Direct naar artikelinhoud

VS willen van oorlogsmisdaden verdachte Bosniërs uitzetten

De Amerikaanse autoriteiten willen zeker 150 Bosniërs het land uitzetten vanwege hun vermoedelijke betrokkenheid bij oorlogsmisdaden. Het zou onder meer gaan om personen die mogelijk een rol speelden bij de massamoord in Srebrenica, bericht The New York Times.

Archieffoto uit 1995. De toenmalige Servische oorlogsleider Karadzic (tweede van rechts) en generaal Mladic (links) bij de Mount Vlasic-frontlinie in Servië.

De VS zouden driehonderd Bosniërs in het land verdenken van betrokkenheid bij oorlogsmisdaden. Uit informatie van de immigratiedienst blijkt dat mogelijk tot de helft van die groep betrokken was bij het bloedbad in Srebrenica. Daar werden ondanks de aanwezigheid van de Nederlandse VN-militairen in 1995 duizenden moslimmannen vermoord door Bosnische Serviërs. Het bloedbad werd door de Verenigde Naties in 2004 officieel aangemerkt als genocide.

Onder de verdachten zouden zich een voetbaltrainer uit de staat Virginia en casinomedewerkers uit Las Vegas bevinden. Sommige verdachten zijn Amerikaans staatsburger. Volgens de advocaten van een aantal Bosniërs zijn de autoriteiten te ver gegaan in het koppelen van mensen aan oorlogsmisdaden van twintig jaar geleden.

De Amerikaanse autoriteiten hebben getuigen opgeroepen zich te melden als ze informatie hebben over oorlogsmisdaden. Uiteindelijk kunnen volgens de immigratiedienst meer dan 600 Bosniërs in beeld komen.

Michael MacQueen, een onderzoeker van de immigratiedienst die eerder onderzoek deed naar Nazi's die zich in de Verenigde Staten gevestigd hadden, noemde het in de krant 'obsceen' dat oorlogsmisdadigers een tweede kans krijgen.

Een begraafplaats in de buurt van Srebrenica, waar slachtoffers van het bloedbad in 1995 zijn begraven.