Direct naar artikelinhoud

'Ik dacht: dit gaat helemaal mis'

Op initiatief van Tim Hehenkamp werd gisteren in Noordwijk de eerste Nederlandse kitesafeteydag georganiseerd. Dat gebeurde met een reden. Bijna een jaar geleden werd hij na een kiteongeluk bewusteloos uit het water gevist. 'Het besef dat ik ging verdrinken, maakte me vooral droevig.'

Kitesurfer Tim Hehenkamp op het strand van IJmuidenBeeld Julius Schrank

Het is zondag 11 mei, even na het middaguur, als Tim Hehenkamp en zijn vriend Steven naar de ruige zee staren op het strand van Westkapelle. Het is koud en grauw. De regen miezert uit de lucht. Ze twijfelen.

De twee zijn ervaren kitesurfers, maar op deze spot zijn ze nog nooit geweest. Links en rechts steken palen die de golven moeten breken verraderlijk uit zee. Een kiter die uit het water komt zegt dat het wel te doen is. 'Voorbij de palen is het veilig, daarvoor moet je voorzichtig zijn', zegt hij.

Tim begint met een paar kleine sprongen. Als dat goed gaat, probeert hij een grotere sprong. Hij gebruikt de golven als een soort schans. Daarna neemt de wind het over. De vlieger sleurt hem metershoog de lucht in. 'Het ging eigenlijk heel lekker.'

Als Tim een perfecte springgolf ziet aankomen, laat hij zich zonder na te denken gaan. Hij zweeft, onder hem ziet hij de zee bewegen. Dan gaat het fout.

'Ik landde in het tumult, net in een omslaande golf. Door een stuurfout raakte mijn kite het water. Toen ik hem weer de lucht in wilde trekken, raakte mijn kite onder water. Erachter zag ik iets zwarts opdoemen. Ik dacht: fuck, ik ben nog niet voorbij de palen.'

Kitesurfen gevaarlijk?

Kitesurfen heeft de reputatie een gevaarlijke sport te zijn. Toch is het aantal blessures onder de beoefenaars opvallend laag. Dat concluderen onderzoekers van het Amsterdamse Slotervaartziekenhuis onder leiding van orthopedisch chirurg Daniel Haverkamp. Lees hier meer.

Tim HehenkampBeeld Julius Schrank

Tim, manager bij supermarktketen Jumbo, doet al aan kitesurfen sinds 2002. Zodra het warmer is dan een graad of 8 en het hard genoeg waait, is hij op het water te vinden. In de zomermaanden kite hij soms wel een paar keer per week.

'Ik kan op zee echt gelukzalige momenten doormaken. Zo vlak na een storm, met schuimkoppen op het water, als ineens de zon doorbreekt en de golftoppen worden opgelicht. Als je dan op zee staat, dat is echt vet.'

'Met kiten raak je wel vaker in penibele situaties. Een half jaar eerder was mijn kite bij Wijk aan Zee onder water geraakt. Het viel me toen enorm tegen de aandacht te trekken van andere kiters. Dat heeft in Westkapelle een belangrijke rol gespeeld.'

Push, not pull

De stroming drijft hem richting de palen. Hij drijft net voorlangs, maar zijn kite blijft haken. Als de lijn strak komt te staan richt Tim zich op. Het water reikt er tot zijn middel. Vrijwel meteen wordt hij overspoeld door een golf. 'Ik tuimelde voorover en wist niet meer wat onder of boven was. Pas na zo'n 10 seconden kwam ik weer boven.'

'Toen kwam het nare eigenlijk. Bij de volgende golf werd ik weer achteruit gesleurd. Dat was zó lomp, alsof je een touw om je middel hebt en drie kerels er aan trekken. Van de druk moest ik kokhalzen.'

Hij wordt minutenlang omvergeworpen en weer hard teruggetrokken in het ijskoude water. 'Het is voor niet-kiters moeilijk voor te stellen hoe groot die krachten op zee zijn. Je kunt ze proberen te beheersen, maar in zo'n situatie ben je kansloos.'

Tussen de golven door probeert Tim zijn vlieger te ontkoppelen door het sluitingsmechanisme open te duwen. Maar er gebeurt niets. 'Ik dacht: dit is onmogelijk. Ik wist 100 procent zeker dat ik de instructie goed had onthouden. Niet trekken, maar duwen. Push, not pull. Het is geen seconde in me op gekomen om eraan te trekken.'

Schreeuwen of zwaaien doet Tim niet. 'Dat had een half jaar eerder in Wijk aan Zee ook niet gewerkt. Ze zien mijn verstrikte kite wel, dacht ik.'

Weer wordt Tim door een serie grote golven heen en weer geslingerd. 'Weer op adem komen, weer kokhalzen, nog kouder.' Zijn laatste optie is het mesje waarmee hij de lijnen kan doorsnijden. Met zijn rechterhand tast hij in het vakje. Geen mesje.

'Dat was het moment dat ik dacht: dit gaat helemaal mis. Als ik niet van deze kite afkom, ga ik hier gewoon verdrinken. Voor me op het strand zag ik niemand. Waar blijft iedereen? Er komt toch zo wel een reddingsboot? Ik voelde me heel eenzaam.'

'Het besef dat ik ging verdrinken was een bizarre gewaarwording. Het maakte me vooral droevig. Ik weet nog dat ik hoopte dat het niet een uur zou gaan duren. Laat het dan maar snel gebeuren.'

'Ik probeerde mijn trapeze nog uit te trekken, maar het leek wel of mijn armen het niet meer deden. Ik raakte steeds meer uitgeput. Daarna probeerde ik zo weinig mogelijk energie te verspillen, in de hoop dat iemand me toch zou komen halen.'

'Ik kreeg steeds meer water binnen, werd de hele tijd heen en weer geslingerd. Ik voelde me zó moe, zó uitgeput. Ik voelde het gewoon: het is klaar. Laat maar. Bij de volgende golf gaf ik me over. Daarna werd het zwart.'

Voor me op het strand zag ik niemand. Waar blijft iedereen? Er komt toch zo wel een reddingsboot? Ik voelde me heel eenzaam.
Tim Hehenkamp

Paniek

De 34-jarige Zeeuw Jeroen Heijboer zet op dat moment zijn auto op de dijk. Ook hij is een fanatieke kiter. Sinds 1999 is hij verslingerd aan de sport.

Tijdens het omkleden ziet hij een oranje kite tussen de palen hangen. Even verderop komt een hoofd net boven het water uit. 'Ze zullen wel bezig zijn hem eruit te halen, dacht ik, maar op het strand zag ik niemand bezig. Ook de kiters en windsurfers deden niks.'

Op het strand stuit hij op Steven, de vriend van Tim. Hij is in grote paniek. Hij heeft net geprobeerd naar Tim toe te zwemmen, maar de stroming was te sterk. 'Laat mij maar', zegt Jeroen.

Hij pakt zijn kite en vaart met een boog om de palen heen. Bij het lichaam van Tim houdt hij stil door zijn vlieger recht omhoog te houden. 'Hij hing voorover in het water. Zijn ogen waren wijd open en felgeel, en zijn gezicht was blauw. Ik dacht: die gaat het niet meer doen.'

De stroming drijft Jeroen terug naar het strand. Hulp is onderweg, maar de tijd tikt. De Zeeuw besluit om Tim zelf te gaan halen. 'Ik voer terug naar Tim, maar nu zorgde ik ervoor dat ik bij zijn vliegerlijnen uitkwam. Met mijn mesje sneed ik de lijnen door. Door de stroming dreef ik snel af. Vier of vijf keer moest ik een rondje maken om weer bij de lijnen uit te komen. Toen ik de laatste lijn doorsneed, verdween hij onder water.'

Even later komt Tim bovendrijven. Jeroen schopt zijn board los en werpt zich op de drenkeling. Met zijn linkerhand stuurt hij zijn kite richting land, met zijn rechterhand draagt hij Tim. Die heeft dan ruim een kwartier bewusteloos in het water gelegen.

Reddingswerkers van de KNMR komen toegesneld. Jeroen roept: 'reanimeren, reanimeren'. 'Iedere keer dat ze zijn borst indrukten, kwam er water uit zijn mond. Ze kregen er eerst geen lucht in.'

Na een kwartier zien ze opeens dat Tim's hand weer kleur krijgt. 'We trokken zijn wetsuite open. Op zijn borstkas was een klein plekje waar het blauwe was weggetrokken. We keken elkaar aan: er gebeurt iets.'

Als een medewerker van de traumahelikopter later water op zijn gezicht gooit, begint hij te spartelen. 'Het leek of hij nog steeds aan het strijden was', zegt Jeroen. De ambulancebroeder vraagt aan Tim hoe hij heet. 'Onbekend', antwoordt Tim. Meteen daarna zakt hij weer weg.

Tim Hehenkamp op het strand van IJmuidenBeeld Jeroen Goudswaard
Hij hing voorover in het water. Zijn ogen waren wijd open en felgeel, en zijn gezicht was blauw. Ik dacht: die gaat het niet meer doen
Jeroen Heijboer schoot Tim Hehenkamp te hulp

'Holy shit, ik leef nog'

Vier dagen later wordt hij wakker op de intensive care van het Erasmus MC. 'Ik zag een vreemd plafond met blauwe lampjes. Ik dacht: dit klopt niet. Later schrok ik weer wakker. Weer die vreemde lampjes. Toen ging er een golf van opwinding door me heen. Ik leef nog. Holy shit, ik leef nog.'

Tim blijkt geen hersenschade te hebben. Een klein wonder. Door de onderkoeling is zijn lichaam in een slaapstand gegaan. Alle zuurstof die hij nog had, hebben zijn hersenen in stand gehouden. Hij is blij, maar voelt zich ook ongemakkelijk. 'Het heeft me erg beziggehouden. Was ik nou zo'n idioot om daar te gaan kiten? Ik baal ervan dat ik teveel risico heb genomen met de stroming, dat ik de spot niet goed kende.'

'Het eerste wat ik deed was nagaan waarom ik de vlieger niet kon losmaken in het water. Kort ervoor had ik een nieuwe kite gekocht van mijn vertrouwde merk. Aan het ontkoppelmechanisme hing een kaartje met push, not pull. Wat goed, dacht ik toen nog. Maar de oude had de instructie pull, not push. Dat had ik moeten zien, stom.'

'Later hoorde ik dat veel mensen op het strand dachten dat ik oké was, omdat ik geen alarm sloeg. Ze dachten dat ik zo lang mogelijk mijn materiaal probeerde te redden.'

In het ziekenhuis krijgt hij het idee voor een voorlichtingsdag over veiligheid. 'Een verpleegster kwam aan mijn bed. Ze zei: 'Jij kent mij niet, maar ik jou heel goed. Ik heb je na aankomst hier uitgebreid onderzocht. We krijgen hier te vaak kitesurfers binnen. Kunnen wij artsen jullie niet eens vertellen hoe jullie beter met de risico's om kunnen gaan?'

Zaterdag is het zover. Dan ziet hij ook zijn 'held' Jeroen weer terug. Tim zal zelf zijn verhaal nog eens vertellen. Over het moment dat hij in het water staat, wachtend op de volgende golf die hem omver blaast. 'Het is de ultieme realitycheck. Dat je, ongeacht wie je bent of wat je allemaal nog wilt doen in het leven, verdrinkt als je je kite niet loskrijgt.'

Het heeft me erg beziggehouden. Was ik nou zo'n idioot om daar te gaan kiten?
Tim Hehenkamp