Direct naar artikelinhoud
Drie KritiekpuntenHaga Lyceum

Zeer negatief rapport van de Onderwijsinspectie over het Cornelius Haga Lyceum. De voornaamste kritiekpunten op een rijtje

De Onderwijsinspectie heeft een zeer negatief rapport opgesteld over het islamitische Cornelius Haga Lyceum. Bewijzen voor salafistisch onderwijs zijn niet gevonden, maar op punten van bestuur en financiën is er scherpe kritiek.

Leerlingen in de klas op het Cornelius Haga Lyceum in Amsterdam.Beeld Freek van den Bergh/ de Volkskrant

Het rapport, dat 62 pagina’s telt, is ingezien door de Volkskrant. Het Haga Lyceum noemt de kritiek onjuist, onrechtmatig en smadelijk en wil donderdag via een kort geding de openbaarmaking van het rapport in deze vorm voorkomen. Ook de dagvaarding die de Amsterdamse school heeft uitgestuurd is in bezit van deze krant.

Afgelopen weken was al duidelijk geworden dat de inspectie na uitgebreid onderzoek geen bewijs heeft gevonden voor de verwijten waarmee de school in maart dit jaar in het nieuws kwam. Uit niets blijkt dat de school ‘ernaar streeft leerlingen afzijdig te houden van de samenleving, aanzet tot onverdraagzaamheid of integratie in de samenleving wil belemmeren’, schrijft de inspectie.

De kritiek van de inspectie spitst zich toe op drie punten. Zo zou er ‘onrechtmatig financieel beleid’ zijn gevoerd, neemt de school ‘onvoldoende afstand van personen met een omstreden reputatie’ en bemoeilijkt directeur Soner Atasoy met zijn ‘provocatieve gedrag’ de samenwerking met andere instanties. De inspectie stelt er geen vertrouwen in te hebben dat de school onder het huidige bestuur de boel weer op de rails krijgt.

‘Morele of politieke conclusie’

In de dagvaarding – die is uitgevaardigd door de Stichting Islamitisch Onderwijs (SIO), de oprichter en bestuurder van de school – worden alle hoofdconclusies van de inspectie bestempeld als ‘onjuist en niet gebaseerd op een toetsing aan de toepasselijke wetgeving’. De inspectie gaat ‘haar taken en bevoegdheden te buiten’, aldus de school. ‘In wezen is het een morele of zelfs politieke conclusie.’ De Onderwijsinspectie wil vooralsnog niet reageren op die beschuldiging.

Ondanks de harde conclusies verwacht emeritus-hoogleraar onderwijsrecht Paul Zoontjens niet dat de school op basis van het rapport gesloten kan worden. De meerderheid van de Tweede Kamer zou dat graag zien. ‘Ik acht de vermeende overtredingen niet groot genoeg om ingrijpen door de minister te rechtvaardigen’, zegt Zoontjens. ‘Daarvoor moet sprake zijn van een vergaande soort van wanbeheer.’

Zoontjens verbaast zich in hoge mate over de wijze waarop het onderzoek is uitgevoerd. ‘Normaal beginnen ze te zoeken op basis van signalen of vermoedens, maar dat lijkt hier niet het geval’, zegt hij. ‘Ik krijg de indruk dat ze ongericht onderzoek hebben gedaan in de hoop iets te vinden.’

Dit zijn volgens de inspectie de drie grootste problemen bij het Haga Lyceum

 
1. Directeur Soner Atasoy schaadt de school door geen afstand te nemen van ‘personen met een omstreden reputatie’

‘Richtinggevende personen’ op de school zouden zich omringen met ‘salafistische aanjagers’. Dat maakten de gemeente Amsterdam en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) op 7 maart bekend op basis van informatie die ze van de AIVD kregen. Al snel bleek dat directeur Soner Atasoy (38) en zijn broer Son Tekin Atasoy (43) die ‘richtinggevende figuren’ zijn. Son Tekin werkt op de school als beleidsmedewerker.

Later kwamen via NRC Handelsblad ook de namen van de ‘aanjagers’ naar buiten. Van twee van die aanjagers stelt de inspectie nu vast dat ze geen contact hebben gehad met leerlingen op school. Het gaat om internet-imam Fouad El Bouch (beter bekend als Abou Hafs) en de Brits-Palestijnse shariageleerde Haitham al-Haddad. Dit bleek eerder ook uit onderzoek van de Volkskrant.

Drie ‘personen met een omstreden reputatie’ hebben volgens de inspectie wel contacten met kinderen. Zij worden in het rapport niet bij naam genoemd, maar uit de beschrijving blijkt om wie het gaat. In de eerste plaats is dat de tot islam bekeerde ex-PVV’er Arnoud van Doorn, die veroordeeld werd omdat hij drugs aan minderjarigen verkocht. Hij werkt als vrijwilliger op de school en is in het bezit van een verklaring omtrent gedrag.

Dan is er geschiedenisdocent Kasim Tekin. Tekin specialiseert zich als historicus in de geschiedenis van de islam in Europa. Ook is hij betrokken bij een Almeerse islamitische onderwijsstichting die Al-Haddad een aantal keer ontving. ‘De inspectie heeft geen aanwijzingen dat deze persoon zich in de school uit op een wijze die in strijd is met de basiswaarden van de democratische rechtsstaat of integratie tegengaat’, meldt het rapport.

De derde ‘omstreden persoon’ is Abdullah Özütürk. Hij is godsdienstleraar op een basisschool en verzorgde enkele malen de vrijdagpreek op het Haga Lyceum. De gemeente Amsterdam bracht hem, zo meldde NRC vorig jaar, in verband met het ronselen van jongens voor de gewapende jihad. Hij werd daar nooit voor vervolgd en ook hij is in het bezit een verklaring omtrent gedrag.

De inspectie noteert dat de school door te ‘flirten’ met zulke mensen de kans openlaat ‘dat leerlingen in contact gebracht worden met opvattingen die strijdig zijn met de basiswaarden van de democratische rechtsstaat’.

Het Haga Lyceum stelt echter dat diezelfde inspectie elders in het rapport concludeert dat er geen aanwijzingen zijn dat leerlingen worden aangezet tot onverdraagzaamheid of dat de school de integratie wil belemmeren.

Ook noemt de school het laakbaar dat in het rapport op geen enkele manier wordt toegelicht waar dan precies het probleem zou liggen bij de vermeende opvattingen van de ‘omstreden’ personen in kwestie.

2. Atasoys provocerende gedrag is schadelijk voor de relatie van de school met de overheid en de samenwerking met externe partners
Nadat op 7 maart de ‘ernstige signalen’ van de AIVD naar buiten kwamen, heeft Soner Atasoy frontaal en grofgebekt de tegenaanval ingezet. Hij maakte bestuurders die de informatie naar buiten brachten bijvoorbeeld uit voor ‘incompetente randdebielen’. Later noemde hij burgemeester Halsema ‘een domme gans’. Ook zei hij leerlingen te gaan ‘wegkapen’ bij andere scholen en liet hij zich in een artikel van NRC ontvallen dat de ‘tyfus-AIVD met tyfusbewijzen’ moest komen.

De inspectie schrijft dat zulk gedrag ‘niet in overeenstemming met de pedagogische voorbeeldfunctie van een schoolleider’ is. En elders: ‘Het optreden en het beleid van de directeur-bestuurder (...) kan nog moeilijk als professioneel en integer beschouwd worden.’

Het Haga Lyceum stelt in de dagvaarding dat de inspectie op dit punt ‘met twee maten meet’, omdat het toch juist de minister, politici en de burgemeester van Amsterdam waren die ‘in de meest felle bewoordingen stelling nemen tegen de school’. Maar belangrijker vindt de advocaat nog dat er totaal ‘geen enkel wettig wettelijk voorschrift’ is dat een schooldirecteur verbiedt om ‘onparlementaire bewoordingen’ te gebruiken. ‘Dit is eerder een moreel oordeel, dat is niet de bevoegdheid van de inspectie en bovendien in strijd met de vrijheid van onderwijs, de vrijheid van vereniging en de vrijheid van meningsuiting.’

3. Onrechtmatig financieel beleid
In het rapport wordt veel aandacht besteed aan allerlei vermeende financiële misstanden bij de school. Daarbij zit onder meer het verwijt dat de Atasoys zichzelf zouden ‘verrijken’.

Zo heeft Soner Atasoy anderhalf jaar lang te veel overuren uitbetaald gekregen, waardoor hij de Wet Normering Topinkomens overschreed. Hij verdiende meer dan de circa 100 duizend euro die is toegestaan voor een directeur van een school van de omvang van het Haga Lyceum en met de ervaring van Atasoy.

Die fout werd al medio vorig jaar ontdekt door de accountant, en gemeld in het jaarverslag 2017. Atasoy beloofde eventueel te veel ontvangen geld terug te betalen en doet dat naar eigen zeggen ook. De inspectie heeft daarvan echter geen afschriften gevonden. ‘Logisch, want er wordt gewoon maandelijks een paar honderd euro op mijn loon ingehouden’, stelt Atasoy.

Zwaarder lijkt het verwijt dat Atasoy sinds 2018 een aanstelling heeft van 1,2 fte. Ook dat zou zelfverrijking zijn. De Stichting Islamitisch Onderzoek (SIO) zegt dat zo’n constructie niet verboden is en dat die gerechtvaardigd is omdat Atasoy de afgelopen jaren structureel heeft overgewerkt om de school uit de grond te stampen. Atasoy zit overigens zelf ook in het bestuur van SIO, maar hield zich bij discussies over zijn salaris naar eigen zeggen afzijdig.

De inspectie laakt ook een aantal ongeoorloofde uitgaven die de school zou hebben gedaan met onderwijsgeld. Zo liet de school een voetbalkooi bouwen, werden er kosten gemaakt voor advocaten om de uitbreiding van de school voor te bereiden en zijn er ‘excursies’ ondernomen die volgens de inspectie ‘geen onderwijskundig karakter’ hadden. Daar is onderwijsgeld niet voor bedoeld, zo vermeldt het inspectierapport. Het geld zou terugbetaald moeten worden.

Mede door alle ongeoorloofde uitgaven komt de inspectie tot de conclusie dat financiële continuïteit van de school in gevaar is en er zelfs een faillissement zou dreigen.

Het Haga Lyceum spreekt dat in de 44 pagina’s tellende dagvaarding uitgebreid tegen. Het inspectierapport zou wemelen van de fouten en voor een startende school is het financieel resultaat juist buitengewoon goed, stelt de school. De exploitatie was de afgelopen jaren steeds positief en schulden worden afgelost.

De school zou wel in problemen komen als er de komende jaren veel minder leerlingen bijkomen dan voorzien. Daar lijkt voorlopig geen sprake van. Ondanks de vele negatieve berichten over de school zijn er voor volgend jaar al 173 achtstegroepers aangemeld.

Ook de accountant van de school heeft het rapport van de inspectie ontvangen en besloten om haar goedkeurende verklaring voor het jaarverslag 2017 te handhaven. Zij voorziet de conceptjaarrekening 2018 naar verwachting deze maand nog van haar fiat, schrijft de school.

Lees verder

Binnen bij het Haga Lyceum
Ook de Volkskrant kwam tijdens meer dan tien bezoeken en tientallen gesprekken met de schoolleiding, docenten, medewerkers, ouders, vrijwilligers en externen geen bewijzen tegen van salafistische invloeden of anti-democratisch onderwijs. 

Onderwijsinspectie: geen salafisme, wel onvoldoende voor Haga Lyceum
Het salafisme speelt geen rol in het onderwijs aan het Cornelius Haga Lyceum. Ook zijn er geen aanwijzingen dat de school met de rug naar de samenleving staat. Dit blijkt volgens de advocaat van het Haga Lyceum uit een conceptrapport van de Onderwijsinspectie.

Bibob-toets voor omstreden islamitische school: ‘Bestuurlijke guerrilla tegen Haga Lyceum’
Het ministerie van Onderwijs wil een Bibob-toets voor het islamitische Cornelius Haga Lyceum. Rechtsgeleerden laten geen spaan heel van de manier waarop de overheid de omstreden school de voet probeert dwars te zetten. Een ‘buitengewoon kwalijke stap’.

Lees verder

Podcast: het Volkskrantgeluid

Waar interessante en spraakmakende verhalen online en in de krant ophouden, gaat het Volkskrantgeluid verder. Wat is een zwart gat precies? En hoe gaat het eraan toe in tbs-klinieken? Onze verhalenmakers leggen het uit.