranten, plunderen winkels en slaan journalisten in elkaar.

Volgens ANDPH zijn deze week twee massagraven gevonden met lichamen van door paramilitairen vermoorde betogers. Ook zou het leger met mitrailleurs hebben geschoten op burgers. Maar het is onduidelijk of deze aantijgingen kloppen.

‘Ortega en Somoza zijn een pot nat!’

Daniel Ortega was in de jaren zeventig de held van de linkse  beweging in de wereld. Hoe kon hij veranderen in een wrede heerser?