Direct naar artikelinhoud
11 vragenover de Groningse gaswinning

Hoe de gaswinning in Groningen veranderde van een succesverhaal tot een hoofdpijndossier

Hoe kon de lange tijd zo lucratieve aardgaswinning in Groningen veranderen in een hoofdpijndossier? De belangrijkste vragen en antwoorden op een rij.

en
Aardgasveld in Slochteren officieel in gebruik genomen in 1963.Beeld Bilsen, Joop van / Anefo

Wanneer begon de gaswinning in Groningen?

In 1959 werd in de omgeving van het Groningse dorp Slochteren ongeveer 3 kilometer onder de grond een aardgasveld ontdekt. Met een naar later bleek geschatte voorraad van 2.740 miljard kubieke meter aan winbaar aardgas behoorde het tot de grootste aardgasvelden van Europa. Het reservoir beslaat een oppervlak van ongeveer 900 vierkante kilometer, grofweg eenderde van de hele provincie Groningen.

De vondst was voor de regering reden om heel Nederland op aardgas aan te laten sluiten. Kolenkachels maakten plaats voor comfortabele centrale verwarming. Met het winnen van het Gronings gas werd in 1963 begonnen. Inmiddels is er nog zo’n 450 miljard kuub gas in het veld over. Tot dusver is er ruim 400 miljard euro vanuit Groningen in de schatkist gevloeid.

Wanneer begon de grond te beven?

Het KNMI registreerde in 1991 voor het eerst een aardbeving in het Groningenveld. Maar pas vanaf de millenniumwisseling nam het aantal bevingen flink toe, soms al met stevige kracht en honderden schademeldingen tot gevolg. Op 16 augustus 2012 werd de onheilstijding pas echt duidelijk: bij Huizinge vond een beving met een kracht van 3,6 op de schaal van Richter plaats, nog altijd de zwaarste beving ooit gemeten.

Hoe ontstaan de bevingen?

Het aardgas onder Groningen zit opgeslagen in de poriën van een zandsteenlaag op 3 kilometer diepte, onder een zoutlaag. Als het samengeperste gas uit deze poriën wordt opgepompt, kan de zandsteenlaag de kilometers aan steenlagen daarboven niet meer goed tegenhouden. De zandsteenlaag zakt dan iets in, ook langs bestaande breuklijnen. Daardoor kunnen delen van de bodem ten opzichte van elkaar enkele millimeters verschuiven. Als de trillingen die dit veroorzaakt groot genoeg zijn, is op het aardoppervlak een aardbeving voelbaar. De schaal van deze ‘geïnduceerde', dat wil zeggen door menselijk handelen veroorzaakte bevingen, is niet te vergelijken met natuurlijke bevingen, zoals bijvoorbeeld in Azië en de VS plaatsvinden.

Wanneer werd het verband tussen de gaswinning en de bevingen voor het eerst gelegd?

Het oorzakelijke verband tussen de gaswinning en de aardbevingen werd in 1993 voor het eerst wetenschappelijk vastgesteld en erkend door de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), het bedrijf dat eigendom is van oliemaatschappijen Shell en Esso (later ExxonMobil). Toch werden de risico’s daarna nog miskend. Zelfs het KNMI hield lange tijd rekening met een maximale schok van 3,3 op de schaal van Richter. ‘Natuurlijk zullen we soms tijdelijk hinder veroorzaken’, stelde de NAM in 1996 in een advertentie. ‘Maar nooit blijvende schade.’

Lange tijd reageerde niemand gealarmeerd op de bevingen. Pas na de beving bij Huizinge in 2012 veranderde dat. Of eigenlijk in januari 2013. Toen meldde het KNMI dat rekening gehouden moest worden met nog zwaardere klappen van mogelijk 5,0 op de schaal van Richter en werd de gaswinning plots een veiligheidskwestie.

Werd de gaswinning na de Huizinge-beving meteen teruggeschroefd?

Nee, in tegendeel. In januari 2013 adviseerde het Staatstoezicht op de Mijnen de gasproductie uit het Groningse gasveld ‘zo snel mogelijk en zo veel als mogelijk en realistisch is, terug te brengen’. Maar voor toenmalig minister Henk Kamp van Economische Zaken was dat nog geen reden om de gaswinning te verlagen. De winning werd juist opgevoerd tot bijna 54 miljard kuub, het hoogste niveau sinds 1981. Dit is een groot pijnpunt in Groningen en zal in veel verhoren aan de orde worden gesteld.

Vanaf 2014 werd de productie wel geleidelijk verminderd, al ging dat niet van harte. Meerdere malen moest daar een oordeel van de Raad van State aan te pas komen.

In 2015 trok de Onderzoeksraad voor Veiligheid heldere en harde conclusies: sinds de vondst van het ‘onzichtbare goud’ in 1959 stond geld verdienen in Groningen voorop. Het ‘gasgebouw’, de publiek-private samenwerking tussen de staat en de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), was een ‘gesloten bolwerk’. Risico’s van de lucratieve gaswinning werden eerst onderschat en later gebagatelliseerd. Veiligheid speelde in de besluitvorming tot 2013 geen rol.

Wordt er nog steeds gas opgepompt?

Ja, maar wel minder dan voorzien. In 2018 nam Eric Wiebes, toenmalig minister van Economische Zaken en Klimaat, het historisch besluit dat de gaskraan in Groningen dicht moest vanwege de aardbevingsrisico's. De verwachting was toen dat er dit jaar nog 12 miljard kuub uit de Groningse bodem gehaald zou worden, maar dat zal ‘slechts’ 4,5 miljard kuub zijn.

Nu de gasprijzen door de oorlog in Oekraïne enorm zijn gestegen, wordt weer volop naar Slochteren gelonkt. Toch lijkt het kabinet voet bij stuk te houden: Groningen is het ‘aller-, aller-, allerlaatste redmiddel’, aldus minister Rob Jetten voor Klimaat en Energie. Vanaf komend najaar daalt de gaswinning verder naar ongeveer 2,8 miljard kuub per jaar: 'een waakvlam’ om de putten open te houden. Als de geopolitieke situatie het toelaat, wil het kabinet in 2023 of 2024 definitief van het Groningse gas af.

Hoe groot is de aardbevingsschade?

Inmiddels staat de teller op ruim 250 duizend schademeldingen (stand 14 juni) op circa 150 duizend adressen, waarvan er nog circa twintigduizend in behandeling zijn. Duizenden mensen zijn nog steeds onzeker over de mogelijke versterking van hun huis. Naast fysieke schade is er ook veel mentale averij. Onderzoek toont keer op keer aan dat een veelvoud aan mensen leed en lijdt onder gevoelens van stress, moedeloosheid en apathie.

Wie is er verantwoordelijk voor het vergoeden van de schade?

Juridisch gezien is dat de verantwoordelijkheid van de exploitant: de NAM, die sinds het begin van de gaswinning in 1963 met een vergunning van en in opdracht van de Nederlandse staat opereert. Maar toen na Huizinge het aantal claims snel toenam, ontstond onvrede: de slager keurde zijn eigen vlees.

Schade-afhandeling werd daarom in 2014 ‘op afstand’ van de NAM geplaatst bij het Centrum Veilig Wonen (CVW). Maar dat centrum had de beeldvorming tegen: medewerkers mailden vanaf hun @shell.com-adres en dat het CVW een paar miljoen euro winst per jaar boekte, hiep ook niet mee. In 2015 maakte toenmalig NAM-directeur Gerard Schotman excuses voor de schade die de gaswinning heeft veroorzaakt.

In 2018 nam de overheid het schadeherstel zelf in handen. Dat loste echter de problemen niet meteen op. Ook onder publieke regie werd er eerst maanden gesteggeld over een nieuw schadeprotocol. Sinds 2019 is de schadeafhandeling een taak van het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG).

Hoe verloopt de afhandeling van de schade nu?

In totaal is tot nu toe 1,417 miljard euro uitgekeerd aan schadevergoeding. De provincie Groningen kreeg daarnaast tweemaal ongeveer een miljard euro om de leefbaarheid te vergroten. Met dat geld werden onder meer bruggetjes gebouwd en de regionale economie werd ermee aangejaagd.

De schade-afhandeling is lange tijd geplaagd door een circus aan experts en contra-experts. Het uitgangspunt was dat per scheur moest worden vastgesteld of die wel door een beving veroorzaakt was. Volgens deskundigen een illusie, maar met als gevolg dat voor elke euro compensatie voor fysieke schade het IMG 74 cent kwijt is aan proceskosten. Dat zal minder worden nu sinds eind 2021 de optie bestaat bij kleine schades zonder gedoe 5.000 euro te krijgen.

Het beeld dat nog steeds bij elke scheur gesteggeld moet worden, klopt bovendien niet helemaal: 91 procent van de schades wordt door het IMG erkend. In de NAM-tijd lag dit percentage rond de 70 procent. De bewijslast is omgekeerd: in principe komt een scheur in Groningen door een beving. Gedupeerden krijgen gemiddeld ruim 8.000 euro. ‘Ruimhartig’, noemde de Raad van State de schadeafhandeling enkele weken geleden nog. Er zijn bovendien compensatieregelingen bijgekomen voor waardedaling en mentale schade.

Hoe zit het met het preventief verstevigen van de huizen?

Dat is nodig om huizen bestand te maken tegen toekomstige bevingen. Want ook nu de gaswinning bijna gestopt is, trilt de bodem nog na – meer dan het SodM had verwacht. Nog steeds ‘zet’ het gasveld zich: ondergronds worden drukverschillen vereffend.

Aanvankelijk werd rekening gehouden met honderdduizend te versterken huizen. Nu de gaskraan dichtgaat, zal het om maximaal 27 duizend woningen gaan. Maar het probleem is dat de versterkingsoperatie al jaren bezig is maar nog steeds nauwelijks op gang is gekomen, concludeerde het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) eind juni nog eens. Steeds veranderen de inzichten en normen, mede als gevolg van verlaging van de gaswinning.

De overheid voert weliswaar sinds 2015 de regie, maar de NAM wordt wel nog steeds geacht te betalen. Daarover werd (en wordt) op de achtergrond eindeloos gebakkeleid. Momenteel weigert de NAM een deel van de rekening te betalen. Als uit modellen blijkt dat Groningen veilig is en de overheid wil toezeggingen toch nakomen, dan op eigen kosten.

Wat moet de parlementaire enquête duidelijk maken?

Voorzitter Tom van der Lee (GroenLinks) formuleerde de hoofdvraag van zijn parlementaire enquêtecommissie als volgt: ‘Hoe heeft het zover kunnen komen?’ De commissie wil achterhalen wie verantwoordelijk was voor het niveau van gaswinning, waarom waarschuwingen werden genegeerd en hoe het kwam dat het de verantwoordelijke instanties keer op keer niet lukte om de problemen van Groningen op te lossen. ‘In een kleine zestig jaar is de aardgaswinning van succesverhaal verworden tot hoofdpijndossier’, aldus Van der Lee.

Na ruim zeshonderdduizend documenten verzameld te hebben en 124 voorgesprekken met deskundigen, betrokkenen en bewoners te hebben gevoerd, begon de commissie eind juni aan de eerste van zeventig openbare verhoren. Ook na de zomer voert de commissie nog gesprekken. Het eindrapport wordt in februari 2023 verwacht.

Noord-Nederland-correspondent Jurre van den Berg sprak in onze podcast ook met hoofdredacteur Pieter Klok over het gasdossier. Luister dat gesprek hieronder terug.