Landgoed als huis van ontmoeting
‘We willen de locatie met haar prachtige ligging en faciliteiten graag beschikbaar stellen vanuit een christelijke identiteit.’
Voorthuizen
Landgoed De Pauwenhof, diep verscholen in de bossen bij Voorthuizen, geeft zijn geheimen niet zomaar prijs. De oude kronkelende oprijlaan, door een typisch Veluws bos met hoge rechte stammen, biedt nu geen doorgang. Er zijn bosbouwers aan het werk. De nieuwe oprijlaan is nog niet af, dus wordt het een derde weg, via zand- en grindpaden. Totdat het bos opeens openvalt: op een groot kavel staat een stenen landhuis, opgetrokken in een vooroorlogse bouwstijl.
Zestig jaar lang was dit landgoed het besloten domein van De Nederlandsche Bank (DNB). Deze maand komt daarin voorgoed verandering: de Pauwenhof wordt een huis van ontmoeting, beheerd door een gelijknamige stichting. Ja voorgoed, benadrukt Jan van Meerveld met een enthousiasme dat hij twee uur moeiteloos volhoudt. In het statuut van de stichting is namelijk expliciet vastgelegd dat de doelstelling voor de Pauwenhof nooit gewijzigd mag worden.
Van Meerveld doet zijn verhaal op het buitenterras. De morgenzon beschijnt het bedauwde gazon, witte wolken zweven over de boompunten. Hij heft even zijn vinger op: hoor, een specht. ‘Dit is een oase van rust, het is hier muisstil.’ Ook aangeschoven: Martijn Wentzel, mede-initiatiefnemer. Beiden 35, jonge ondernemers uit Veenendaal en Bennekom. Ze kennen elkaar als bestuurslid van de christelijke mannenorganisatie Man United. Vandaag doen ze voor het eerst hun verhaal.
geestelijke reis
Van Meerveld is in het dagelijks leven persoonlijk trainer en bedrijfsadviseur. Als een van de weinige mensen ‘van buiten’ kwam hij voor De Nederlandsche Bank (DNB) weleens op het landgoed. Begin dit jaar sloeg zijn hart een slag over, toen een goede vriend van hem, een vastgoedmakelaar, vertelde dat hij DNB-panden in de verkoop had. Ja, ook De Pauwenhof.
Wat zich daarna heeft ontrold, noemen beide evangelische mannen zonder omwegen Gods leiding. ‘Dit gaat over een geestelijke reis van ons tweeën’, vertelt Van Meerveld. Maar ook weer niet. ‘Het gaat juist niet om ons. We willen de locatie met haar prachtige ligging en faciliteiten graag beschikbaar stellen vanuit een christelijke identiteit.’ Beiden zitten vol mooie gedachten: De Pauwenhof moet een huis van ontmoeting worden, een oase van rust én leven, een bronplaats, een plek waar je geïnspireerd raakt door God en de omgeving.’
Dat is het plan waar beiden op koersen, nee, waarvoor ze zich geroepen voelen. Van Meerveld: ‘Dit is de bedoeling, dit is Gods bedoeling.’
De Pauwenhof werd in de jaren dertig particulier gebouwd. In 1951 trok DNB het aan als locatie om te vergaderen en als een plek waar bestuurders en medewerkers op adem konden komen. Het landgoed omvat zalen, een restaurant, een hotelvleugel en een vrijstaande bungalow. ‘Tegenwoordig staat het hek open, er komen buren langs die graag eens willen kijken, ze zijn nog nooit binnen geweest.’ Dat vinden de mannen, die op 1 juli de sleutel kregen, prachtig. Let op de tegenstellingen, zeggen ze: ‘Het was gesloten, nu wordt het open. Hier was een centrum van de financiële wereld, nu wordt het een plek van geestelijke ontmoeting.’
kloosterritme
Concreet gaat het volgende gebeuren: vanaf zaterdag 19 september is het landgoed dagelijks open voor wie maar wil komen. Individuele christenen, echtparen, groepen. Om te trainen, voor conferenties, of om even op adem te komen. Vanaf die 19e is er iedere dag een dagopening (7.30 uur) en -sluiting (20.30 uur). ‘We zoeken een kloosterritme, waarbij wekelijks iemand rond een thema overdenkingen verzorgt.’ Dat kan een bekende evangelische spreker zijn, maar evengoed de hervormde dominee uit Voorthuizen. ‘Of de bisschop uit Groningen’, vullen ze elkaar aan.
Het landgoed wil een thuis worden voor stilteretraites, mannenweekenden, huwelijksconferenties, voor weekenden van Alpha-cursisten en voor bezinningsdagen van oudstenteams of kerkenraden. ‘Wij kunnen alles faciliteren, maar als een groep zelf wil koken en de bedden wil opmaken, kan dat net zo goed’, zegt Van Meerveld.
Als derde poot denken beiden aan pastorale zorg. ‘Een echtpaar dat zwaar zit en samen op adem wil komen, moet door een kerk of christelijke organisatie naar De Pauwenhof gestuurd kunnen worden. Als een voorganger of zendeling even moet bijkomen, kan hij een bungalow op ons landgoed betrekken om weer op te laden.’ Er wordt gewerkt aan een sociaal plan: dat het Leger des Heils en jeugdzorgorganisatie Timon mensen inzetten voor tuinonderhoud en andere dagelijkse werkzaamheden.
Van Meerveld: ‘Dit is voor iedereen, voor jong en oud, traditioneel of evangelisch, welgesteld of financieel minder daadkrachtig.’ Wentzel vult aan: ‘We willen het zo organiseren dat het voor iedereen echt toegankelijk is.’
bijdrage in tijd
De stichting zonder winstoogmerk is op dit moment bezig het landgoed aan te kopen, zegt Van Meerveld. De verkopende makelaar, zijn vriend dus, biedt tijd en ruimte om vanuit de geestelijke doelstelling vast aan de slag te gaan. Intussen zijn beiden in gesprek met vermogende christenen voor financiële steun voor die aankoop. Er zijn enkele miljoenen nodig, een deel is toegezegd. Beide mannen vertrouwen erop dat het lukt. Maar Van Meerveld vindt die financiële kant niet extra belangrijk. ‘De vraag is of mensen willen bijdragen aan een landgoed dat voor zoveel duizenden mensen veel gaat betekenen? Wij dragen onze tijd bij, er komen vrijwilligers die de tuin gaan doen of een luisterend oor bieden. En zo zijn er ook die alleen financieel bijdragen.’
Een verblijf op het landgoed zal niet zomaar gratis zijn. Er wordt gewoon gewerkt met vaste tarieven. Maar, en dat noemen beiden ‘Koninkrijksondernemen’, die worden als ‘gevraagde gift’ in rekening gebracht. ‘Dat betekent dat je het bedrag mag vermeerderen of verminderen, naargelang je kunt missen of wil bijdragen.’
Wentzel: ‘Dit project ligt zo buiten onze macht. We hebben een ondernemersachtergrond, we weten echt wel hoe je strategisch plannen maakt, opzet, begroot en uitwerkt. Dit is totaal anders. Natuurlijk maken we gewoon een solide begroting en werken we zo professioneel mogelijk. Maar dit landgoed kwam op ons pad, en we ervoeren veel bevestiging om deze weg in te slaan: het ontrolt zich bijna vanzelf, we zien het wonder gebeuren.’
Tijdens een rondleiding laat Van Meerveld de ruimtes zien. De entree wordt aangepast. Die doet nu nog te veel aan een conferentiecentrum denken. Dat kan niet. ‘Het moet een huis worden. Een thuis, een oase van rust en leven.’