‘Waarom geen hogere belastingen op bordeeluitbaters? Zo stijgen de prijzen en haken de klanten misschien af. Dat kan mogelijk het fenomeen verkleinen.’ Dat opmerkelijke voorstel doet Stef Adriaenssens, economisch socioloog aan de KU Leuven. Als een van de weinigen in België voert hij, ondanks de geslotenheid van het wereldje, onderzoek naar het financiële belang van prostitutie. Ook de politieke benadering ervan interesseert hem, zeker in Brussel.

‘Omdat Brussel niet één beleid kent, niet één reglement, maar een veelheid aan regels, afhankelijk van gemeente tot gemeente, waardoor juridisch een enorme grijze zone ontstaat. Brussel kan nog veel leren van Antwerpen, dat een meer centrale aanpak voorstaat. Adriaenssens lanceert zijn voorstel naar aanleiding van twee nieuwsfeiten die gisteren bekend raakten, en die aantonen dat Brussel niet weet wat het wil.

Zo onderneemt Yvan Mayeur, de PS-burgemeester van de stad Brussel, stappen tegen de Belgische staat om het toch mogelijk te maken sneller GAS-boetes uit te schrijven tegen pooiers en prostituees, wat Sint-Joost-ten-Node en Schaarbeek met argusogen bekijken. Emir Kir (PS), de burgemeester van Sint-Joost-ten-Node, liet dan weer weten dat ongeveer de helft van de bordeeluitbaters in zijn gemeente de nieuwe belasting op raamprostitutie niet wil betalen. ‘Door een gebrek aan coördinatie en gemeenschappelijk belang neemt geen enkele burgemeester volledig zijn verantwoordelijkheid op', zegt Adriaenssens.

Dat vindt ook Bianca Debaets (CD&V), Brussels staatssecretaris voor Gelijke Kansen. ‘Aan dezelfde tafel zitten en samen nadenken, gebeurt niet.’