Direct naar artikelinhoud

Een rondje Europa zit er niet in voor mensen met een elektrische auto

Een automobilist laad zijn elektrische auto.Beeld ANP

Europese landen zijn nogal verschillend ingericht voor elektrische auto’s. Ben je afhankelijk van de stekker, ga dan vooral in Nederland op vakantie.

Met de zomervakantie in het vooruitzicht is het geen gek idee van technisch adviesbureau Sweco. De onderzoekers vroegen zich af hoe het binnen Europa is gesteld met de infrastructuur voor elektrische auto’s. Zijn er genoeg laadpalen? Passen de stekkers erop? En volstaat één laadpasje?

In de meeste gevallen niet, luidt het antwoord op deze drie vragen.

“Er is geen harmonisatie tussen landen. Zowel op het vlak van infrastructuur als van de betaalmethoden, is dat een grote tekortkoming”, zegt Tim van den Maagdenberg van Sweco.

Het aantal laadpunten is echter de grootste sta-in-de-weg voor een comfortabel rondje Europa

Het team van Sweco maakte een ‘fictieve familiereis’ door Europa, die van Londen via België, Duitsland en Scandinavië naar Warschau voerde. Ze wilden weten welke obstakels bestuurders van elektrische auto’s tegen zouden komen. Het bleken er te veel om zorgeloos met pakweg een BMW-i3 kriskras door Europa te toeren.

De verschillen tussen landen onderling blijken enorm. Het is bijvoorbeeld in Zweden veel gemakkelijker dan in Duitsland om laadpunten met de juiste stekkers te vinden. De kwaliteit en het ontwerp van pluggen en laadstations varieert bovendien over het hele continent, waardoor bestuurders onderweg op problemen stuiten.

Het aantal laadpunten is echter de grootste sta-in-de-weg voor een comfortabel rondje Europa. De mogelijkheden voor ‘elektrisch tanken’ lopen per land dusdanig uiteen dat milieubewuste vakantiegangers hun reis uitvoerig moeten plannen, concluderen de onderzoekers: ‘Er is een buiten­sporige hoeveelheid onderzoek en planning vereist’.

Volgens de meest recente cijfers (december 2017) van het European ­Alternative Fuels Observatory in Brussel, heeft België bijvoorbeeld 1700 openbare laadpunten en Nederland 36.000, nog afgezien van de naar schatting 84.000 privélaadpunten die op Nederlandse erven, in garages en langs straten staan.

“Nederland loopt zo’n vijf jaar op de troepen vooruit”, zegt Onoph Caron, directeur van ElaadNL, een kenniscentrum voor laadinfrastructuur, dat is opgericht door de netbeheerders. Volgens Caron waren bedrijven en de overheid er hier vroeg bij: “Er is hier heel snel een complete industrie rondom de elektrische auto ontstaan. Van start-ups tot grote bedrijven, ­iedereen doet eensgezind mee.”

Dat is in Duitsland, dat 12.000 laadpunten minder telt dan Nederland, wel anders. Daar moeten volgens Caron honderden partijen het met elkaar eens worden om te komen tot een soepele en dichte infrastructuur van laadstations.

Politici en de industrie moeten samenwerken om de juiste voorwaarden te scheppen
Tim van den Maagdenberg van Sweco

Maar een ­belangrijkere verklaring voor de achterstand van Duitsland, en ook van Frankrijk, is de aanwezigheid in die landen van de auto-industrie, die nog grotendeels op fossiele brandstoffen drijft. Caron: “Elektrisch rijden had daar geen prioriteit en dus is er ook niet in geïnvesteerd”.

De onderzoekers van Sweco stuitten op meer ongemakken. Zo zijn er allerlei verschillende appjes nodig om laadstations te kunnen vinden. En, ook niet zo handig, om in verschillende landen te kunnen opladen en afrekenen zijn meerdere pasjes of lidmaatschapskaarten nodig. Ook op dat vlak doet Nederland beter, meldt ­Caron: “Hier heb je vanaf het begin maar een pasje nodig. In de ogen van een Fransman, Duitser of Italiaan is dat heel bijzonder.”

Totdat alle Europese landen zijn ­ingericht op een ontspannen elektrisch ritje door het continent, zal er waarschijnlijk dus nog heel wat benzine door de pompen moeten vloeien.

Politiek en industrie

Tim van den Maagdenberg van Sweco vertelt in het persbericht over het ­onderzoek dat het nu aankomt op ­coöperatie: “Om elektrische auto’s te laten doorbreken, moeten politici en de industrie samenwerken om de juiste voorwaarden te scheppen.”

Volgens Caron werkt ElaadNL al intensief samen met andere landen. “Wij werken juist mee aan het verkleinen van de verschillen tussen landen. Wij werken zeer internationaal en verspreiden via ElaadNL en ons testcentrum de positieve Nederlandse ervaringen.”

Caron denkt daarom dat de achterstand die landen op elkaar hebben, snel zal zijn weggewerkt: “Dat gaat snel. Over een jaar of vijf is België net zo ver als Nederland. In Frankrijk en Duitsland gaat het nu ook snel. Het komt dus best goed, alleen het tempo is niet overal hetzelfde.”

Lees ook: Waarom wachten met de aanschaf van een elektrische auto?

Rudi Thomas rijdt al bijna twee jaar elektrisch. Hij laadt zijn Renault Zoe op met zijn eigen zonnepanelen. Het is voordelig en plezierig, dus waarom zou je nog wachten met de aanschaf van een elektrische auto, zo redeneert hij.

Lees ook: Buiten de zakelijke markt rijdt er geen kip in een echt elektrische auto

Aan juichverhalen over elektrische auto’s is geen gebrek. Toch zijn maar weinig particulieren bereid een volledig elektrische auto aan te schaffen: het is te duur en het rijbereik is te beperkt. Wanneer happen ze wel toe?

Lees ook: Rijden we straks allemaal elektrisch?

Het regent plannen van automakers die e-auto's omarmen en van landen die vieze auto's in de ban willen doen. Gaan we allemaal elektrisch rijden? Misschien wel, maar voorlopig nog niet. En het is niet per definitie schoon.