De Kesel na moord op priester: "We moeten elkaar de hand blijven reiken"
De moord op een priester in Saint-Etienne-du-Rouvray, een voorstad van Rouen, heeft heel wat mensen geschokt. Ook de Belgische aartsbisschop Jozef De Kesel reageert in 'de Ochtend' op Radio 1 met afschuw. "Wat kan je doen tegen zo'n arbitrair en onvoorspelbaar geweld? Je kunt niet alle kerken sluiten."
Dat nu ook een priester vermoord wordt door IS-aanhangers, had De Kesel niet zien aankomen. "Ik had nooit gedacht dat de katholieke kerk een doelwit van IS zou kunnen zijn, maar achteraf bekeken is het niet zo eigenaardig. Alles wordt een doelwit. In het Midden-Oosten zijn christenen al zo lang doelwitten."
De Kesel vraagt zich af wat de bedoeling is van het aanhoudende geweld. “Wil men echt onze samenleving zo destabiliseren? Zo'n chaos en angst creëren? Ik moet eerlijk zeggen dat ik niet goed kan inschatten wat de toekomst zal brengen. Ik durf niet aan een bepaald scenario denken.”
'Wil men echt onze samenleving zo destabiliseren? Zo'n chaos en angst creëren?'
Hij denkt niet dat er nu extra maatregelen moeten komen om kerken te beschermen tegen terreurdaden. "We zullen moeten nagaan of we iets kunnen doen, maar als het geweld zo onvoorspelbaar, zo arbitrair is: wat kan je daar dan tegen doen? Je kunt niet alle kerken sluiten. Ik denk dat het geweld van dien aard is dat het heel moeilijk is om te vermijden dat het nog gebeurt."
Geen wig laten drijven
Nu IS ook een priester in zijn kerk vermoord heeft, doet velen vrezen dat er een wig gedreven wordt tussen moslims en christenen. Dat wil De Kesel absoluut vermijden. "Ik weet niet of dergelijke gewelddaden de islam en de christenen uit elkaar drijft. Als dat de bedoeling is, moeten we ons daar zeker tegen verzetten. We moeten elkaar zoeken en elkaar de hand reiken." Volgens De Kesel brengt de gemeenschappelijke afkeer van het geweld van IS mensen net bij elkaar.
Dat samenleven de enige optie is, is ook dé boodschap op de Wereldjongerendagen in Krakau, waar De Kesel momenteel aanwezig is. "De boodschap die wij hier voortdurend brengen is dat de enige toekomst is dat we samenleven in broederlijkheid, met respect voor de andere.”