Boombunkers leveren Apeldoorn prijs Europese bomenstad van het jaar op
Apeldoorn
Apeldoorn mag zich een jaar lang European City of Trees, oftewel, Europese bomenstad noemen.
De Gelderse stad liet Breda en Dordrecht achter zich in de verkiezing die elk jaar gehouden wordt door de Europese koepelorganisatie van boomspecialisten, EAC. De jury roemde niet alleen de groene uitstraling van Apeldoorn, maar ook de ruim 350 ‘boombunkers’. Die ondergrondse constructies fungeren als een soort grote bloempot die de boomwortels genoeg groeiruimte, grond, lucht en water bieden, maar tegelijkertijd sterk genoeg zijn om een vrachtwagen te kunnen dragen.
De vakjury, bestaande uit acht boomspecialisten uit heel Europa, bracht begin april een bezoek aan Apeldoorn. De juryleden bekeken onder meer het Stationsplein – volgens de gemeente de ‘toegangspoort naar de Veluwe’. Op het plein staan vliegdennen, bomen die de zandvlakte van de Veluwe bijeenhouden. In het donker wordt het kunstwerk ‘Reizend zand’ zichtbaar; miljoenen ledlampjes die samen de zandvlakte uitbeelden.
Wethouder Mark Sandmann is ‘ongelooflijk blij’ met de titel voor zijn stad. Hij noemt het een ‘prachtige kroon op het werk’ van Anton Dekker, de man die in de jaren negentig de ‘bomenbunker’ bedacht. ‘Een terechte eer voor zijn innovatieve ideeën en een mooie afronding van zijn carrière.’
Dat dit jaar drie Nederlandse steden in de race waren voor de prijs van beste Europese bomenstad, komt doordat de verkiezing elk jaar wordt gehouden in het land waar de EAC vergadert. Vorig jaar streek het gezelschap neer in Slowakije, waar de stad Trnava de prijs kreeg. Op 8 juni zal de burgemeester van die stad de prijs officieel overhandigen aan Apeldoorn.