DEN HAAG - De populaire spaarloonregeling wordt vervangen door een nieuwe levensloopregeling, waarbij werknemers kunnen sparen voor 'betaalde' vrije tijd. Dat hebben CDA, LPF en VVD gisteren definitief besloten.
Deze nieuwe levensloopregeling is fiscaal minder gunstig, waardoor het schrappen van de zeer gunstige spaarloonregeling per saldo een besparing van 600 miljoen euro oplevert.
De spaarloonregeling is voor de fiscus een stuk duurder omdat hier sprake is van een volledig belastingvrije uitkering indien het geld na vier jaar sparen vrijkomt.
Bij het deel van het salaris of adv- en vakantiedagen dat straks via levensloopsparen wordt vastgezet voor bijvoorbeeld een sabbatical of zorg- of studieverlof moet bij opname wel gewoon belasting worden betaald, waardoor dus alleen sprake is van uitstel van belastingheffing.
De formatiepartijen zijn het gisteren ook eens geworden over een nieuwe strengere opzet van de bijstand, waardoor gemeenten hun uit de hand lopende bijstandkosten niet langer kunnen declareren bij het rijk.
Gemeenten die er niet in slagen veel mensen uit de bijstand te helpen, kunnen binnenkort niet langer bij de overheid aankloppen voor extra financiële steun.
"Op dit moment kunnen gemeenten 75 procent van de kosten bij het rijk declareren en wordt de overige 25 procent via een normvergoeding uitgekeerd.
Die norm gaat nu naar 100 procent", aldus VVD-onderhandelaar Zalm, die langs deze weg 200 miljoen euro denkt te kunnen bezuinigen.
De gemeenten krijgen in de nieuwe opzet een vast normbudget voor de bijstanduitgaven en worden dus zelf veel meer verantwoordelijk voor het beheersbaar houden van het aantal personen met een uitkering.
"Ze krijgen straks het volle financiële belang, dus dat is voor gemeenten een extra reden daar scherp op toe te zien", aldus Zalm, die benadrukt dat gemeenten die er in slagen veel mensen uit de bijstand te helpen juist een financieel voordeel hebben.
De drie formatiepartijen werden het gisteren wel min of meer eens over 6,5 miljard euro aan bezuinigingen en ruim 3 miljard euro aan lastenverlichting, maar slaagden er niet in afspraken te maken over onder meer de teruggave van het kwartje van Kok en verlaging of afschaffing van de onroerendezaakbelasting.
Ook blijven vooral VVD en CDA ruziën over de aanpak van de wao en de wijze waarop dit in de coalitieteksten moet worden vastgelegd.
LPF-leider Herben denkt zelfs tenminste nog twee weken nodig te hebben voordat de informatie kan worden afgerond, hetgeen als een tegenvaller wordt gezien nadat de partijen vorige week aangaven dat men er nagenoeg uit was.
De Tweede Kamer zal daardoor vrijwel zeker niet voor het zomerreces, dat op 4 juli ingaat, een debat kunnen voeren over de eerste fase van de formatie.
Een ander taai probleem dat CDA, LPF en VVD nog niet hebben kunnen oplossen zijn de gasboringen onder de Waddenzee. De drie partijen zijn het eens dat er geen boortorens in de Waddenzee zelf mogen komen.
De VVD vindt dan ook dat boren vanaf de wal wel moet kunnen indien aangetoond kan worden dat dit geen schade aan de natuur aanbrengt. De LPF en vooral het CDA zijn hier echter ook tegen.
![[terug]](/krant/logos/terug.omlaag.gif){kind=small}