Direct naar artikelinhoud

Onheil uit het oerwoud

In Honduras wordt in wijken alles gedaan om de Zika-mug uit te roeien.

Nieuwe infectieziektes als zika zullen blijven opduiken. De verspreiding gaat steeds sneller, doordat mensen in steden leven en veel reizen.

Mexicaanse griep, Sars, het westnijlvirus en ebola. De afgelopen jaren duikt het ene na het andere enge virus op. Nu weer zika. Niemand hoeft te vrezen voor zijn leven, maar zika tijdens de zwangerschap lijkt de kans te vergroten op een kind met te kleine schedel en hersenafwijkingen (microcefalie). Wanneer komt er een eind aan die geniepige virussen uit de tropen?

De mobiele telefoon van Martin Grobusch, hoogleraar tropische geneeskunde van het AMC, blijft onder handbereik. Al zijn we ruim 9000 kilometer verwijderd van de brandhaard van zika, ook Grobusch' onderzoeksgroep is in de ban van het virus. Eind december meldde zich de eerste patiënt bij de kliniek. Ondertussen zijn dat er ruim tien en het aantal stijgt duidelijk. Grobusch moet dus bereikbaar zijn voor dringende vragen van artsen en zijn onderzoekers.

De zikapatiënten in Amsterdam zijn reizigers en toeristen. Ze liepen het virus op door een muggebeet in Zuid- of Midden-Amerika. Een Aedes-mug die eerder een ander zikaslachtoffer beet, bracht het virus in hun bloed. Misschien dat iemand het virus opliep via seks. Daar zijn ondertussen wereldwijd twee voorbeelden van bekend.

Wie ziek is door zika heeft meestal koorts, spier- of gewrichtspijn en huiduitslag. Symptomen die tropenartsen kennen van de meer bekende 'broertjes' van het zikavirus zoals dengue (knokkelkoorts), het westnijlvirus of het chikungunyavirus. Ook al is er geen geneesmiddel, zika is eigenlijk een van de meer gunstige diagnoses wanneer je met koorts uit de tropen terugkomt, mits je niet zwanger bent. Vier op de vijf geïnfecteerden merkt niets van de ziekte. En wie wel koorts krijgt, knapt binnen een of twee weken op, al blijft een enkeling nog maanden last hebben van moeheid.

Maar de mogelijke link met microcefalie is natuurlijk zeer verontrustend voor zwangeren en mensen die graag een kind willen, benadrukt Grobusch. "Terecht dat de Wereldgezondheidsorganisatie mondiaal alarm slaat. We moeten zo snel mogelijk achterhalen of zika inderdaad verantwoordelijk is. En tot die tijd is het verstandig om te handelen alsof dit het geval is." Het definitieve antwoord verwacht Grobusch zeker niet binnen twee tot drie maanden.

In Zuid-Korea zoeken schoonmakers naar manieren om MERS te voorkomen.

Wijdverspreid
Zika mag nieuw heten, het virus is al in 1947 ontdekt. Het werd gevonden in een aap in het Oegandese Zika-bos. Vrij stilletjes verspreidde het virus zich in Azië en Oceanië en bereikte in 2014 Zuid-Amerika. Grobusch: "Virussen zijn soms ongemerkt wijdverspreid. In 2007 verzamelden we bloedmonsters van heel jonge kinderen in Gabon voor malariaonderzoek. Later besloten we het bloed ook op enkele bekende virussen te testen. Veel kinderen bleken al een dengue- of chikungunya-infectie te hebben doorgemaakt."

Maar als het zikavirus al zo lang mensen besmet, is het dan niet vreemd dat microcefalie nog nooit is opgemerkt? Grobusch: "Een uitbraak op deze schaal met miljoenen patiënten tegelijkertijd is echt nieuw. Op kleinere schaal komt de complicatie wellicht niet in de statistieken naar voren. Maar een virus verandert ook continu. Mutaties kunnen het zikavirus ondertussen agressiever hebben gemaakt."

Nederland hoeft zich geen grote zorgen te maken over zika, stelt Grobusch gerust. Het virus zal zich in Noord-Europa niet massaal verspreiden. Hij voorspelde dat eerder ook voor het ebolavirus bij de epidemie in West-Afrika. "Dat is me niet in dank afgenomen. Ik heb er veel verwijtende e-mails over gekregen. Maar het is hier gewoon te koud voor veel tropische virussen."

Voor een zika-epidemie is een geschikte verspreider nodig, een Aedes-mug zoals de tijgermug. Iemand moet het virus bij zich dragen en het zikavirus moet in de mug kunnen overleven. In Noord-Europa ontbreekt allereerst de mug. Maar zelfs als die aanwezig zou zijn en reizigers het virus importeren, dan is een epidemie nog geen voldongen feit. Grobusch: "Kijk naar malaria. Er zijn hier muggen die de ziekte over kunnen brengen. Er zijn reizigers die de ziekte regelmatig meenemen. Maar we zien in Europa slechts heel sporadisch micro-uitbraken." De parasiet gedijt niet goed in ons klimaat en snelle medicatie voorkomt dat muggen massaal geïnfecteerd raken.

Terecht dat de Wereldgezondheidsorganisatie mondiaal alarm slaat
Honduras is in gifwolken gehuld.

Maar Grobusch heeft niet alleen een geruststellende boodschap. Na zika volgt er ongetwijfeld weer een ander virus. Wereldwijd zijn circa vierhonderd virussen bekend die door muggen, vliegen en teken worden overgedragen. "Die kennen we, maar er is nog een veelvoud aan onbekende soorten, wellicht duizenden", gelooft Grobusch. En daarnaast zijn er nog allerlei virussen die niet door muggen maar door bijvoorbeeld een vleermuisbeet of het eten van apenvlees overstappen naar de mens.

Lujovirus
Sommige virussen zien kans zo de wereld te veroveren. Het westnijlvirus bijvoorbeeld belandde in 1999 vanuit de tropen in New York en verspreidde zich daarvandaan in 6 à 7 jaar over heel Noord-Amerika. Er zijn ook virussen die slechts eenmaal opduiken. Een voorbeeld is het lujovirus. Een vrouw in Zambia werd in 2008 ernstig ziek overgebracht naar een gespecialiseerd ziekenhuis in Johannesburg. Vijf mensen waarmee ze contact had, onder wie drie verpleegkundigen, kregen dezelfde symptomen. Slechts één van de zes overleefde. Onderzoek wees later een nieuw type arenavirus, nummer 23, aan als boosdoener. Maar sinds die ene besmetting is het dodelijke lujovirus gelukkig niet meer opgedoken.

Grobusch: "Het lujovirus is goed onderzocht. Maar er zijn ongetwijfeld in de tropen virusuitbraken die niet eens opgemerkt worden. Of waarvan de oorzaak nooit wordt achterhaald. Ik heb zelf in Gabon weleens torenhoge koorts gekregen en een flink opgezwollen milt. Ik ben genezen en binnenstebuiten gekeerd, maar de oorzaak is nooit ontdekt."

In Honduras wordt gewaarschuwd voor de Zika-mug.

'Onze' infectieziekten zoals mazelen of rode hond zijn al veel eerder de wereld overgegaan. Met Columbus trokken ze naar de Nieuwe Wereld waar ze grote aantallen slachtoffers maakten. De hete, vochtige tropen vormen nu het grootste reservoir van onbekende virussen, bacteriën en parasieten. De grote biodiversiteit, de vele diersoorten en muggenpopulaties zorgen daarvoor. Het zikavirus zal dus hoogstwaarschijnlijk niet de laatste ziekteverwekker zijn die zich vanuit Afrika over de wereld verspreidt. Grobusch: "Zolang we bestaan, zullen we gastheer zijn voor ongenode gasten. De mens is simpelweg verre van alleen op deze wereld. En nieuwe ziektes kunnen zich sneller verspreiden. Mensen leven nauwelijks nog geïsoleerd maar in grote steden, en reizen de wereld over voor handel, als toerist of voor familiebezoek."

Snelle reis
Het groeiende verspreidingsgebied van tropische muggen vergemakkelijkt bovendien de snelle reis van nieuwe virussen. De Aedes-muggen die dengue, chikungunya, het westnijlvirus en nu ook het zikavirus overbrengen, zijn de afgelopen decennia vanuit Afrika en Azië naar Zuid- en Midden-Amerika getrokken en ook in Zuid-Europa beland. Dat betekent dat een terugkerende tropenreiziger een grotere kans heeft bij thuiskomst in de VS of Zuid-Europa gestoken te worden door de 'juiste' mug. Een mug waarin het tropische virus goed gedijt. En dan lopen familieleden en buren ook risico.

We zullen moeten leren leven met telkens nieuwe epidemieën, zegt Grobusch. Dat klinkt wat fatalistisch, maar zo bedoelt hij het zeker niet. Juist mensen zijn slim genoeg om de consequenties te beperken. Door goed opletten, wereldwijde coördinatie, rampenplannen, snel handelen en een goede gezondheidszorg. Grobusch: "De zika-uitbraak is relatief vroeg herkend. Dat is geen garantie dat we verspreiding kunnen voorkomen. Maar snelle kennis maakt ook snel de effectiefste tegenmaatregelen mogelijk."

Je beschermen tegen zika kan door het dragen van beschermende kleding en het insmeren met antimuggenmiddelen. Maar dat wil je niet een leven lang doen. Muggenbestrijding is dus zeker een goed idee. Al is honderd procent uitroeien een illusie, denkt Grobusch. Een vaccin is daarom nodig, maar de ontwikkeling daarvan zal ook met grote investeringen nog jaren duren.

"Bij ebola lag er al wat op de plank. Bij zika moeten vaccinproducenten van scratch af beginnen." Moeten we dan niet proactiever zijn? Op zoek gaan naar die verscholen potentiële moordvirussen in het regenwoud? En nu al allerlei vaccins ontwikkelen? Grobusch zet grote ogen op. "Daar is echt geen beginnen aan. Je weet helemaal niet waar je naar op zoek bent."

Het is onmogelijk te voorspellen wanneer of waar het volgende virus toeslaat, hoe snel en dodelijk het is. Grobusch: "De natuur staat garant voor verrassingen. Ebola kenden we, maar het dook op een onverwachte plek op, en op een ongekende schaal. Infectieziekten horen bij het leven. Het is naief te denken dat we totaal voorbereid kunnen zijn."

De zika-uitbraak is relatief vroeg herkend. Maar snelle kennis maakt ook snel de effectiefste tegenmaatregelen mogelijk

Recente infectieziekten en virussen
Aids (hiv-virus) Sinds 1980 wereldwijd verspreid, officiële pandemie; bron: waarschijnlijk een aap in West-Afrika; besmetting: mens-op-mens via seks en bloed; meer dan 25 miljoen doden wereldwijd.

Westnijlvirus (een flavi-virus) Sinds 1996 diverse uitbraken/verspreiding in Roemenië, Noord-Amerika, Midden-Oosten, Canada en Europa; bron: vermoedelijk vogels Oost-Afrika; besmetting: muggebeet; circa 1800 doden in VS.

Sars (een coronavirus) 2002-2003 uitbraak in Azië; bron: onbekend dier; besmetting: mens-op-mens via hoest/niesdruppels; 775 doden.

Dengue ('knokkelkoorts', een flavivirus) Sinds 2004 verschillende uitbraken in Azië, Australië, Bolivia; bron: onduidelijk; besmetting: muggebeet; circa 25.000 doden wereldwijd (jaarlijks).

Mexicaanse griep (een influenzavirus) 2009-2010 wereldwijde epidemie, officiële pandemie; bron: vermoedelijk nieuwe combinatie van drietal influenzavirussen; besmetting: mens-op-mens via hoest/niesdruppels; meer dan14.000 doden.

Mers (een coronavirus) Sinds 2012 voornamelijk gevallen in Midden-Oosten, ook uitbraken in Zuid-Korea en Thailand; bron: dromedarissen; besmetting: mens-op-mens via hoest/niesdruppels; ca. 600 doden.

Ebola (ebolavirus) 2013-2016 uitbraak in West-Afrika; bron: waarschijnlijk vleermuizen; besmetting: mens-op-mens via lichaamsvloeistoffen; ca. 11.300 doden.

Chikungunya (een flavivirus) 2013-2014 uitbraak in Noord- en Zuid-Amerika; bron: vermoedelijk primaten in Centraal-Afrika; besmetting: muggebeet; 183 doden.

Zika (een flavivirus) 2014-heden, uitbraak/verspreiding in Zuid- en Noord-Amerika; bron: vermoedelijk primaten in Oeganda; besmetting: muggebeet.