Nederlander jaar vast in Iran om spionage
Teheran
Hij en zijn vrouw Marokh, woonachtig in Almere, verbreken hun stilzwijgen, na ruim een jaar vergeefse diplomatieke inzet met hulp van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken.
Aan de telefoon vanuit de gevangenis praat Sabri Hassanpour gehaast. ‘Help me’, zegt hij. ‘Straks sterf ik hier.’ Op spionage staat in Iran tien jaar cel, en soms zelfs de doodstraf.
Hassanpour is niet de enige Nederlander met een Iraanse achtergrond die in de cel zit in Iran. Twee anderen – één opgepakt in januari 2016, de ander al in 2012 – zitten volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken ook vast. Het is volgens een woordvoerder lastig voor Nederland om zich met de zaken te bemoeien, omdat Iran geen dubbele nationaliteiten accepteert en de gevangenen niet als Nederlanders beschouwt. ‘Binnen de beperkte mogelijkheden die we hebben, doen we wat we kunnen, met name achter de schermen zegt woordvoerder Daphne Kerremans.
In 2011 executeerde Iran de Nederlands-Iraanse Zahra Bahrami die was veroordeeld wegens vermeende cocaïnehandel. De executie was een dieptepunt in de relatie tussen Nederland en Iran, die momenteel een stuk beter is.
geen rechtszaak
‘Ik wilde niet met de media praten om mijn man niet in gevaar te brengen’, zegt Marokh Hassanpour telefonisch vanuit Nederland. Maar de maat is vol. ‘Mijn man heeft ernstige hartklachten, ik vrees dat hij niet levend terugkomt.’ Tegen Hassanpour is geen rechtszaak geweest, maar volgens zijn vrouw wordt hij verdacht van spionage. Er is onlangs een borgsom gesteld van 125.000 euro, zegt ze. ‘Dat geld hebben we niet.’
Hassanpour wordt in een reeks gesprekken in 2011 met de satellietzender Mardom TV voorgesteld als een woordvoerder van het Nationaal Congres, een organisatie die zich onafhankelijk noemt, maar wel symbolen gebruikt van de in 1979 gevluchte keizerlijke familie. ‘We willen niet alleen het regime ten val brengen’, zegt hij, ‘maar dat vrijheid geïnstitutionaliseerd wordt.’ De afgelopen jaren lijkt hij echter niet actief te zijn geweest voor deze organisatie. Een zoektocht naar zijn naam op de site van het Nationaal Congres levert niks op.
De Iraanse staat heeft weinig tolerantie voor andersdenkende politieke groepen, zegt Nader Karimi Joni, een hervormingsgezinde analist. ‘Ik ken deze man niet, maar in het algemeen leven mensen met een dubbele nationaliteit in een illusie als ze politiek actief zijn en denken dat hun ambassade in Teheran iets voor ze kan doen hier’, zegt hij. ‘Nu zit hij in de gevangenis en is het te laat.’ <