Direct naar artikelinhoud
Interview

'De Everest is geen Efteling'

'De Everest is geen Efteling'

In vijf dagen zijn drie bergbeklimmers om het leven gekomen op de Mount Everest, onder wie Nederlander Eric Arnold. Zo'n dertig mensen werden ziek. Frits Vrijlandt heeft de gevaren aan den lijve ondervonden.

Op de flanken van de hoogste berg ter wereld overleed de Indiase klimmer Subhash Pal eergisternacht. Tussen kamp drie en vier zette hij zijn laatste stappen. Bij die laatste tussenstop voor het hoogste punt stierf Eric Arnold eerder dat weekend, nadat hij na vier mislukte pogingen eindelijk de top van de Mount Everest had bereikt. Kort na zijn dood kwam ook zijn Australische groepsgenoot Maria Strydom om het leven.

Hoogteziekte werd het drietal fataal. Frits Vrijlandt (48), voorzitter van de internationale bergsportfederatie UIAA en de eerste Nederlander die de top van de Mount Everest via de Noordgraat bereikte in 2000, kent de symptomen. "Je kunt niet meer rationeel nadenken en wilt alleen nog maar wegkruipen in een hoekje om je ellendig te voelen."

Frits Vrijlandt

Is drie doden in vier dagen tijd veel?
"Nee, het is niet opvallend. Ieder jaar overlijden zo'n vijf klimmers op de Mount Everest. Ik heb de lijken onderweg zien liggen, een paar benen en voeten die uit het ijs staken. De teller steekt nu onder dat gemiddelde. En in deze dagen gebeuren veruit de meeste ongelukken, omdat dit de tijd is om door te stoten naar de top."

"Dat is het gevaarlijkste deel van de tocht. Om te wennen aan de hoogte gaan klimmers op hun weg omhoog steeds twee kampen vooruit en eentje terug. Dat gebeurt niet bij kamp vier. Het voorlaatste station bevindt zich namelijk op zo'n achtduizend meter hoogte in de zogenoemde 'zone des doods', waar de zuurstofdruk zo laag is dat klimmers daar zo spoedig mogelijk weg moeten zijn.

"Toen ik de Everest beklom, hebben twee van de twaalf expeditieleden de top bereikt. We hebben even gehuild, elkaar omhelsd en rap wat foto's gemaakt. We vertrokken zo snel mogelijk en hebben op de terugweg niet meer gerust op kamp vier."

Bekijk hieronder de klim naar de top van de Mount Everest in een storymap. Om dit op volledig scherm te bekijken, klikt u hier.

Wie extreme hoogteziekte heeft, kan niks meer. Het lichaam stopt met nadenken, is apathisch

Arnold deed dat wel. Hij overleed in zijn slaap in een tent bij kamp vier. Wat is er gebeurd?
"Precies weet ik dat niet, maar misschien voelde hij zich zo belabberd dat hij niet meer door kon lopen, misschien was hij te langzaam. Of allebei. Hij is namelijk in dat hoge kamp blijven zitten, terwijl de andere mensen uit zijn groep al lager waren.

"Arnold had naar beneden gedragen moeten worden, al is dat achterafgepraat. Wie extreme hoogteziekte heeft, kan niks meer. Het lichaam stopt met nadenken, is apathisch. Het enige wat dan helpt, is afdalen. Al het andere stelt het moment van de dood alleen maar uit. Het is een sluwe ziekte. Zo haalde ik, eenmaal op de terugweg, een van de anderen in. Hij was vlak voor de top omgedraaid. Ik wilde bij hem blijven, maar hij verzekerde me dat hij zich goed voelde en dat ik door moest gaan. 's Avonds, bekaf in mijn tentje, besefte ik dat hij nog niet was aangekomen, we moesten terug omhoog. Op dat moment kwam hij doodziek binnen, boos dat we niet bij hem waren gebleven. Het gaat snel op de Everest, zelf schat je niet goed in hoe het met je gaat."

Kamp 4

Bij Arnold, en ook uw groepsgenoot, ging het mis op de terugtocht. Is afdalen moeilijker dan omhoog klauteren?
"Jazeker, want je bent afgepeigerd en er is glijgevaar. Al is het de laatste jaren minder gevaarlijk geworden. Commerciële aanbieders hebben touwen aangelegd, waardoor dalen veiliger is. De schaduwkant daarvan is dat ook minder ervaren mensen de expeditie ondernemen. Voor dertig- tot vijftigduizend dollar beklimmen zij de berg, ondersteund door sherpa's die de tent opzetten, thee maken en besluiten nemen.

"Door die ontwikkeling en het feit dat de Everest de afgelopen twee jaar dicht was, is het druk op de berg. Meer dan vierhonderd mensen hebben de afgelopen dagen de top bereikt, klimmers moeten wachten op anderen en lopen achter elkaar aan.

"Maar de Everest is geen Efteling. Het blijft gevaarlijk. De omstandigheden zijn extreem, klimmers moeten goed naar hun lichaam luisteren. Daar is ervaring voor nodig. Want al dat geld dat in de klim is gestopt, staat op het spel. Wie sponsors heeft, voelt ook druk van hen. En commerciële partijen hebben er baat bij dat er zoveel mogelijk mensen omhooggaan.

"Ik pleit ervoor dat mensen die ervaring hebben met het beklimmen van zesduizend meter hoge bergen de Everest mogen proberen te trotseren. Niet degenen die het zomaar op hun bucketlist hebben staan."

Commerciële partijen hebben er baat bij dat er zoveel mogelijk mensen omhooggaan

Heeft u weleens een klim voortijdig moeten afbreken?
"Een van mijn groepsgenoten moest een paar honderd meter voor de top van de Everest omdraaien. Hij voelde zich niet goed. En ikzelf ook, tijdens de beklimming van een andere berg. Dat frustreert, maar het heeft onze levens gered. Een klimmer moet de ballen hebben om die knoop door te hakken. Doorklimmen is zelfmoord.

"Tijdens een beklimming in Pakistan heb ik iemand moeten redden. Een Fransman had hoogteziekte, maar was doorgegaan en bewusteloos geraakt. Van zevenduizend meter heb ik hem met zes anderen tweeduizend meter naar beneden gedragen. Loodzwaar, zo'n levenloos lichaam gaat alle kanten op. We zijn een dag bezig geweest. Beneden werd hij gelukkig wakker."

"Ik was blij met die redding, maar het irriteerde me dat hij het zover had laten komen. Bij de klim van de Everest was mijn grootste angst dat zoiets me opnieuw zou overkomen. Dan had ik me moreel verplicht gevoeld te helpen. Het verliep voorspoedig, al zijn vlak na mij twee klimmers omgekomen."

Een klimmer moet de ballen hebben om een klim af te breken