Op vandaag komen er ongeveer 13.000 meldingen van sociale fraude binnen per jaar. Nu komen die langs allerlei kanalen binnen bij de verschillende inspectiediensten, maar ook op het kabinet, en tot in de persoonlijke brievenbus van de staatssecretaris. Daardoor zijn de meldingen moeilijker te volgen en weten we niet altijd of ze wel op de juiste plaats terechtkomen, zegt Tommelein.

De staatssecretaris is er zich van bewust dat het meldpunt gevoelig ligt. Wel merkt hij op dat de administratie zelf ook vragende partij was voor het meldpunt. Door de verschillende velden die men moet invullen, zullen meldingen voortaan veel vollediger zijn en kunnen de verschillende inspectiediensten efficiënter samenwerken, legt Tommelein uit.

Georganiseerde fraude

Hij benadrukt ook dat het niet de bedoeling is 'mensen aan te sporen hun buurman of hun ex te verklikken die een paar uur in het zwart bijklust'. De prioriteit van de inspectiediensten blijft het aanpakken van sociale dumping en georganiseerde sociale fraude. 'Door de informatie op het terrein te koppelen aan de informatie die we hebben via datamining en datamatching, zullen de sociale inspectiediensten nog doortastender kunnen optreden. Zo voeren we de strijd tegen oneerlijke concurrentie op', luidt het.

Voor de Vlaamse liberaal is er nood aan een mentaliteitswijziging. 'In België bestaan er meldpunten voor dierenmishandeling, voor gezinsgeweld, voor economische misdrijven, enzovoort. Maar als we ervoor zorgen dat het melden van sociale fraude voortaan ook gestructureerd kan gebeuren, steigeren opeens heel wat mensen. Nochtans is sociale fraude een misdrijf. Het bedreigt onze sociale zekerheid en zet onze solidariteit op de helling', besluit Tommelein.