Direct naar artikelinhoud

'Op het toneel zette Wim Sonneveld zijn ziel open'

Samen met Wim Kan en Toon Hermans vormt Wim Sonneveld De Grote Drie van het Nederlandse cabaret.Beeld Hollandse Hoogte / Nederlands Fotomuseum

Op 28 juni zou cabaretier Wim Sonneveld honderd jaar zijn geworden. Met een aantal kenners typeert Trouw de ongrijpbare man die Nederland vele klassiekers leverde.

Een Amsterdamse brug die naar hem vernoemd wordt, een boek van zijn broer Jan over hun jeugdjaren in Utrecht, het brievenboek, een documentaire-serie en later dit jaar een gala in Carré. Allemaal ter ere van de honderdste geboortedag van Wim Sonneveld. Samen met Wim Kan en Toon Hermans vormt hij De Grote Drie van het Nederlandse cabaret.

Hij wordt op 28 juni 1917 geboren, 'met de blauwe ogen van mijn moeder', zoals hij zelf zei. Hij weet al vroeg dat hij het toneel op wil. In 1936 komt hij in dienst bij Louis Davids, in die tijd een grote kleinkunstenaar. Vanaf dat moment is Sonneveld artiest. Hij ontdekt in Parijs het cabaret-artistique en komt in Amerika in aanraking met de showbusiness. Hij groeit uit tot een veelzijdig cabaretier: hij zingt, brengt conferences ('Kroketten', 'Dag man achter het loket') en kan geweldig typetjes neerzetten als Frater Venantius ('Zeg maar ja tegen het leven') en Nikkelen Nelis ('Zij kon het lonken niet laten'). Sonneveld sterft onverwacht in 1974, hij is dan pas 56, aan een hartaanval.

'Ik wil graag de illusie van het publiek zijn en blijven'. Tijdens zijn leven was Sonneveld voor velen een mysterie. Op het toneel charmant en romantisch, bijvoorbeeld in liedjes als 'Zo heerlijk rustig', 'Margootje' en misschien wel zijn bekendste: 'Het Dorp'. Net zo makkelijk was hij venijnig ('Lieveling') of plat (als Willem Parel). Met zijn warme stem wist hij onmiddellijk te raken. In het echte leven bleek Sonneveld onzeker, rusteloos en pesterig.

Crooner

Ik ben maar een ventje uit Drenthe en moest ineens zo'n grote man spelen

Musicalacteur Tony Neef (56) speelde een paar jaar geleden de titelrol gespeeld in de musical 'Sonneveld' en zingt straks op het Wim Sonneveld Gala op 4 en 5 oktober in Theater Carré in Amsterdam. Hij groeide op met Wim Sonneveld op de radio en in de tv-serie 'Ja Zuster, Nee Zuster'. "Ik bewonder Sonneveld in zijn manier van overbrengen van de tekst van een liedje. Elk woord dat hij zong, kwam aan. Zijn stem vond ik als kind al fantastisch, hij is een crooner à la Frank Sinatra. Maar toen ik puber werd heb ik Sonneveld ingeruild voor The Osmond Brothers en The Three Degrees. Door de musical heb ik hem beter leren kennen. Hij was erg sociaal, na optredens zat het hele huis regelmatig vol en waren er soupers. Hij had een groot verlangen naar een gezin en zo had hij het in zekere zin. Dat hij zo modern leefde met twee mannen wist ik bijvoorbeeld niet. En dat hij zo verschrikkelijk onzeker was. Voor elk optreden zo bloedzenuwachtig dat hij moest kotsen, maar zodra er een lampje op hem scheen, was dat weg. Ik herken dat niet, maar het gekke is dat ik voor deze rol zo ontzettend nerveus was, dat ik zelfs op de spoedeisende hulp belandde. Ik ben maar een ventje uit Drenthe en moest ineens zo'n grote man spelen. Het was alsof ik de angst van Sonneveld had overgenomen. Na de eerste try-out was dat weg. De rol heeft veel voor mij betekend, ik heb zo veel mensen gelukkig zien worden door wat we met zijn allen neerzetten. Het allermooiste compliment kreeg ik van zijn broer Jan: 'Je hebt Wim weer tot leven gebracht'."

Tekst gaat verder onder de afbeelding

Wim Sonneveld en zijn partner Friso Wiegersma.Beeld ANP Handouts

Theatrale

Cabaretier Richard Groenendijk (44) presenteert vanaf 28 juni, Sonnevelds geboortedag, de vierdelige documentaire-serie '100 jaar Wim Sonneveld' (NPO2). Hij deed als kind op een playbackshow 'Tearoom Tango' na. "Wat ik van hem opgepikt heb is het theatrale dat hij heeft geïntroduceerd. Hij zingt niet alleen een lied, hij brengt het ook. Ik vind het fascinerend dat het zo'n moeilijke man was. Lag ik me in bed in te lezen voor een draaidag, zei ik tegen mijn vriend Marko: 'Het is een vat vol tegenstrijdigheden. Wil Sonneveld iets, moet iedereen naar zijn pijpen dansen. De volgende dag wil hij opeens wat anders. Daar word je toch gek van, om met zo'n man te leven?' Keek hij mij zo schuin aan: 'Ja, inderdaad heel vervelend'. Herkenbaar dus. En ook het constant vluchten in werk dat Sonneveld deed. Ik heb nu een half jaar een sabbatical, maar ik weet nog steeds niet wanneer het begint. Hij is van jongs af aan bang geweest om berooid oud te worden, ik ben ook heel bang voor de armoedeval. Zei hij vanuit zijn hotelkamer op Park Avenue in New York, haha.

"Ik dacht dat het een veel kalmere man was, maar nu ik meer over hem weet verbaast mij die hartaanval niet. Hij was een zenuwpees. Ik had ook gedacht dat hij veel meer genoot van zijn werk. Ik heb ook wel wat van dat vileine van Sonneveld. Maar wat hij niet had, was zelfspot. En dat maakt het soms wat hautain wat hij doet. Zijn betekenis is het fundament dat hij heeft gelegd. Hij werd zelf beïnvloed door Louis Davids, heeft daar het theatrale aan toegevoegd en het weer doorgegeven. Als je slim bent als jonge theatermaker blijf je altijd kijken naar de oudere generatie."

Verfijning

'Hij was rusteloos, altijd op de vlucht als het ware. Daarom is zijn oeuvre zo divers geworden.'

Acteur Hans van der Woude (66) ziet als dertienjarig jongetje Sonneveld voor het eerst in het theater en weet: dit wil ik ook. Jaren later krijgt hij een relatie met Friso Wiegersma, die eerder zowel de artistieke als de levenspartner van Wim Sonneveld was. "Ik hou van Sonneveld om zijn verfijning, het artistieke, het lyrische en zijn vileine humor. Op het toneel zette hij zijn ziel open. Het is alsof hij het ter plekke bedenkt, alleen voor jou. Ontzettend charismatisch. Maar het was een onzekere man en geen vrolijkerd. Bang om zijn gevoelens privé te uiten en te laten zien. Hij wilde niet als kwetsbaar gezien worden. En hij was ongelooflijk rusteloos, altijd op de vlucht als het ware. Ik denk dat zijn oeuvre daarom zo divers is geworden. Altijd maar bezig, proberen te vernieuwen, te veranderen, nooit op zijn lauweren rusten."

"Privé was Sonneveld een stoute man, net als Friso trouwens. Ze hadden een open relatie, gunden elkaar anderen. Nou ja, Wim gunde dat Friso niet, maar Friso deed het wel, het was een onstuimige man. Wim was woelig en die had ook nog Huub met wie hij rekening moest houden. Friso wist dat Sonneveld nooit zou kiezen tussen hem of Huub, dus dat heeft hij hem ook nooit gevraagd. Huub heeft altijd een belangrijke rol in Sonnevelds leven gespeeld. Hij heeft hem katholiek gemaakt maar hem daarmee ook een enorm schuldgevoel opgedrongen. Hij was van de leer: je mag wel homo zijn, maar het niet doen. Dus na iedere seksuele handeling werd er door Huub en Wim gebeden om vergiffenis. Letterlijk op de knietjes. Toen Friso in Wims leven kwam, riep hij na de seks: 'Wim, wat doe jij nou?' 'Nou, Friso, dit mogen wij eigenlijk niet doen.' 'Ben je nou helemaal besodemieterd, hou daar onmiddellijk mee op.' Dat is ook gebeurd, maar Sonnevelds schuldgevoel is altijd gebleven.

Op zijn graf ligt nog vaak een boeketje en daar staat op: 'Lieve Wim, dank voor de blijheid die je bracht.'

"Wat soms ingewikkeld was: Friso was frivool en dat stak Wim, want dat zou hem verdacht kunnen maken als ze samen ergens waren. Sonneveld stelde Huub en Friso altijd voor als 'zijn naaste medewerkers'. Dat was voor de buitenwereld, in Amsterdam, in hun vriendenkring, werden ze omringd door homoseksuelen." "Op zijn graf ligt nog steeds heel vaak een boeketje en daar staat op: 'Lieve Wim, dank voor de blijheid die je bracht'. En zo is het."

'Het is liefde wat er staat'

Lieve Knol'. 'Dag lieve bolletje, dag Krekeltje'. 'Dag Wol'. 'Lieve Wimpel.' Ontwerper en kunstenaar Friso Wiegersma had talloze liefkozende bijnamen voor zijn geliefde, cabaretier Wim Sonneveld. Die was op zijn beurt wat gereserveerder en hield het vooral bij 'Beste Friso'. Als hij echt uit de band sprong, schreef hij 'Lief menneke' of 'Cher ami'. Wat opvalt bij het lezen van hun correspondentie is hoe huiselijk en alledaags het overkomt. Of Friso nou eindelijk zijn geldzaken eens wil regelen, hoe verschrikkelijk de hotemetoten zijn op Curaçao, welke nieuwe film Wim echt moet gaan zien. En af en toe een zinnetje als: 'Je ligt toch wel alleen in je bedje hè?' De brieven, kaartjes en 'Friepels', tekeningen van Wiegersma, geven een openhartig inkijkje in hun relatie die van 1947 tot aan de dood van Sonneveld in 1974 duurt.

Sonneveld-kenner Frank Jochemsen (34) kreeg de brieven uit de nalatenschap van Wiegersma van diens weduwnaar Hans van der Woude. "De meeste van deze brieven zijn uit de tijd dat Sonneveld nog niet die hele grote entertainer was, maar je leest meteen hoe beeldbepalend Friso voor hem is geweest. Het was een artistiek koppel. Er is altijd geïnsinueerd: was het wel echte liefde tussen die twee? Ja, blijkt uit deze brieven. Friso heeft wel eens gezegd dat homo's zich te veel afficheren met seks. In dit boek komt het woord 'seks' niet voor, het is liefde wat er staat. Ik heb er niets aan verfraaid, want het was al fraai genoeg."

Op zijn zeventiende ontmoette Sonneveld Huub Janssen, een uitgetreden kloosterling. Ook hij had tot aan de dood van Sonneveld een relatie met hem. Zo'n trio gaf natuurlijk wel eens problemen, maar Wiegersma was er nuchter over. Hij zei ooit: "Op een gegeven ogenblik heb ik me gerealiseerd dat een ander misschien een lastige schoonmoeder heeft. En ik had Huub."

Jochemsen: "Voor ik de brieven las, dacht ik dat het allemaal ingewikkelder zou zijn. Maar over het algemeen ging het behoorlijk organisch. Ik vind het wel knap zoals ze dat met zijn drieën gerooid hebben. Ze hebben er echt wat van gemaakt. En in veel brieven staat 'Groet aan Huub' of Huub krabbelde, onder Sonneveld, ook nog wat op de kaart naar Friso. De titel van het boek is in dit licht best cynisch: het was bijna nooit 'Niemand dan wij', omdat Huub er altijd bij was. Behalve in 1956 toen Friso en Wim samen in Hollywood zaten."

Wat naast de intense relatie tussen Sonneveld en Wiegersma de aandacht trekt, is dat met name Sonneveld zeer reislustig was en zijn inspiratie overal ter wereld haalde. Zeer levendig beschrijft hij de reizen die hij de jaren vijftig en zestig maakte naar bijvoorbeeld de Nederlandse Antillen, Spanje, Frankrijk en Amerika. De mensen die hij er ontmoette, en belangrijk nog: de shows en concerten die hij er zag, spelen een grote rol.

Frank Jochemsen: "Sonneveld deed graag research naar wie er voor zijn tijd optrad en hoe dat ging en hij bekeek vele voorstellingen in zijn eigen tijd. Een nummer als 'Moeder ik wil bij de revue' kon hij maken omdat hij in de Moulin Rouge dat soort shows gezien heeft. Daarmee wordt maar weer eens benadrukt, dat een rijk artistiek oeuvre alleen kan voortkomen uit een rijke bron."

'Niemand dan wij', met brieven van Wim Sonneveld en Friso Wiegersma, verschijnt bij Nijgh en Van Ditmar.