Direct naar artikelinhoud
Opinie

Koe Hermien helpt bij de omgang met dieren

Kipster-kippen wonen in een binnentuin, met daglicht en boompjes.Beeld Hollandse Hoogte / Bart van Overbeeke Fotografie

Alle dieren die zorgen dat we lekker en gezond te eten hebben, verdienen het dat we hun welzijn serieus nemen, stelt Franck Meijboom van het Centre for Sustainable Animal Stewardship.

Hermien is gered! Tegelijkertijd laten de ontwikkelingen rond koe Hermien weer zien hoe ongemakkelijk onze relatie met landbouwhuisdieren is geworden. Het redden van die ene koe geeft misschien een goed gevoel, maar het is geen antwoord op de vraag hoe we met onze dieren willen omgaan.

Helaas blijft het maatschappelijke debat hierover te vaak steken in simplistische frames, waarbij nobele ‘dierenredders’ strijden tegen nietsontziende ‘dierenbeulen’. Daar moeten we hoognodig vanaf. Om verder te komen zijn drie stappen essentieel.

Het dier centraal

Wij mensen denken vaak heel goed te weten wat dieren prettig vinden of nodig hebben: een dekentje, een suikerklontje, vrijheid. Maar die ideeën kloppen niet altijd als we echt denken vanuit het dier. Elke diersoort stelt eigen specifieke eisen.

Zo voelen paarden met een wintervacht zich prima buiten in de vrieskou, maar zitten kippen buiten zonder schuilmogelijkheid helemaal niet op hun gemak.

Geen consument is in de supermarkt actief op zoek naar een (runder)lapje dierenleed

Het vraagt om maatwerk en zorg, die heel precies is afgestemd op hun behoeften. We hebben gelukkig al veel kennis over wat de verschillende dieren nodig hebben en hoe we daar beter aan tegemoet kunnen komen, bijvoorbeeld door de inrichting van stallen, het creëren van schuilplaatsen of het aanbieden van speelmaterialen. Het belangrijkste is dat die kennis echt wordt toegepast.

Samen verantwoordelijk

Dierenwelzijn lijkt een kwestie van tegenstellingen. De aanhoudende strijd tussen ‘dierenredders’ en dierenbeulen slaat de discussie plat. Hermien laat zien dat het helemaal niet zo gemakkelijk is om te bepalen wie de redder is en wie de beul. Geen enkele boer wordt ’s ochtends wakker met het voornemen zijn dieren te gaan kwellen en in de supermarkt is geen consument actief op zoek naar een (runder)lapje dierenleed.

De lange ketens in de voedselproductie maken het makkelijk om naar anderen te wijzen. Als consument hebben we (vervelende) onderdelen van de voedselproductie uitbesteed. Denk aan het slachten van dieren of de behandeling van dierziektes. Het is te makkelijk om producenten als ‘daders’ weg te zetten. Op hun beurt vinden zij de consument hypocriet en voelen zich in een hoek gezet. Zij mogen immers het vuile werk opknappen voor consumenten die alles op een koopje willen hebben.

Het helpt niet om zo naar elkaar te wijzen. Een verantwoorde omgang met dieren in de veehouderij is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Van ons allemaal. Gelukkig zijn er voorbeelden van partijen die samen die verantwoordelijkheid nemen. Neem een nieuw concept als Kipster, een bedrijf dat op een meer dier- en milieuvriendelijke manier eieren produceert. Wetenschap, bedrijven, boeren en maatschappelijke organisaties hebben met elkaar samengewerkt bij de ontwikkeling. Omdat kippen van nature bosdieren zijn die niet van open vlaktes houden, leven de Kipster-kippen in een binnentuin, met frisse lucht, daglicht, struiken en boompjes. Of denk aan de nieuwe runderslachterij van Ameco, de eerste in Nederland die de ideeën van de zoöloog Temple Grandin toepast. De Dierenbescherming en Wakker Dier reageren enthousiast op de plannen.

Samenwerking moet nieuwe standaard worden

Nu zijn het nog vaak losstaande initiatieven, maar in die samenwerking ligt de toekomst. Die moet de nieuwe standaard worden.

Maatschappelijk gewenste innovaties lopen nu vast in wettelijke kaders. Zo sneuvelde in 2015 een initiatief van supermarkten, producenten en verwerkers voor een duurzamer geproduceerde kip. Het was in strijd met het kartelverbod. Betere wetgeving is dus essentieel. Er moet ruimte komen om van onderop nieuwe kaders te ontwikkelen. Door gezamenlijke actie kunnen barrières binnen de markt of overheid worden aangepakt.

Koe Hermien hoeft niet naar de slacht. Ze mag naar een rusthuis in Friesland. Maar ook al die andere landbouwhuisdieren die wel naar de slacht gaan of die op een andere manier zorgen dat wij lekker en gezond te eten hebben, verdienen dat we serieus met hun welzijn bezig zijn. 

Lees ook: Hermien, de koe die naar iedereen een lange neus maakte