Direct naar artikelinhoud

'De geschiedenis van Schiedam krijgt nu een gezicht'

Het Stedelijk Museum Schiedam heeft twee portretten van belangrijke Schiedammers verworven.Beeld ANP

"Twee Schiedammers zijn weer terug naar huis", sprak directeur Deirdre Carasso van het Stedelijk Museum Schiedam niet zonder gevoel voor dramatiek. De Schiedammers over wie zij sprak, zijn allang dood. Maar hun portretten zullen straks in het Schiedamse museum te zien zijn.

Het gaat om Philippus Theodorus van Cloon en zijn vrouw Anna Catherina Lowe. Van Cloon (1732-1787) was een belangrijk man in Schiedam. Hij was achttien jaar lang lid van de vroedschap, een verre voorloper van de gemeenteraad, en vanaf 1782 was hij ook burgemeester, een functie die destijds door een driemanschap werd uitgeoefend. Nog voor hij burgemeester werd, in 1778, liet Van Cloon zichzelf en zijn vrouw portretteren door Pieter Frederik de la Croix.

Veel van de portretten die De la Croix, een Nederlandse schilder van Franse afkomst, maakte, hangen in Nederlandse musea. Onder meer het Mauritshuis in Den Haag en het Stedelijk Museum Zwolle hebben werk van hem in bezit. Maar de portretten van het Schiedamse burgemeesterspaar waren privébezit: ze behoorden tot de collectie Mees Pierson, onderdeel van ABN Amro. Maar de bank richtte haar kantoren opnieuw in en dat was de aanleiding om de portretten van Van Cloon en zijn vrouw te schenken aan het Schiedamse museum.

De schenking werd afgelopen zaterdag bekend gemaakt tijdens de Nacht van de Geschiedenis en museumdirecteur Carraso was er uiteraard blij mee. Ze sprak van 'de Schiedamse Marten en Oopjen', verwijzend naar de veelbesproken schilderijen van Rembrandt die afwisselend in het Louvre en het Rijksmuseum te zien zijn. "De geschiedenis van de stad krijgt nu letterlijk een gezicht."