De animositeit tussen Friezen en Groningers. Beetje pesten, beetje sarren. ’t Blijft leuk, maar toch zit er iets.
Zomerserie: Na De Scheiding begint Friesland
Het is een wel heel verleidelijke opdracht die Sjirk Kuijper me geeft: verlustig jezelf bij een autodealer. En nog wel eentje met oldtimers, die ook nog eens wat leuke auto’s verhuurt. Even denk ik eraan m’n kans te grijpen en een dagje voor de krant in een cabrio rond te gaan rijden. Maar het is niet echt weer voor een cabrio. Het is zestien graden. Dat is toch wat fris. Ik wacht dus even af. Misschien wordt het vanmiddag warmer.
Eerst maar naar Ureterp, een dorp ten oosten van Drachten. Want die naam doet vermoeden dat het op een terp ligt. Je zou zeggen: boven de nullijn. Maar afgezien van de oude hervormde kerk die op een kleine verhoging ligt, is het dorp zo plat als een dubbeltje. Tenminste, zo op het oog. Zou het in de loop van de jaren gezakt zijn? Ik ga het vragen aan de generatie die dat kan weten. Net voordat iedereen in verzorgingshuis De Lijte aan de koffie gaat, schuif ik de zaal binnen. Rudie Hof, coördinator welzijn/vrijwilligers, drukt me een microfoon in m’n handen. ‘Vertel zelf maar even aan de mensen wat je wilt weten.’ Heel veel uitleggen hoef ik niet. Want vraag oude mensen naar iets van vroeger en de verhalen komen los. ‘Meester Mulder vertelde ons in klas 5 dat Ureterp ‘over de terp’ betekent. Vanaf hier zijn er geen terpen meer’, vertelt Aaltje Eppinga. Het was in 1938, maar ze weet het nog goed. Geeske Zandberg, een tafel verderop, bevestigt het verhaal. Ja, dat leerde ik ook.
grens
Ik neem afscheid van de senioren van Ureterp en rijd in noordoostelijke richting, naar Frieschepalen. Ik nader de grens. Normaal gesproken een ding van niks natuurlijk, zo’n provinciegrens, maar voor Friezen is dat anders. Zoals bij hen bijna alles anders is. En dat merk je als je op de grens staat; op een weg die De Scheiding heet. Duidelijker kun je een grens niet hebben. Ik zie hier ook opvallend meer vlaggen. Alsof de Friezen het nog maar eens duidelijk willen markeren: dit is Friesland.
Bij Martine Keizer geen vlag. Als ik het erf oploop, beginnen de honden te blaffen. En niet eentje, het blijken er zestig. Ik aarzel even. Diep in m’n hart ben ik bang voor die beesten. ‘Kan ik verder komen?’, roep ik naar Martine, die op het erf van haar dierenpension een sigaretje rookt. Dat hangt ervan af wat je wilt. Het klinkt gereserveerder dan ze is. Ze vertelt honderduit over haar honden. En over de Groningse ‘overkant’: ‘Ik ben tweetalig. Ik heb een Friese moeder en een Groningse vader. Het Fries verstaan is me met de paplepel ingegoten; maar praten is wat anders. Ik houd het daarom gewoon bij Nederlands.
Aan de overkant van De Scheiding zijn Ton en Corien Melsert tien jaar geleden een camping begonnen. ‘Kan ik je helpen?’, roept Ton als ik bij de entree wat rondkijk. Het is rustig. ‘Alleen de diehards zitten in een caravan’, zegt Ton, en hij kijkt omhoog als er wat druppels vallen. Bij zijn overburen hangt de Friese vlag. ‘Dat zijn de echte’, zegt hij grijnzend. ‘Wij houden het bij de Nederlandse vlag. Veilig in het midden. Al heb ik ook een Groningse.’ Hij laat ’m zien. ‘Ook best mooi hoor.’ Een medewerkster van de camping pruttelt wat. Ze is Fries.
echt verschil
Een beschrijving van de overgang van Fries naar Gronings landschap is wat saai. Dat wil zeggen: het verschil is ter hoogte van Frieschepalen niet te zien. Veel kleine arbeidershuisjes, weilanden, bosschages en maisvelden. Ik denk dat je voorbij Leek moet reizen om echt verschil te zien. En misschien wel tot voorbij de stad Groningen, waar het veel weidser wordt. Volgens een Groninger, vanochtend aan de koffietafel, maakt het allemaal niks uit. ‘De koeien zijn daar ook zwart-wit.’
Het is half drie. Af en toe prikt het zonnetje door de wolken. Zou het dan toch nog cabrio-weer worden? Ik rijd naar Leek om even bij Hofman Classics te gaan kijken. Als ik binnenkom valt m’n mond open. Ik begrijp opeens waarom Sjirk Kuiper het woord ‘verlustigen’ gebruikte. Tijd voor een ritje zit er helaas niet meer in. Verkoper Sjoerd Numan heeft nog wel een tip. ‘Koop een Porsche 911. Een auto die vorig jaar 30.000 euro kostte, gaat nu voor 40.000 de deur uit. En dan overdrijf ik niks. Een prima belegging. Veel beter dan een spaarrekening, en een stuk leuker.’
wat me raakte
de uitdaging
Beschrijf hoe je aan het landschap de overgang van Friesland naar Groningen herkent. En als er tijd over is: verlustig je bij Hofman Classics in Leek.
nieuwe opdracht, voor Rick Timmermans
In Haren was ooit een berucht feestje. Project X. Wat herinneren de mensen zich daar nog van?