Meest mysterieuze van de winkelkoningen
Hij zou de laatste van de grote vier na-oorlogse winkelkoningen kunnen worden genoemd. Godfried Brenninkmeijer overleed op 17 juli in het Zwitserse Ascona aan de Lago Maggiore dat bekend is vanwege het zeer milde klimaat. Eerder overleden al Anton Dreesmann (2000), Albert Heijn (2011) en Jaap Blokker (2011).
Hij was ook de meest mysterieuze van het kwartet. Godfried Brenninkmeyer gaf nooit interviews en trad zich nooit in de openbaarheid. Cijfers over de gang van zaken verstrekte C&A niet. Zelfs voor zijn eigen inspraakorganen hield hij zich verscholen. 'Stel u voor dat ik met die mensen aan één tafel moet zitten'', liet Godfried Brenninkmeijer zich in de jaren zeventig ontvallen toen de wet op de ondernemingraden werd versterkt en hij met mensen van de vakbond dreigde te moeten gaan overleggen.
Ook zijn dood is met geheimzinnigheid omgeven: twee overlijdensadverenties van de familie in De Telegraaf en De Frankfurter Allgemeine Zeitung waarin wordt volstaan met de mededeling dat hij inmiddels is bijgezet en dat eventuele correspondentie kan worden gezonden naar een postbusnummer in Zug (Zwitserland). In dit oord voor mensen die hun vermogen strikt privé willen houden, is Cofra Holding gevestigd, de houdstermaatschappij van alle C&A-dochters. De aandelen kunnen niet worden geërfd. Alleen familieleden die in het bedrijf werken - nu 68 onder wie één vrouw - kunnen aandelen in Cofra houden. De directie van C&A wil over Godfried Brenninkmeijer niet meer kwijt dat 'dat hij met grote vakkundigheid en toewijding leiding heeft gegeven aan C&A Nederland'. 'Zijn persoonlijk en zakelijk inzicht zullen een voorbeeld zijn.'
'Mein Feld ist die Welt'
Godfried Franz Brenninkmeijer werd 26 juni 1933 geboren in Berlijn. Zijn overgrootvader August Brenninkmeijer behoorde tot een zogenoemde familie van textielteuten (rondreizende marskramers) die uit Mettingen in Westfalen door het noorden van Nederland reisden. In 1841 besloot hij samen met zijn broer Clemens een opslagplek in het Friese Sneek te openen, zodat ze niet met een korf vol linnen helemaal uit Mettingen hoefden te lopen. Twintig jaar later werd dit een confectiewinkel. Onder het motto "Mein Feld ist die Welt, buten und binnen, wugen und winnen.', volgden vele andere katholieke handelaren uit Westfalen die zich bedreigd voelden door de Pruisische protestanten de gang naar Nederland zoals Dreesmann, Lampe, Peek, Cloppenburg en Kreymborg. Augusts zoon en Godfrieds opa Joseph Brenninkmeijer breidde wat dan C&A heet uit tot een keten die in 1910 tien confectiewinkels in Nederland telde. Diens zoon Franz Brenninkmeijer besloot in 1911 terug naar Duitsland te gaan om een nieuwe keten op te zetten. Hier werd Godfried Brenninkmeijer geboren - net op het moment dat de Nazi's daar de macht hebben gegrepen. Godfried zou na de oorlog bij het Britse bedrijf van C&A werken. Hier trouwde hij met Els Wijs, met wie hij zes kinderen krijgt. Eind jaren zestig verhuisde hij van de Londense wijk Hampstead naar Naarden en werd na enige tijd verantwoordelijk voor het Nederlandse bedrijf dat onder zijn leiding sterk groeide. Eind jaren tachtig deed Brenninkmeijer nog een poging met onder meer Blokker en Albert Heijn de markt te verdelen, maar dit plan mislukte. Toen Dreesmann met Kien een keten voor goedkope kledingzaken opzette, besloot Godfried Brenninkmeijer de discountketen Marca te beginnen.
In 1988 ging hij met pensioen - pas 55 jaar oud, hetgeen in de familie regel is. Hij trok zich uiteindelijk terug in Zwitserland. De Brenninkmeijers worden met een vermogen van 22 miljard gezien als een van de rijkste families ter wereld. C&A telt nog altijd 1575 filialen in 16 landen met bijna 40 duizend werknemers. Hoe goed het gaat is onduidelijk, hoewel C&A zich inmiddels uit enkele landen (waaronder Groot-Brittannië) heeft teruggetrokken. Via Cofra is het bedrijf ook actief in vastgoedontwikkeling en beheer. Maurice Brenninkmeijer, de huidige hoogste baas van het concern, gaf onlangs voor het eerst een interview met het Duitse blad Die Zeit, waarmee hij schoon schip wilde maken met het oorlogsverleden van de keten.