In de ochtend van 20 januari werden de hulpdiensten naar een woning op de Kleine Tegelrij in Nieuwerkerken gestuurd. Op de binnenkoer van het huis lag een vrouw met bebloed hoofd in een kruiwagen. De vrouw bleek al overleden. Ze was met stomp geweld om het leven gebracht.

Binnen in huis vond de politie haar zoon Kenny, die gekleed in een t-shirt, onderbroek en sokken rondliep. De man was bij de politie gekend als hardnekkig druggebruiker. Hij woonde bij zijn moeder in en vroeg haar geregeld geld om zijn drugsverslaving te bekostigen. Blijkbaar schuwde de twintiger geen geweld in zijn drang naar geld en drugs. Zijn moeder vluchtte geregeld naar buren. Die ochtend werd het de vrouw fataal.

Kenny C. werd indertijd aangehouden, maar al snel bleek dat de man zich niets meer kon herinneren van de feiten. Intussen is hij door een gerechtspsychiater onderzocht en die concludeerde dat de man ontoerekeningsvatbaar is. Kenny C. zou met waanbeelden kampen. Zijn halfbroer verzet zich niet tegen een internering, omdat de man meent dat Kenny in een therapeutische instelling de nodige zorgen moet krijgen.