Direct naar artikelinhoud

Chinese voetbalbond: 'Minder buitenlandse spelers op het veld'

De Braziliaanse international Oscar arriveert op de luchthaven van Sjanghai, nadat hij voor een bedrag van ruim 60 miljoen euro van Chelsea naar de plaatselijke club is overgestapt.

Als in maart het nieuwe voetbalseizoen begint in China, mogen voetbalclubs het veld nog maar met drie buitenlandse spelers betreden. Dat waren er eerst vier, maar de afgelopen weken hebben de kapitaalkrachtige clubs zó met miljoenen gesmeten om internationale sterren naar de Chinese Super League te halen, dat de nationale voetbalbond nu ingrijpt.

De koopwoede, zo zegt de bond, houdt namelijk de ontwikkeling van eigen talent tegen en daarmee ook de doelstelling een grootmacht te worden in het mondiale voetbal. Naast het inperken van het aantal buitenlanders op de grasmat, zei de Chinese voetbalbond zondag dat er strengere regels komen tegen de torenhoge en 'irrationele' uitgaven: clubs krijgen financieel toezicht van een onafhankelijke partij en de enorme sommen aan tekengeld voor spelers worden aangepakt.

Het besluit van de Chinese voetbalbond klinkt logisch en realistisch, want met vooral peperdure niet-Chinezen in de competitie wordt het nationale elftal natuurlijk niet beter. De beteugeling lijkt vooral te zijn ingegeven door de regering van president en voetbalfanaat Xi Jinping, die droomt van Chinese Messi's en Ronaldo's en naar wordt aangenomen nogal wat invloed heeft bij de bond.

Het aantrekken van wereldsterren is (of was) een belangrijk onderdeel van zijn wens om van China een gerespecteerde voetbalnatie te maken. Carlos Tevez, Oscar, John Obi Mikel, Ezequiel Lavezzi, Axel Witsel, Hulk, Graziano Pellè, die voor tientallen miljoenen overkwamen van Europese en Zuid-Amerikaanse topclubs, moeten de nieuwe boegbeelden worden en ervoor zorgen dat voetbal een populaire sport wordt in China.

40 miljoen per jaar

Een jaarsalaris van ruim meer dan tien miljoen euro trok hen over de streep om in de onbeduidende Chinese competitie te gaan spelen. Tevez verdient met veertig miljoen euro per jaar zelfs het dubbele van 's werelds beste dribbelaar Lionel Messi bij FC Barcelona. Ook onder anderen Romeo Castelen, Tjaronn Chery en oud-Ajacied Nemanja Gudelj hapten gretig toe bij lucratieve aanbiedingen uit het Aziatische land. Het gaat dus niet per se om uitgerangeerde spelers die in de nadagen van hun carrière nog even willen cashen. In veel gevallen zouden ze qua leeftijd juist op de toppen van hun kunnen moeten zijn.

Maar naast dit peperdure lapmiddel, probeert president Xi ook de basis te verbeteren. De voetballiefhebber hoopt het WK-voetbal van 2026 naar China te halen en niet veel later moet het Chinese elftal kunnen wedijveren met Duitsland, Spanje, Brazilië en Argentinië, of nog beter: wereldkampioen worden. Tegen 2050 moet dat gelukt zijn, verwacht de regering.

Om meer Chinezen aan het voetballen te krijgen - nu staan er slechts honderdduizend voetballers geregistreerd bij de Chinese bond - stampte het land vorig jaar 20.000 voetbalscholen uit de grond. Volgens plan zijn het er 50.000 in 2025. Ook worden tal van buitenlandse trainers ingevlogen om de talenten klaar te stomen voor de top.

Veel grote bedrijven proberen een bijdrage te leveren aan de opmars van het Chinese voetbal. Zo is kampioen Guangzhou Evergrande voor ruim de helft in handen van de machtige vastgoedontwikkelaar Evergrande Group. En webwinkel Alibaba, van de puisant rijke oprichter Jack Ma, bezit bijna 40 procent van de club.

Tevez verdient in China met veertig miljoen euro per jaar zelfs het dubbele van 's werelds beste dribbelaar Lionel Messi bij FC Barcelona

Koopwoede

De bedrijven achter de clubs in de twee hoogste divisies zijn zo ambitieus geweest in het aantrekken van toppers, dat dit ook de voetbalbond te gortig is. Het gaat te hard en de transferbedragen lopen uit de hand. Shanghai SIPG legde bijvoorbeeld met gemak 61 miljoen euro voor de Braziliaan Oscar van de Engelse topclub Chelsea neer. Bij elkaar gaven de Chinese clubs uit de hoogste divisie deze winterse transferperiode bijna 300 miljoen euro aan nieuwe spelers uit.

Vanaf dit seizoen mogen dus nog maar drie buitenlandse spelers op het veld staan en moet ieder team minstens één Chinese speler jonger dan 23 jaar laten aantreden. Volgens de Chinese bond zorgen de maatregelen voor een betere ontwikkeling van Chinese spelers en helpen ze het niveau van het nationale elftal te verhogen. Wat ook meespeelt, is dat er bezorgde geluiden in het land opgaan, dat het geld China op deze manier wel heel makkelijk en openbaar verlaat.

Buiten China kan de koopwoede van de Super League-clubs ook op veel kritiek rekenen. Veel trainers waarschuwen - Mauricio Pochettino van het Engelse Tottenham Hotspur bijvoorbeeld dit weekend nog - dat Chinese clubs de mondiale spelersmarkt kapot hebben gemaakt door zulke hoge bedragen te betalen.