Direct naar artikelinhoud

Steeds minder doorstroom van mbo naar hbo

Hogeschool Windesheim in Zwolle.Beeld ANP

Het aandeel mbo’ers dat verder studeert in het hoger beroepsonderwijs blijft dalen. Zo’n 35 procent van de mbo-studenten gaat tegenwoordig nog op een hoger niveau door. 

In 2005 was dat nog zeven procentpunt meer, meldt het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) op basis van nieuwe cijfers over de periode 2005-2016.

De daling is al een tijdje bezig, vooral bij jongeren met ouders in de zogeheten middeninkomens. Jongeren van wie de ouders een laag inkomen hebben, stromen juist wel weer vaker door. Net zo vaak als studenten uit rijke gezinnen. Dat komt mede doordat de armste groep in aanmerking komt voor een aanvullende beurs. Dat maakt de horde om hogerop te komen wat lager.

Opmerkelijk is dat mbo’ers met een niet-westerse migratieachtergrond vaker doorstromen naar het hbo. Bijna de helft studeert door, maar is dan wel minder succesvol. Van elke honderd studenten uit deze groep hebben er 29 na vijf jaar een hbo-diploma. Van de studenten met een Nederlandse achtergrond is dat meer dan de helft.

Studenten uit middeninkomens presteren het slechtst tijdens hun vervolg in het hbo. De onderzoekers weten niet precies hoe dat komt. Het onderwijsniveau van de ouders speelt een rol, naast intelligentie, motivatie, inspirerende docenten en de gekozen opleiding.

Lees ook: Mbo'ers zien kansen op werk slinken door innovatie (november 2017)