Inbreng geestelijk verzorger hoort thuis in behandelplan
Utrecht
Artsen en geestelijk verzorgers moeten meer samenwerken in de zorg rond het levenseinde.
Dat vindt Saskia Teunissen, hoogleraar hospicezorg en voorzitter van het expertisecentrum palliatieve zorg aan het UMC Utrecht.
Geestelijk verzorgers kunnen meer bijdragen aan de zorg, als ze de resultaten van hun gesprekken standaard registreren en delen met andere zorgverleners, meent Teunissen. In tegenstelling tot artsen en psychiaters geldt voor hen nog vaak een ‘vrijplaats’. ‘Zij kunnen daardoor volstaan met de melding dat ze gebeden of gezongen hebben met de patiënt. Maar een geestelijk verzorger spreekt over wezenlijke vragen en kan met die informatie andere zorgverleners helpen.’
Volgens Teunissen komt er terecht steeds meer aandacht voor spiritualiteit als ‘vierde dimensie’ in de zorg. Maar het primaat in de samenwerking ligt nu meestal bij de medici. ‘De arts vraagt om de mening van de geestelijk verzorger en die mag dan iets zeggen over existentiële problematiek. Het zou winst zijn als we meer interdisciplinair gaan werken. Een geestelijk verzorger herkent soms dat bepaalde pijn hoort bij een grote levensvraag. Daarover zou hij of zij dan contact kunnen opnemen met de arts.’
Binnen haar leerstoel hospicezorg ontwikkelde Teunissen samen met de vereniging van geestelijk verzorgers VGVZ en de Universiteit voor Humanistiek meetschalen voor de spirituele dimensie van de zorg. Aan patiënten in hospices die aan het onderzoek meedoen, worden vragen voorgelegd op het gebied van spiritualiteit. Bijvoorbeeld of ze anderen kunnen loslaten en of de gedachte aan het einde hun rust geeft. ‘Door die vragenlijst op diverse momenten te laten invullen, krijgen we inzicht in het effect van geestelijke verzorging’, zegt Teunissen. ‘Op die manier kun je ook aan zorgverzekeraars duidelijk maken dat geestelijke verzorging het waard is om te worden gefinancierd. Lang niet alle hospices hebben nu een eigen geestelijk verzorger in dienst. Ik ben daar wel voorstander van.’
zie ook pagina 16