Direct naar artikelinhoud
Voetbal

Piet Keizer (1943-2017): De liefde voor het spel met de bal leek onbegrensd

Piet Keizer (1943-2017): De liefde voor het spel met de bal leek onbegrensd

Nadat Piet Keizer in de herfst van 1974 na een conflict met trainer Hans Kraaij plotseling was gestopt als voetballer bij Ajax, richtte hij zich vervolgens op diverse andere facetten van het voetbal. Met oud-journalist Maarten de Vos en Johan Cruijffs schoonvader Cor Coster runde hij Inter Football, een commerciële organisatie die zich bezig hield met de handel in voetballers.

Later dook hij op als snedige analyticus in de voetbalmedia. In die hoedanigheid nam hij een tijdlang wekelijks plaats op een perstribune, ergens in een Nederlands stadion. Piet Keizer werd zodoende ineens een collega. Het was een collega, naast wie ik altijd heel graag zat. Piet was gezellig, ontzettend aardig en pratend met hem stak ik honderd keer meer op van het voetbal dan van welke voetbaltrainer ook.

Piet zag het voetbal totaal anders dan de voetbaljournalist. Hij zag het spel trouwens ook anders dan voetbaltrainers, die hij na de wedstrijd nog wel eens een beetje meewarig wilde aankijken. Zijn kennis van en zijn liefde voor het spel met de bal leken me vrijwel onbegrensd. In dat opzicht was het alleszins begrijpelijk dat hij het zo goed kon vinden met de vier jaar jongere Johan Cruijff, wiens mentor hij aanvankelijk was bij Ajax. Ook Cruijff was in eerste instantie een voetballiefhebber.

Michels

De vrijdag aan de gevolgen van longkanker overleden Piet Keizer was een gevoelig mens. Hij hield niet van dikdoenerij en al helemaal niet van bazige mensen. Het was dan ook geen wonder dat hij en Ajax-trainer Rinus Michels botsten. Waar Johan Cruijff zich neerlegde bij het autoritaire gedoe van Michels - en er hooguit een keer de draak mee stak, maar liever toch niet rechtstreeks in het gezicht van 'De Generaal' - daar stoorde Keizer zich enorm aan het in zijn ogen onmenselijke gedrag van Michels.

Voor Michels waren voetballers nummers, voor Keizer waren en bleven voetballers mensen. Het is onvoorstelbaar maar waar: in de laatste jaren van hun samenwerking bij Ajax weigerden Michels en Keizer met elkaar te communiceren. Ze spraken domweg niet meer met elkaar. Als Piet eens wat zei over zijn weerbarstige trainer, dan was het hooguit op een badinerende toon. Zoals bijvoorbeeld rond een Europa Cup-wedstrijd tegen Arsenal. Michels had het zich gepermitteerd te zeggen dat hij het van angst bijna in zijn broek deed wanneer Keizer meeverdedigde (of juist niet). De reactie van Piet: 'Dan moet de trainer voortaan maar een luier omdoen.'

Dan moet de trainer voortaan maar een luier omdoen
Piet Keizer

Rotstreek

Gek genoeg selecteerde Michels de superieure linksbuiten aan het eind van zijn loopbaan wel voor de Oranje-selectie op het zo glorieuze WK van 1974. Daar had Keizer totaal niet op gerekend. Hij waardeerde het zeer dat Michels die stap zette. Dat hij alleen tegen Zweden werd opgesteld en Rob Rensenbrink in alle andere basisteams de voorkeur kreeg, vond Piet begrijpelijk.

Wel vond hij het weer een rotstreek van Michels dat in de rust van de finale tegen de Duitsers niet hij, maar plotseling René van de Kerkhof als vervanger van de geblesseerd aan de wedstrijd begonnen Rensenbrink werd aangewezen. Was dit dan toch een laatste revanche van Michels, die het Keizer nooit vergaf hoe hij aan het eind van het seizoen 1970-'71 in de Oesterbar aan het Leidseplein reageerde op het door Michels toen zelf bekend gemaakte nieuws dat hij Ajax voor Barcelona ging verruilen? 'Dit is het beste nieuws van het hele seizoen', riep Piet balorig uit, waarna hij op een tafeltje ging staan en tot afgrijzen van Michels een vreugdedansje opvoerde. De spelers die er bij waren vonden het een genante vertoning, maar inwendig moesten ze er ook erg om lachen.

Waarna hij op een tafeltje ging staan en tot afgrijzen van Michels een vreugdedansje opvoerde

Zijden draadje

Piet Keizer was een fantastische linksbuiten, die in het begin bij Ajax en ook bij Oranje overigens ook nog wel als linksbinnen speelde. Bij Ajax was dan de op jonge leeftijd aan kanker overleden Peet Petersen de linksbuiten en bij het Nederlands Elftal Coen Moulijn.

Opvallend was dat insiders Keizer al tijdens zijn periode bij de junioren een grote toekomst voorspelden. Hij was net 17 jaar toen Ajax' Engelse trainer Vic Buckingham zich liet ontvallen: 'Ik heb deze jongen als voetballer eigenlijk al niets meer te leren.'  

De loopbaan van Piet hing al vroeg aan een zijden draadje. Op 25 maart 1964 sidderde het publiek in het Olympisch Stadion tijdens de bekerwedstrijd DWS-Ajax bij een botsing in de lucht tussen Piet en DWS-verdediger André Pijlman. De hoofden van de twee klapten tegen elkaar.

De klap was hoorbaar tot hoog in de tribunes. Piet werd misselijk, maar werd vanaf de bank gedwongen door te spelen. Eenmaal weer thuis in de Majubastraat bleef de hoofdpijn toenemen. Hij zat op dat moment in militaire dienst en het was pas enkele dagen later dat in het militaire hospitaal een schedelbreuk werd vastgesteld. Een bloedprop tussen schedel en hersenvlies was zo gevaarlijk dat meteen tot een operatie werd besloten. Vijf weken duurde het herstel, maar hoewel aanvankelijk de goedkeuring voor het spelen van betaald voetbal achterwege bleef, werd hiertoe later toch het licht op groen gezet.

Opvallend was dat insiders in Keizer al tijdens zijn periode bij de junioren een grote toekomst voorspelden

Cruijf

Dit ongeluk deed Piet Keizer inzien dat je in de toen nog vrij feodale wereld van het beroepsvoetbal vooral goed voor je eigen zaakjes moest zorgen. De clubleiding deed dat namelijk niet. Samen met Johan Cruijff ging hij zich in de loop der jaren steeds zakelijker opstellen tegenover Ajax, de enige club die hij tussen 1960 en 1974 als profvoetballer diende. Keizer en Cruijff waren aanvankelijk maatjes, maar de verhouding tussen die twee bekoelde nadat de spelers in de zomer van 1973 Cruijff tijdens het trainingskamp in De Lutte wegstemden als aanvoerder en de als 'vaderlijk' ervaren Keizer de band gaven: 9 stemmen voor Piet Keizer, 5 stemmen voor Johan Cruijff, 2 stemmen voor Ruud Krol.  

Cruijff heeft die afzetting ervaren als een zware belediging. Op dat moment wist hij zeker dat hij Ajax wilde verlaten. Enkele weken later ging hij naar Barcelona.   Later herstelde de band tussen Piet Keizer en Johan Cruijff weer, maar dat Piet een principieel mens was, bleek enkele jaren geleden voor de laatste keer. Als adviseur was hij verbonden aan Ajax. Eerst had hij sympathie voor de 'fluwelen revolutie' van Cruijff bij Ajax.

Toen Piet inzag dat het helemaal niet om een fluwelen revolutie ging, maar dat willens en wetens ook allerlei mensen binnen de Ajax-familie werden beschadigd, distantieerde hij zich van het spektakel dat mede door De Telegraaf werd geregisseerd. Keizer, die als voetballer geruime tijd een zeer lezenswaardige column schreef voor Het Parool, had als jonge speler al niet zo veel op met De Telegraaf. Zo vond hij de chef-voetbal van die krant - Jan Blankers, de echtgenoot van Fanny - een zo vervelende man, dat hij weigerde met hem te communiceren. Het bestuur van Ajax vond dat niet prettig, maar dat maakte Piet verder niets uit.

Hij koos altijd zelf zijn vrienden uit.

Op dat moment wist Cruijf zeker dat hij Ajax wilde verlaten