Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Ouderen niet meer opereren is ineens bespreekbaar

Kwetsbaarheidstest Soms is het riskant én kostbaar om ouderen te opereren. GroenLinks wil het taboe op ‘overbehandeling’ doorbreken. Omwille van patiënt en kosten.

Foto: iStock

In ziekenhuizen en in de politiek zijn er initiatieven om oudere patiënten minder vaak een ingrijpende medische behandeling te geven. Zo worden patiënten boven de zeventig die binnenkomen op de Spoedeisende Hulp van het academisch ziekenhuis LUMC in Leiden en het Hagaziekenhuis in Den Haag sinds een maand eerst gescreend op kwetsbaarheid.

Ook op de polikliniek neemt de arts in die ziekenhuizen eerst de kwetsbaarheidstest af om te beoordelen of de oude patiënt sterk genoeg is voor een operatie, een chemokuur of dialyse. Dat kan ertoe leiden dat arts en patiënt besluiten om af te zien van die ingrijpende behandelingen.

Met een korte lijst vragen over medicatie, geheugen en zelfstandigheid bepaalt de arts bij zeventigplussers wat hun kansen zijn op sterfte of forse achteruitgang als ze weer thuis zijn. Op de Spoedeisende Hulp kan de arts zo alvast complicaties proberen te voorkomen en beoordelen of de patiënt überhaupt nog alleen kan wonen.

Als de kwetsbaarheidstests goed blijken te werken, zullen meer ziekenhuizen die overnemen, zegt Hanna Willems, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie. Vorig jaar kwamen 800.000 65-plussers op een Spoedeisende Hulp. 530.000 van hen werden opgenomen in het ziekenhuis. Die aantallen groeien al enkele jaren.

Aan eindeloos behandelen is niet altijd behoefte, en het kan geld schelen, stelt GroenLinks in een initiatiefnota

Aanleiding voor de tests was een onderzoek in het LUMC en andere ziekenhuizen waaruit bleek dat 10 procent van de 70-plussers die op de Spoedeisende Hulp kwamen binnen drie maanden was overleden. Nog eens 20 procent was binnen 90 dagen fors achteruitgegaan en kon niet meer zelfstandig voor zichzelf zorgen. Van de ouderen die werden opgenomen in het ziekenhuis, was 20 procent drie maanden later overleden en nog eens 20 procent fors verzwakt. „Dat vonden we best veel”, zegt internist-ouderengeneeskunde Simon Mooijaart (LUMC).

Het ziekenhuis benadrukt dit te doen om de groeiende groep oudere patiënten te behoeden voor belastende medische behandelingen. Die kunnen riskant zijn en hebben niet altijd zin als iemand al zo kwetsbaar is. Het gaat er volgens de medici niet om zo kosten te besparen.

Tegelijk pleit GroenLinks er deze maandag in een initiatiefnota over ouderenzorg (‘Lachend Tachtig’) voor dat iedere oudere die in het ziekenhuis terechtkomt voortaan gescreend wordt op kwetsbaarheid, onder meer om zo onnodige ‘overbehandeling’ te voorkomen. Dat is volgens de politieke partij beter voor ouderen – die vaak helemaal niet in de ‘behandelmolen’ terecht willen komen – en het kan ook helpen de zorgkosten te beperken.

Tweede Kamerlid Corinne Ellemeet (GroenLinks) doorbreekt hiermee een politiek taboe: het wordt in Den Haag als een risico gezien om te praten over het beperken van medische handelingen om kosten te besparen.

Lees ook: Een operatie doet soms veel kwaad

Ellemeet: „Van dat taboe moeten we maar eens af. Ik heb juist vanuit ouderen zelf gedacht. Die willen niet eindeloos geopereerd worden, zwakker uit het ziekenhuis komen, en niet goed meer herstellen. Als je zo denkt, dan is deze discussie helemaal niet eng.”

Een financiële bovengrens voor behandelingen in het laatste levensjaar is in Den Haag altijd moeilijk bespreekbaar geweest. Toch vinden velen dat de kosten voor ouderenzorg zwaar drukken op de begroting. Het CPB beraamde een reële stijging van de zorguitgaven met 3,4 procent de komende drie jaar, die voor een deel komt door de vergrijzing.

Artsen en wetenschappers durven al langer te spreken over hoeveel geld een behandeling mag kosten, en schuwen daarbij niet te kijken naar hoe oud patiënten zijn, of hoe vitaal. In 2006 stelde de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving een bovengrens voor, voor de maximale prijs van een ‘gewonnen gezond levensjaar’ (Qaly). Dat werd 80.000 euro. Als een behandeling duurder zou uitvallen dan 80.000 euro per gewonnen gezond levensjaar, zou die in principe niet worden vergoed door de zorgverzekeraar.

De politiek wil dit advies niet overnemen.