Direct naar artikelinhoud
Enquête gaswinning

Voor oud-topman Gasunie is de gaswinning nog vooral een ‘fantastisch succes’

George Verberg, voormalig directeur van de Gasunie en oud-beleidsambtenaar bij de ministeries van OCW en EZ, in de Enquêtezaal van de Tweede Kamer tijdens derde dag van de openbare verhoren van de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen.Beeld ANP

George Verberg, oud-topambtenaar en directeur van de Gasunie, benadrukt  hoeveel de gaswinning Nederland heeft opgebracht. Oud-minister Jorritsma zei dat aardbevingen rond 2000 geen issue waren.  

en

Het duurt drie uur. Pas aan het eind van het verhoor van George Verberg valt het woord ‘beving’.  Daarvoor gaat het gesprek met de oud-topambtenaar van Economische Zaken en voormalig directeur van Gasunie vooral over de bestuurlijke structuur rond de gaswinning, enkele wetswijzigingen en de liberalisering van de gasmarkt.

‘Afschuwelijk’ noemt Verberg de bevingen. Maar hij had zich als baas van Gasunie, dat was hij van 1992 tot 2004, nooit zorgen gemaakt over de bewegende Groningse bodem. Hij zat aan de commerciële kant. Het Staatstoezicht op de Mijnen ging over de veiligheid, TNO had wetenschappelijke kennis en het KNMI ging over bevingen. “Zolang daar geen alarmbellen afgingen, was dat niet iets waar ik mij bezorgd over voelde.”

Zijn onbezorgdheid kwam ook voort uit persoonlijke ervaringen. “Tot mijn elfde jaar heb ik in Indië gewoond. Ik heb daar een aardbeving meegemaakt waar je op handen en voeten moest steunen. Heel eerlijk gezegd dacht ik in het begin, bij aardbevingen van 2,6 of 3,0: waar hebben we het over?” Later pas drong de ernst tot hem door.

Contrast

Ook Annemarie Jorritsma, van 1998 tot 2002 minister van economische zaken, had toen geen bevingszorgen.  Het Drentse Roswinkel was in 1997 getroffen door een flinke schok en er was gedoe over de afhandeling van schade. Maar Jorritsma werd niet naar de Kamer geroepen toen de bodem daarna weer schokte. En, zegt ze als haar verhoor is afgelopen: toen ik daarna een half jaar waarnemend burgemeester van Delfzijl was, waren aardbevingen daar ook geen onderwerp. “Echt, het was een andere tijd dan nu.”

Verberg, 79, staat nog altijd achter het beleid van toen. Hij prijst de gaswinning uit kleine velden, vooral bedoeld om het Groningenveld te ontzien. “Een fantastisch succes.” Hij memoreert dat bedrijven ‘het stabiele Nederlandse gasbeleid’ roemden  en tientallen miljarden investeerden in Nederland. Het is een contrast met de eerste twee dagen van de verhoren van de parlementaire enquête, waarin gedupeerden en wetenschappers vooral met smart terugkeken op de gaswinning. 

Afspraak: wees eensgezind

Opvallend gedetailleerd waren de afspraken tussen de staat en wat Verberg , de ‘olies’ noemt: Shell en Esso. Ze werken met allerlei scenario’s. In de jaren tachtig wordt al verwacht dat er tussen 2010 en 2020 een tekort aan aardgas zal zijn. Dat denken in scenario’s is er niet als het om de risico’s op bevingen gaat. 

Een kleine groep mannen van overheid en bedrijven houden zich bezig met de gaswinning en de verkoop van gas. Af en toe is er onenigheid: Esso voelt weinig voor dat ‘kleineveldenbeleid’ en is ook tegen het contract dat Verberg in de loop van de jaren negentig met het Russische Gazprom sluit. Ook Esso en Shell zijn het niet altijd eens; Jorritsma zegt dat Shell meer oog heeft voor het Nederlandse belang dan Esso. Van die onmin komt niets naar buiten. Verberg: de afspraak is: straal eensgezindheid uit.

Ook oud-minister Annemarie Jorritsma (economische zaken) werd woensdag onder ede gehoord door de parlementaire enquêtecommissie.Beeld ANP

Even wordt Verberg kwaad, als het rapport van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid ter sprake komt, dat schreef dat de bedrijven in ‘het gasgebouw’ het altijd eens waren. “Ik ben er boos over dat zo’n respectabel instituut op zulke gronden schrijft dat er sprake is van een coterietje. Dat is beneden peil.”

Afspraken gunstig voor de staat

De interne afspraken tussen Shell, Exxon en de staat waren op het eerste oog vooral gunstig voor de staat. Die ontving aanvankelijk 70 procent van de jaarlijkse gaswinst. Daarna werd die verhouding 85-15 en zelfs 95-5. Toch hadden Shell en Exxon er veel profijt van: de productiekosten waren relatief laag, de prijs van gas was gekoppeld aan die van olie en niet aan de productiekosten. De staat verwachtte wel, zegt Verberg, dat de bedrijven zouden investeren in Nederland. Dat deden ze volgens hem soms met tegenzin maar de raffinaderijen van Shell en Exxon kregen forse opknapbeurten, en Emmen kreeg een ontzwavelingsfabriek.

Lees ook:

‘Tunnelvisie bij de instanties die moesten zorgen voor veiligheid van de Groningers’

Officiële instanties hebben de veiligheidsrisico’s van de aardgaswinning in Groningen stelselmatig onderschat, bleek op de tweede dag van de parlementaire enquête.

De scheuren in Groningen zitten in de balken en in de mensen

De overheid heeft de Groningers nooit serieus genomen, zeggen de gedupeerden die op dag één van de openbare verhoren aan het woord komen.