De regeringspartijen VVD en PvdA staan opnieuw lijnrecht tegenover elkaar wat betreft hun visie op de arbeidsmarkt. Ditmaal heeft de VVD geërgerd gereageerd op het voorstel van PvdA-vicefractievoorzitter Martijn van Dam om een vierdaagse werkweek in te voeren.
Dat bleek woensdag bij een debat in de Tweede Kamer. VVD-Kamerlid Anne Mulder vond dat de PvdA de vaste baan nog onaantrekkelijker maakt voor werkgevers met het pleidooi van de werkweek van 36 uur, oftewel vier dagen van negen uur, in de cao’s. Volgens de VVD zijn cao’s nu al te duur, dichtgetimmerd en vuistdik en maakt dat werkgevers daardoor huiverig nog personeel in vaste dienst te nemen. ‘Vindt de PvdA het gek dat nu al meer dan de helft van alle nieuwe banen die erbij komen, flexibel is’, aldus Mulder.
Ratrace
Volgens de PvdA moet de vierdaagse werkweek juist de nieuwe norm worden, zodat het voor werknemers gemakkelijker wordt arbeid en zorg voor zieke ouders of jonge kinderen te combineren. Ook hebben mensen dan weer meer tijd voor hun sociale leven. ‘Bijna niemand wil alleen maar werken en verder nergens tijd voor hebben. Die ratrace waar je maar niet uitkomt. Daarom moet vier dagen werken normaal worden, zodat je een dag overhoudt voor andere belangrijke zaken’, aldus Van Dam afgelopen weekend in het AD.
Volgens hem brengt de kortere werkweek wel extra kosten met zich mee voor bedrijven, maar kan de overheid hier bijspringen. Die kan er met belastingmaatregelen voor zorgen dat werknemers netto meer overhouden en dat werkgevers voor minder kosten opdraaien. Minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken noemde het voorstel woensdag een ‘interessant pleidooi’, wat volgens hem ook niet vreemd is aangezien hij ‘tot dezelfde familie behoort als Martijn van Dam’. Asscher benadrukt dat het in het voorstel gaat om ‘keuzevrijheid’, zodat werknemers niet per se een kortere werkweek hoeven draaien. De PvdA-fractie wil het plan gerealiseerd krijgen met de hulp van gelijkgestemde partijen als GroenLinks.
Voorlichtingscampagne
Eerder kwamen VVD en PvdA ook al hard in botsing over het beleid ten aanzien van zelfstandigen zonder personeel (zzp'ers). Na een halfjaar onderhandelen kwamen zij afgelopen vrijdag tot de conclusie dat zij op korte termijn geen concrete maatregelen over de snelgroeiende groep van één miljoen zzp'ers gaan nemen. Het kabinet komt louter met wat kleine acties, zoals een voorlichtingscampagne om zzp'ers op het hart te drukken zich te verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid, ook al is dit duur.
Echte oplossingen worden doorgeschoven naar een volgende kabinetsperiode, want ‘oplossingsrichtingen vergen een brede politieke en maatschappelijke discussie’, aldus Rutte 2. Asscher constateerde woensdag dat een breed draagvlak in de Kamer over mogelijke oplossingen ontbreekt.
Nieuwe heffingskorting
De PvdA-fractie in de Tweede Kamer is teleurgesteld dat het kabinet niet wat meer doet, zo zei Kamerlid Roos Vermeij woensdag. Als de groei van het aantal zelfstandigen in het huidige tempo doorzet, dan zijn de fiscale aftrekposten voor zzp’ers onhoudbaar’, zo stelden Vermeijs collega’s Ed Groot en Mei Li Vos eerder in de Volkskrant. Dan komt er straks te weinig belasting bij de overheid binnen om alle sociale voorzieningen in stand te houden. Groot en Vos pleitten voor een nieuwe heffingskorting voor gewone werknemers, zodat die goedkoper en dus aantrekkelijker worden voor werkgevers in vergelijking met de zzp’ers. Al eerder zei Vermeij zelf voorstander te zijn van een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers.
De VVD wil daarvan niets weten. Oppositiepartij D66 noemt het echter een gemiste kans dat het kabinet niet probeert goedkopere collectieve verzekeringen voor zzp’ers te regelen en het CDA kijkt bezorgd naar de groei van het aantal zzp’ers. Die partij vindt ook dat het kabinet zich er wel erg makkelijk vanaf maakt.