Opnieuw toename aantal meldingen van euthanasie
Het aantal meldingen van euthanasie is in 2014 met 10 procent gestegen ten opzichte van een jaar eerder.
Dat blijkt uit het jaarverslag van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE’s) dat minister Edith Schippers (Volksgezondheid) woensdag naar de Tweede Kamer stuurde. Bij de toetsingscommissies kwamen vorig jaar 5306 euthanasiemeldingen binnen. De stijgende trend van de afgelopen jaren zet zich daarmee voort: in 2013 waren er 4829 euthanasiemeldingen, terwijl het er in 2009 nog 2636 waren.
In verreweg de meeste gevallen (3888) ging het ook in 2014 om patiënten met kanker, gevolgd door patiënten met een aandoening van het zenuwstelsel (317 gevallen). Hoewel in de media en het publieke debat veel aandacht is voor euthanasie in de psychiatrie, steeg het aantal meldingen daarvan niet. In 41 gevallen was een psychiatrische aandoening de achtergrond; in 2013 waren dat er 42. De kans is wel reëel dat dit cijfer in 2015 weer gaat stijgen. In juli meldde de Levenseindekliniek dat ze in het eerste halfjaar van 2015 al meer euthanasie aan psychiatrische patiënten had gegeven dan in heel 2014. Bovendien gaf de kliniek aan dat ze te maken heeft met een behoorlijke wachtlijst van psychiatrische patiënten.
De euthanasiemeldingen van patiënten met dementie daalden van 97 in 2013 naar 81 in 2014. Daar bovenop waren er nog wel twaalf meldingen waar dementie een rol speelde naast een andere aandoening, bijvoorbeeld kanker of de ziekte van Parkinson.
In vier gevallen vond de toetsingscommissie dat niet voldaan was aan de wettelijke zorgvuldigheidseisen. Bij drie daarvan was de Levenseindekliniek betrokken. Een casus betrof een vrouw tussen de 80 en 90 jaar die leed aan depressies. De commissie oordeelde dat de arts hier meer tijd had moeten nemen voor gesprekken en een onafhankelijke psychiater had moeten raadplegen. De twee andere onzorgvuldige gevallen door een arts van de Levenseindekliniek, betroffen een vrouw met ernstig oorsuizen en een vrouw die met afasie in een verpleeghuis was opgenomen. Een vierde oordeel ‘onzorgvuldig’ had te maken met het feit dat de arts geen reserveset euthanatica (middelen waarmee euthanasie wordt toegediend) had meegenomen.
De toetsingscommissies hebben die vier ‘onzorgvuldige’ gevallen voorgelegd aan het Openbaar Ministerie (OM) en de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Alleen over de arts die een reserveset middelen vergat, hebben zij inmiddels geoordeeld, volgens het jaarverslag. Zowel het OM als de IGZ acht de kans op herhaling klein en legde geen sanctie op.
zie ook pagina 10