Relatie met Marokko ligt gevoelig
De onderhandelingen over de export van uitkeringen naar Marokko zijn mislukt.
Den Haag
Nu moet Nederland kiezen. Het verdrag met Marokko opzeggen waarin de export van uitkeringen is geregeld. Dat levert dan een crisis met Marokko op. Of zich neerleggen bij het mislukken van het overleg en geld blijven overmaken naar Marokko. Omdat andere belangen zwaarder wegen.
De VVD dringt al lang aan op het opzeggen van het verdrag, daarin gesteund door PVV, CDA, ChristenUnie, SGP, Bontes/Van Klaveren en Van Vliet. Dat land weigert aanpassing van het uit 1972 daterende verdrag. Daarin is geregeld dat uitkeringen waarop Marokkanen hier recht kregen, na hun terugkeer naar dat land worden overgemaakt.
Nederland besloot in 2011 echter uitkeringen bij export aan te passen aan de koopkracht in het ontvangende land, het zogenoemde woonlandbeginsel. Dat gebeurt nu bij export naar landen buiten de Europese Unie, behalve Turkije en Marokko. Voor Turkije staat het associatieverdrag met de EU verlaging vaak in de weg, bij Marokko het verdrag uit 1972. De rechter heeft al een streep gehaald door de verlaging van de uitkeringen die naar Marokko gaan.
maat is vol
Vier jaar is nu vruchteloos gesproken met Marokko over aanpassing van de overeenkomst. Nu is de maat vol en ligt opzegging voor de hand.
Dat klinkt ferm, maar is een bijna loos gebaar. De financiële opbrengst is zeer beperkt. Niet alleen moeten lopende uitkeringen volledig worden doorbetaald tot het recht erop vervalt, bijvoorbeeld het recht op kinderbijslag als het kind 18 jaar wordt. Omdat op 1 januari 2016 een verdrag tussen de Europese Unie en Marokko van kracht wordt, zal het effect minimaal zijn. Het heeft bovendien alleen effect op de kinderbijslag en het kindgebonden budget. Als het verdrag is opgezegd, op zijn vroegst op 1 januari 2017, bespaart Nederland in het eerste jaar 900.000 en op termijn 4,5 miljoen euro per jaar. De besparingen in de zorg zijn groter. Op de basisverzekering tegen ziektekosten wordt op termijn jaarlijks bijna 15 miljoen bespaard.
Het gaat de meerderheid in de Tweede Kamer niet om de opbrengst maar om het principe – het woonlandbeginsel. Ook minister Lodewijk Asscher (PvdA) van Sociale Zaken staat hier pal voor, in tegenstelling tot zijn partijgenoten in het parlement.
Opzegging van het verdrag raakt de verhouding met Marokko. De ambassadeur van dat land heeft via de Volkskrant laten weten dat Marokko opzegging als een onvriendelijke daad zou beschouwen. Dat is diplomatentaal voor ‘een klap in het gezicht’. Ongekend in 400 jaar vriendschappelijke betrekkingen, vindt ook minister Bert Koenders (PvdA) van Buitenlandse Zaken.
Eerder schortte Marokko daarom al tijdelijk de medewerking aan de terugkeer van illegale Marokkanen op en trok het een subsidie in aan een tentoonstelling in het Amsterdamse Tropenmuseum. Speldenprikjes. Want de relatie gaat veel verder. In Marokko worden nu Marokkanen berecht die in Nederland misdrijven hebben gepleegd. Marokko werkt ook mee aan de controles voor de rechtmatigheid van uitkeringen. Als dat stopt, kost dat Nederland geld. En Nederland werkt nauw samen met Marokko bij de bestrijding van terrorisme, jihadisme en radicalisering. <