Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Politie, recht en criminaliteit

Gerechtshof wil ministerie van Financiën strafrechtelijk vervolgen

Exterieur van het hoofdkantoor van de Belastingdienst Apeldoorn.
Exterieur van het hoofdkantoor van de Belastingdienst Apeldoorn. Foto ANP/Piroschka van de Wouw

Het Gerechtshof van Arnhem-Leeuwarden heeft aangifte gedaan tegen het ministerie van Financiën. Volgens het hof heeft het ministerie getuigen beïnvloed en dreigt voor de verantwoordelijken strafrechtelijke vervolging. Dit kunnen ook bewindslieden zijn zoals minister Dijsselbloem en staatssecretaris Wiebes.

Het hof heeft de zeer ongebruikelijke aanklacht op 11 november ingediend, zo meldt de NOS vanavond.

De aanklacht heeft te maken met een zaak uit 2009. Een tipgever had een lijst met zwartspaarders aan de Belastingdienst verkocht. Het ging hier om meer dan vierhonderd mensen die geld in Europese belastingparadijzen hadden gestald. De Belastingdienst viste hierdoor achter het net, maar kon deze zwartspaarders dankzij de lijst alsnog traceren en hen een naheffing sturen.

Mogelijk criminele achtergrond

De man die het overzicht aan de Belastingdienst verkocht bleef anoniem. Hij kreeg een percentage van het geld dat de fiscus bij deze zwartspaarders vorderde wat tot in de tonnen kon oplopen, aangezien het totale vermogen van deze groep meer dan 100 miljoen euro was. Overigens is dit niet het enige geval waarin een tipgever geld krijgt van de Belastingdienst.

Een aantal vermeende zwartspaarders eiste echter dat de identiteit van de tipgever alsnog werd geopenbaard om te verifiëren of de informatie wel betrouwbaar was. Het vermoeden bestaat dat de tipgever een criminele achtergrond heeft. De ambtenaren die de deal maakten met de tipgever waren daar echter niet in geinteresseerd, zoals bleek uit getuigenverhoren waar NRC Handelsblad in augustus over berichtte(€): ‘Ik heb mij er niet van vergewist of de stukken afkomstig waren van een misdrijf. Dat was voor mij geen issue’, aldus één van de ambtenaren.

De rechter oordeelde in een tussenvonnis dat de identiteit van de man bekend moest worden gemaakt. Het ministerie ging hier niet tegen in beroep, maar gaf ook geen gehoor aan het verzoek.

De twee ambtenaren die in deze zaak werden gehoord hielden zich stil, wat dus tegen de wens van het hof in ging. Zij konden zich niet beroepen op het verschoningsrecht maar zouden instructies hebben gekregen vanuit het ministerie om alsnog te zwijgen. Vandaar dat het gerechtshof nu dus achter de eindverantwoordelijken aangaat waardoor ook de minister en staatssecretaris in het vizier komen.

De aanklacht tegen het ministerie: