Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
IJsclub Vlietland

IJsclub Vlietland

Foto’s David van Dam
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Natuurijsclubs worstelen met warme winters

IJsbanen Natuurijsverenigingen bereiden zich voor op vorst. Maar met de huidige temperaturen dreigt opnieuw een mager ijsseizoen. En dat betekent minder inkomsten, minder leden, minder toekomstige schaatsers.

Het geheim van De Lier is beton en kalk. Trots laten ijsmeester Dolf van der Knaap en penningmeester Nico Stolze de ijsbaan van vereniging Hard Gaat-Ie zien: een betonnen veld van 0,7 hectare tussen de kassen van het Westland.

Na één nacht vriezen kan hier al worden geschaatst. „Bij min drie beginnen we”, vertelt Van der Knaap. Eerst een dun laagje water, dat laten bevriezen. Dan een laagje kalk – tuinders zoals hij weten dat daardoor de zon weerkaatst – en weer een laagje ijs. Anderhalve centimeter ijs is er maar nodig. Het hele dorp weet wanneer de sproeicommissie ’s nachts is opgestaan. „’s Ochtends vroeg staan ze al aan het hek.” Vorige winter had De Lier dertien schaatsdagen.

IJsclub Hard Gaat-ie
Foto: David van Dam
IJsclub Hard Gaat-ie
Foto: David van Dam
IJsclub Hard Gaat-ie
Foto: David van Dam

IJsclub Hard Gaat-ie Foto: David van Dam

Zo veel geluk hadden andere natuurijsverenigingen de afgelopen jaren niet. Het water op weilanden, veldjes en vennetjes bevriest nu eenmaal langzamer en het ijs dooit sneller. Verenigingen die het van bevroren open water moeten hebben, zoals de beroemdste van Nederland, de Koninklijke Vereniging De Friesche Elf Steden, hebben enkele dagen en nachten flinke vorst nodig. Niet de 13 graden van deze woensdag.

Natuurijsclubs worstelen dan ook, zegt de Koninklijke Nederlandse Schaatsbond (KNSB). Geen ijs betekent geen inkomsten. Geen ijs betekent dat het moeilijk is contributie te verhogen, leden vast te houden en vrijwilligers te werven. Ooit waren er bij de ijsbond 800 natuurijsverenigingen aangesloten – nu zijn dat er nog 450. Sommigen zijn geen lid meer, anderen zijn gefuseerd of helemaal gestopt.

„Juist omdat er geen garantie is op natuurijs” en kinderen toch te laten kennismaken met schaatsen, sponsort de KNSB al een paar winters tijdelijke kunstijsbanen, waaronder die op de Markt in Gouda, op de Markt in Uden en op de Oude Markt in Enschede.


IJsclub Hard Gaat-ie Foto: David van Dam

IJsdagen zijn belangrijk, zeggen ook de mannen van Hard Gaat-Ie (anno 1893). „Anders mis je hele generaties”, zegt Van der Knaap, die zelf 52 keer een 200-kilometertocht reed. Op de vraag of hij – bijna zeventig – nog schaatst, is maar één antwoord mogelijk: „Natuurlijk.”

Schaatsen kunnen ze hier. De baan is vernoemd naar Lierenaar Piet Keijzer, de Elfstedenwinnaar van 1940, die hem ook opende. In het houten clubhuis hangen foto’s van Kees Broekman, die in 1952 als eerste Nederlander een medaille op de Winterspelen won, en van de befaamde kunstschaatsers Agaath Ruigrok en Cees Stolze. En van de huidige generaties: Dione Voskamp, nu Nederlands kampioen junioren op de honderd, driehonderd, vijfhonderd en duizend meter – en haar moeder Jolanda, marathonschaatster.

„Natuurijs is de bron van het schaatsen. Daar komt het enthousiasme vandaan, daar ontdek je de toekomstige pareltjes van het Nederlandse schaatsen”, zegt Aad van Winden, secretaris van IJsclub Vlietland in Schipluiden.

IJsclub Vlietland
Foto: David van Dam
IJsclub Vlietland
Foto: David van Dam

IJsclub Vlietland Foto’s: David van Dam

De baan daar – op gras – is onder water gezet. ’s Zomers grazen er schapen, nu klinkt het gesnater van eenden. Een aalscholver heeft postgevat op een lichtmast. ’s Ochtends, vertelt Van Winden, zitten er ganzen op het drassige weiland aan de rand van Schipluiden. Hij heeft ze bij het eerste dunne laagje ijs, eind november, toegeroepen dat het lokale restaurant gans op het menu heeft staan.

Schipluiden en De Lier deden altijd een wedstrijdje: wie heeft het eerste ijs. „Die bokaal hebben we niet meer teruggezien sinds het beton”, zegt Van Winden. Vier dagen ijs had het weiland in Schipluiden in januari vorig jaar, vijf op het krabbelbaantje voor de kinderen – alleen ’s ochtends, daarna dooide het. En dan heb je nog gunstige omstandigheden: de baan ligt op veengrond in een polder en bevriest daarom snel.

Van Winden hoopt deze winter op minimaal vier graden vorst overdag en acht ’s nachts. „Onze ijsmeester zegt altijd: tot ziens, tot onder nul.”

IJsclub Thialf
Foto: David van Dam
IJsclub Warder
Foto: David van Dam
IJsclub Warder
Foto: David van Dam

IJsclub Thialf Foto’s: David van Dam